The City by the Bay

San Francisco, USA, 09.12.2016

Stel: je hoort al jaren dat San Francisco de leukste stad van de US is, je vlucht van Ecuador naar Amsterdam blijkt goedkoper te zijn als je via San Francisco vliegt, én je hebt ook nog eens een lief nichtje in San Francisco wonen, wat doe je dan? Juist, dan verruil je de rust van de Galapagos eilanden voor de dynamiek van een wereldstad!

Vanaf San Christobal had ik 3 vluchten nodig om er te komen, eerst terug naar Guayaquil op het vasteland van Ecuador, vandaar naar Panama City, waar ik een overnachting had, om de volgende dag door te vliegen naar San Francisco. Zoals zo vaak had ik weer enorme mazzel: de vluchten waren niet vol, ik kreeg een upgrade naar businessclass, óf ik werd geplaatst bij de nooduitgang, en op de 3e vlucht had ik een vrije stoel naast me. Heel comfortabel en het gaf me voldoende tijd om mijn 49e boek uit te lezen. En wat heerlijk: eenmaal aangekomen op de luchthaven van San Francisco stond mijn nichtje Irene me al op te wachten.

Irene, man Vincent en zoontje Jonah wonen sinds een kleine 5 jaar in het centrum van San Francisco, en daardoor zag ik de stad niet alleen door de ogen van een toerist, maar ook als inwoner. Ondanks het hoge prijsniveau kan ik me voorstellen dat het geweldig wonen is in ‘The City by the Bay’.

Zondag nam ik rustig de tijd om de stad te verkennen, en dan met name de noord-oostelijke hoek waar de stad zich plooit over de wijken Nob Hill, Russian Hill, Telegraph Hill en North Beach. De straten zijn hier zo steil dat je, staand op een kruispunt, soms niet eens kan zien of er verkeer uit één van de naar beneden afbuigende zijstraten komt aanrijden. Uiteraard maakte ik ook een ritje met de Cable Car, een trammetje dat over de steile straatjes wordt voortgetrokken door een kabel in het wegdek. Ik bezocht het Maritime Museum – als ex-Rotterdammer blijven havens me interesseren. Ik wandelde langs Lombard Street, waar ‘the crookedest street’ is, oftewel het steilste straatje, waar autoverkeer zigzaggend overheen geleid wordt. Voor een prachtig uitzicht over de baai en de

havens beklom ik de heuvel waarop Coit Tower is gebouwd. Ik at mijn lunch bij een stijlvol restaurantje in North Beach, en daarna bracht ik een bezoekje aan Chinatown. Ik sloot de dag af op Union Square: rond dit plein met mega-kerstboom en schaatsbaan bevinden zich alle grote merkwinkels, die voor kerst flink hadden uitgepakt met hun etalages.

San Francisco is zo bruisend vanwege de grote mix van verschillende culturen. Met 48% zijn de blanken in de minderheid in de stad; tijdens de Gold Rush zijn veel Aziaten naar Californië gekomen, zij maken nu 33% van de bevolking uit – veel gemeentelijke info staat ook overal in het Chinees gedrukt. 15% van de inwoners is Hispanic of Latino, ook hier is het Spaans nooit ver weg.

Op maandag ging ik naar één van de grootste toeristische attracties: Alcatraz. Deze bekende gevangenis op een eiland in de baai van San Francisco deed van 1934 tot 1963 dienst als

best beveiligde penitentiaire inrichting. Hoewel er een aantal ontsnappingspogingen zijn gedaan, zijn er geen gevangenen écht ontkomen, met name omdat de afstand via het water tussen het eiland Alcatraz en San Francisco erg groot is. Ik overbrugde deze afstand comfortabel met een ferry boot en eenmaal op het eiland waren er verschillende mogelijkheden om van alles te weten te komen over de geschiedenis en de gebeurtenissen op Alcatraz: er was een rondleiding met een gids, een film liet veel zien over het dagelijks leven op het gevangenisterrein, en door middel van een audio-tour (in het Nederlands!) hoorde ik alle ins en outs in het cellencomplex. Ontzettend interessant en pas 3 uur later nam ik de ferry weer terug naar het vasteland. Daar wandelde ik via Fisherman’s Wharf, een gezellig gebied met winkeltjes en (vis-)restaurants

én zeeleeuwen, weer terug.

Omdat je al lopend best veel kan zien van de stad, maar al fietsend nog meer, huurde ik op dinsdag een fiets. Mijn fietsroute liep via de dure wijk Marina, met even dure jachten in de haven naar Crissy Field, een klein natuurgebiedje langs de baai vanwaar de Golden Gate Bridge al prachtig te zien was. Ernaar kijken is indrukwekkend (zeker met de strakblauwe lucht van die dag – ik had het weer getroffen!), maar erover heen fietsen is natuurlijk nog leuker! Er kunnen containerschepen ónder de brug door, dus je kunt je wel voorstellen dat ik een aardig klimmetje moest maken om óp de 70 meter hoge brug te komen, maar dat was de moeite waard. De brug is bijna 3 kilometer lang met een mooi uitzicht op de

baai van San Francisco. Aan de andere zijde van de brug fietste ik naar Sausalito, een pittoresk stadje tegen een heuvel gebouwd met Mediterraanse allure. Vanaf daar bracht de ferry me in een half uur weer terug naar San Francisco.

De dagen erna probeerde ik me meer in te leven in de lokale inwoners van San Francisco: ik bezocht de indrukwekkende City Hall, dwaalde door de zalen van de San Francisco Library en proefde de sfeer in Tenderloin, een wijk die niet zo goed staat aangeschreven – maar om een stad te begrijpen moet je ook de rauwe werkelijkheid leren kennen. Door te wandelen door de zuidelijke wijken van San Francisco, daar waar geen toeristen komen en het dagelijkse leven plaatsvind. En ik heb gezellig gekletst en gegeten bij Irene, Vincent en Jonah en hun ervaringen gehoord over wonen en werken in deze stad.
Op vrijdag was het helaas alweer tijd om te vertrekken, uitgezwaaid door Irene en Jonah nam ik de WOW-air vlucht via Ijsland naar Amsterdam, waar mijn lieve zus Katinka met Ruben en Yannick en voorzien van vlaggen en ballonnen me al stonden op te wachten – met deze vlucht kwam ook een (voorlopig) eind aan mijn geweldige en indrukwekkende wereldreis in 2016.

Get started right away!

What are you waiting for? Capture your adventures in a digital diary that you can share with friends and family. You can switch between any of your devices anytime. Get started in our online web application.