Australie

Na een flink stuk rijden kwamen we aan in Esperance, een kleine stad aan de kust. De camping was klein maar gewild en werd op dit moment bevolkt door een groot aantal vogelspotters, die terwijl wij wilden barbecue-en instructies kregen over de komende dagen (‘Goed drinken, want ook al is het wat frisser, ook de wind zorgt dat je dehydreert’ en ‘De zon weerkaatst op water dus goed smeren, want ook al schijnt de zon niet de hele dag, dan verbrand je toch!’). Wijze woorden! Overdag hadden we een stukje gewandeld langs de kust en bezochten we het museum. Volgens de Lonely Planet de moeite, maar tussen de regels door las je wel dat het vooral volgeduwde vitrines waren. En wat een meuk inderdaad. Kasten vol met schelpen, oude kleding, boodschappen uit het jaar nul, medische benodigdheden, een oude stoomtrein (met ‘sound-effect’), van papier-maché gemaakte paarden die hun uitrusting toonden, enge poppen in wiegjes, oude auto’s en tanks, stukken van het Sky Lab… Ik kan nog wel even doorgaan. Wat nog wel interessant was is dat ze ook een oud röntgenapparaat hadden staan. Het had toch wel iets weg van de ‘giraf’ die ze tegenwoordig gebruikten.
In Esperance draait het vooral om de stranden en daarom reden we de volgende dag door naar Cape Le Grand National Park, waar (nog) een Lucky Bay is met het witste strand van Australië. Tevens is het zeer beroemd vanwege de wallabies die net als wij liggen te zonnebaden op het strand. Bij aankomst hadden we een prachtig uitzicht over de baai en de camping lag hier vlak boven. Begin van de middag hadden we Frenchman Peak beklommen en dus hadden we wel zin in een duik. Frenchman Peak was een gigantische rots van 262 meter, waar je letterlijk tegenaan omhoog kunt lopen. In het kader van, aan welke reis doet dit u denken, hadden wij ons geld ingezet op de Voltzberg in Suriname. Hoewel het af en toe toch een beetje eng is om op je wandelschoenen inclusief goede grip te vertrouwen, want hier was geen Ronnie om te zeggen dat het echt kon, kwamen we na een uurtje op de top aan. Onderweg zagen we weer een hoop dames en heren, die een stuk minder atletisch zijn dan wij, die op gewone gympies naar boven waren geweest. En wat een prachtig uitzicht over het park.
Helaas was het op het strand bij Lucky Bay een stuk frisser en zat een verfrissende duik er niet in. Met een capuccino, of ook wel kangacino, genoten we van het uitzicht over het echt heeeeel witte zand en de prachtige azuurblauwe zee. De wallabies vonden het ook een beetje koud, dus die middag en avond hebben we ze niet meer gezien. Wat we wel hebben gezien is een zwarte slang van ongeveer 1,5 meter lang, die lag te zonnebaden op onze camping plek. Op dat moment kwam de ranger voorbij rijden, waarop Wouter tegen hem

