Nieuwe job - in San José

San Jose, Costa Rica, 28.07.2016

Na mijn heerlijke toeristische week in Manuel Antonio en Tortuguero National Park was het tijd om weer plannen te gaan maken voor de rest van mijn verblijf. Door enthousiaste verhalen van eerdere reizigers naar Costa Rica (onder andere Linda en Fleur) had ik besloten om zes weken uit te trekken voor dit mooie land, na 2 weken in Monteverde en 1 week de toerist uithangen had ik nog 3 weken te besteden. Maar behalve mooi en toeristvriendelijk is Costa Rica ook aardig aan de prijs, dus het werd tijd om weer een baantje te gaan zoeken.

Ik had via website Workaway al wat potentiële opdrachtgevers aangeschreven, echter doordat het zomervakantie in Europa en de US is, is er voldoende aanbod van studenten voor de baantjes, en de meesten hadden al maanden geleden gesolliciteerd. Om er nu last-minute nog tussen te komen, was bijna onmogelijk. Vanuit het hostel in San José bleef ik echter optimistisch solliciteren naar iets, bij voorkeur in het zuiden van Costa Rica, aangezien ik daar nog niet geweest was. Op een gegeven moment viel de WIFI in het hostel uit, en besloot ik even een praatje te gaan maken met het meisje van de receptie. Ze kwam uit Finland en werkte al 7 weken in dit hostel, maar ze was bezig met haar laatste werkdag, daarna zou ze weer doorreizen. En tussen neus en lippen door vertelde ze dat het hostel nog geen vervanging had voor haar, en dat de manager daardoor aardig met zijn handen in het haar zat.

Je raadt het al, nu werk ik dus op de receptie van mijn eigen hostel, er was maar 1 telefoontje naar de manager voor nodig om mij aan te nemen. Qua gasten komt hier een wat jonger publiek dan in Monteverde, veel backpackers, en het merendeel komt uit het buitenland. Het is erg gezellig, het werk is superleuk en mijn collega’s zijn fijne mensen. Het klimaat in San José is erg prettig, bijna vergelijkbaar met zonnig Nederlands weer: overdag zo’n graad of 25 en ’s nachts zakt de temperatuur onder de 20 graden. En in de hoofdstad is voldoende te doen en te zien.
Ik blijf er in totaal 2 weken werken totdat er weer voldoende nieuwe vrijwilligers zijn die het van me over kunnen nemen, en daarna ga ik een weekje naar Cahuita in het zuidelijke Caraïbische deel van Costa Rica.

Zoals ik al in een eerdere blog meldde gaat het me bij het werk niet alleen om de vergoeding (in dit geval een privékamer in het hotel en ontbijt) die het reizen betaalbaar houdt, maar ook om weer nieuwe dingen te leren. Soms zijn het maar kleine dingen, zoals hoe een

creditcard-apparaat werkt of hoe de kamerplanning is geregeld in een hostel. Maar altijd zijn het dingen die ik voor mezelf weer kan gebruiken. Ik tel bij begin en einde van mijn receptiedienst de kas, voordat ik die overdraag aan mijn collega. In het begin had ik wat moeite met de Costa Ricaanse colones (briefjes en munten die in honderden en duizenden gaan), maar dat is door dit werk snel opgelost. We accepteren zowel dollars als colones, dus de aankoop- en verkoopkoersen staan nu ook in mijn geheugen gegrift. Als reiziger heb ik vaak genoeg gebruik gemaakt van sites als Hostelworld, Booking.com en AirBnB.com. Maar nu weet ik ook hoe een boeking verwerkt wordt bij een hotel, en met die kennis kan ik uiteraard weer mijn voordeel doen.

Maar het mooiste blijft natuurlijk het contact met mijn collega’s

en de gasten. Mijn manager Cesar en zijn zoon Cesar Junior zijn de vaste receptionisten in het hotel, aangevuld met één of meerdere vrijwilligers. Om beurten bemannen we de receptie en zijn we verantwoordelijk voor het hostel, per dienst draag je dus de volledige verantwoording over de 14 kamers en slaapzaal voor 10 personen. Cesar en zijn zoon komen uit Venezuela, anderhalf jaar geleden zijn ze naar Costa Rica gekomen in de hoop op werk en betere omstandigheden – zoals je in het nieuws hebt kunnen vernemen gaat het door de dalende olieprijzen economisch gezien erg slecht in Venezuela – de vorige President Chavez nationaliseerde bijna de gehele economie van Venezuela en de huidige president Maduro zorgde met zijn geldverslindende beleid ervoor dat er nu te weinig geld is om voedsel en medicijnen te importeren: er staan lange rijen voor supermarkten en apotheken en veel

inwoners doen hun inkopen in buurland Colombia. De vrouw en dochter van Cesar wonen nog wel in Venezuela, en ik krijg een dagelijks verslag van Cesar over de moeilijkheden die zij ondervinden.

In Midden-Amerika komen opvallend veel reizigers uit Israel, ik heb me laten vertellen dat dat enerzijds komt omdat veel jonge Israeli’s van surfen houden, en de golven aan de Pacifische kust geweldig zijn. In bars en toeristenwinkels zie je regelmatig items met de Israëlische vlag erop. Eind jaren negentig was ik zelf in Israel om rond te reizen en mijn oudste zus Katinka op te zoeken die daar anderhalf jaar in een kibboets werkte. Van die reis herinner ik me nog dat de Israelische stempels in mijn paspoort mij zouden verhinderen om in de toekomst te reizen naar een aantal buurlanden.

Inmiddels ben ik alweer 2 paspoorten verder en is dat geen issue meer. Maar voor reislustige Israeli’s zijn er een flink aantal beperkingen: niet alleen zijn ze vanuit historisch oogpunt niet welkom bij de meeste landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, ook mogen ze er niet overstappen op de luchthavens. Voor ons populaire bestemmingen als Indonesië en Maleisië zijn voor Israeli’s niet toegankelijk en veel andere landen hanteren strenge visa-eisen waaraan reizigers uit Israel moeten voldoen. Midden- en Zuid-Amerika zijn zo goed als visavrij voor Israeli’s, vandaar dat je hier bovengemiddeld veel van deze vriendelijke reizigers ziet.

Naar welk land je ook gaat, overal vind je ze: Chinezen, zo ook in Costa Rica. In San José is zelfs een complete Chinese wijk. De regering van Costa Rica heeft jaren geleden een aantal Chinese investeerders uitgenodigd om Costa Rica te helpen in de ontwikkeling van het land. Door Chinese inbreng ontstond een betere infrastructuur in Poas National Park, werden een

aantal bruggen gerealiseerd en kwam het futuristische ogende nationale voetbalstadium tot stand. In de voetsporen van de Chinese bouwers kwamen ook kleine ondernemers hun geluk zoeken in Costa Rica: er zijn inmiddels flink wat bedrijfjes in San José met Chinese tekens op de gevel. Zo is ook ondernemer Roy Chen met zijn familie naar Costa Rica gekomen: met zijn spaargeld kocht hij een heel blok op, en vestigde daar een grote supermarkt, een Chinees restaurant en werd eigenaar van 2 grote parkeergarages en een hotel – namelijk het hotel waar ik nu werk…. Gelukkig spreekt meneer Chen goed Spaans, want mijn vorig jaar in China opgedane taalkennis reikt niet veel verder dan ‘ni hao’`(hallo) en ‘bù là’ (niet pittig).

Hasta luego!

Get started right away!

What are you waiting for? Capture your adventures in a digital diary that you can share with friends and family. You can switch between any of your devices anytime. Get started in our online web application.