daphne_aukes

44 chapters

15 Apr 2020

Dag 63-64 Esperance en Cape Le Grand NP

November 03, 2019

|

Lucky Bay

Na een flink stuk rijden kwamen we aan in Esperance, een kleine stad aan de kust. De camping was klein maar gewild en werd op dit moment bevolkt door een groot aantal vogelspotters, die terwijl wij wilden barbecue-en instructies kregen over de komende dagen (‘Goed drinken, want ook al is het wat frisser, ook de wind zorgt dat je dehydreert’ en ‘De zon weerkaatst op water dus goed smeren, want ook al schijnt de zon niet de hele dag, dan verbrand je toch!’). Wijze woorden! Overdag hadden we een stukje gewandeld langs de kust en bezochten we het museum. Volgens de Lonely Planet de moeite, maar tussen de regels door las je wel dat het vooral volgeduwde vitrines waren. En wat een meuk inderdaad. Kasten vol met schelpen, oude kleding, boodschappen uit het jaar nul, medische benodigdheden, een oude stoomtrein (met ‘sound-effect’), van papier-maché gemaakte paarden die hun uitrusting toonden, enge poppen in wiegjes, oude auto’s en tanks, stukken van het Sky Lab… Ik kan nog wel even doorgaan. Wat nog wel interessant was is dat ze ook een oud röntgenapparaat hadden staan. Het had toch wel iets weg van de ‘giraf’ die ze tegenwoordig gebruikten.
In Esperance draait het vooral om de stranden en daarom reden we de volgende dag door naar Cape Le Grand National Park, waar (nog) een Lucky Bay is met het witste strand van Australië. Tevens is het zeer beroemd vanwege de wallabies die net als wij liggen te zonnebaden op het strand. Bij aankomst hadden we een prachtig uitzicht over de baai en de camping lag hier vlak boven. Begin van de middag hadden we Frenchman Peak beklommen en dus hadden we wel zin in een duik. Frenchman Peak was een gigantische rots van 262 meter, waar je letterlijk tegenaan omhoog kunt lopen. In het kader van, aan welke reis doet dit u denken, hadden wij ons geld ingezet op de Voltzberg in Suriname. Hoewel het af en toe toch een beetje eng is om op je wandelschoenen inclusief goede grip te vertrouwen, want hier was geen Ronnie om te zeggen dat het echt kon, kwamen we na een uurtje op de top aan. Onderweg zagen we weer een hoop dames en heren, die een stuk minder atletisch zijn dan wij, die op gewone gympies naar boven waren geweest. En wat een prachtig uitzicht over het park.
Helaas was het op het strand bij Lucky Bay een stuk frisser en zat een verfrissende duik er niet in. Met een capuccino, of ook wel kangacino, genoten we van het uitzicht over het echt heeeeel witte zand en de prachtige azuurblauwe zee. De wallabies vonden het ook een beetje koud, dus die middag en avond hebben we ze niet meer gezien. Wat we wel hebben gezien is een zwarte slang van ongeveer 1,5 meter lang, die lag te zonnebaden op onze camping plek. Op dat moment kwam de ranger voorbij rijden, waarop Wouter tegen hem

zei dat er een slang in de bosjes lag. Hij stapte uit met de woorden: ‘Yes, what do you want me to do about it?’ Het bleek één van de meest giftige slangen te zijn, maar als je hem met rust laat doet hij niks. Andere Australiërs hadden ons al ingelicht dat de zwarte niks doen en dat je bij een beet van de bruine nog net een paar minuten hebt om naar huis te bellen. Gezellig!
Na een heerlijke nacht slapen wilde Wout een rondje hardlopen op het strand. Het zand is hier denk ik zo wit omdat het veel zout bevat en het is dus ook veel harder dan wij gewend zijn. Ik sloeg het rondje dit keer over, want met al dat gehike plus een keertje verstappen heb ik een waarschijnlijk al bestaande ‘runners knee’ verergerd. Iets van sport kon ik natuurlijk niet laten, dus ik besloot om op het strand wat oefeningen te gaan doen en hopelijk een wallaby te spotten. Al direct bij aankomst op het strand zaten er twee te chillen, maar die gingen er snel vandoor toen ik geen eten in mijn tas bleek te hebben. Na wat oefeningen zag ik echter in de verte een moeder met een kleine

wallaby in de branding en besloot erop af te gaan. Toen ik eenmaal in positie was hadden zij mij ook in de gaten en kwamen direct op me af gehupst om te kijken of ik eten had. Ondanks dat al snel bleek dat dat niet het geval was bleven ze toch even om mij heen zitten en raakten mijn arm aan met hun snuit. Ik kreeg het zelfs voor elkaar om een selfie te maken! Dus voor mij geen Quokka-selfie, maar een Wallaby-selfie. Andere strandgangers hadden het natuurlijk ook door, dus het duurde niet lang voor er een hele groep om ze heen stond. Ondertussen ging ik weer verder met mijn oefeningen en toen de wallabies het zat waren kwamen ze nog even bij mij kijken of alles wel goed ging. Na nog wat foto’s hupste de kleine over mijn voeten achter zijn moeder aan op zoek naar toeristen mét eten.

Share your travel adventures like this!

Create your own travel blog in one step

Share with friends and family to follow your journey

Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2025 Travel Diaries. All rights reserved.