Mijn dagboek

Week nummer 13, de tijd vliegt nog steeds voorbij en zo ook deze week waar ik maar 4 dagen stage hoef te lopen. Deze week zullen mijn ouders namelijk na 30 uur reizen aankomen in het altijd zonnige Nieuw-Zeeland. Op stage had ik al geruime tijd geregeld dat ik vrijdag, maar ook maandag volgende week, vrij zou zijn zodat ik vier dagen weekend met mijn ouders kon delen.

Woensdagavond pak ik dus al mijn bagage al, ruim ik heel mijn kamer op zodat mijn ouders niets anders dan een goede eerste indruk kunnen krijgen. Donderdagochtend stap ik met al mijn bagage de bus in naar stage en houd ik via internet in de gaten waar hun vliegtuig ongeveer hangt.

In de lunchpauze loop ik nog even het centrum in om een hoesje voor mijn spiksplinternieuwe telefoon die mijn ouders morgen meebrengen te kopen. Ik werk tot 5 uur zoals iedere dag en wacht een uurtje na werktijd op mijn bus die vanaf het transportcentrum naar Auckland vertrekt.

Ieder ritje dat ik hier met de bus doe levert mij tegoed op wat ik kan gebruiken om een nieuwe busrit te reserveren. Aangezien ik al best wat uitje heb gepland is deze reis dus helemaal gratis, hoezee.

Mijn bus was er een kwartier na geplande vertrektijd nog steeds niet en daarom mochten we instappen in een andere bus die iets later zou vertrekken. De buschauffeur zei dat het niet uitmaakte waar we zouden zitten en dus plof ik neer op een golden seat, een stoel die veel groter is en waar je normaal extra voor moet betalen.

Op het moment dat we vertrekken met de andere bus komt net mijn goede bus aanrijden, maar de buschauffeur heeft er schijt aan en vertrekt gewoon. Ik zat al een beetje in de rats want in moest in Manukau overstappen op een andere bus die maar een keer per uur vertrekt.

De bus sneller laten rijden kan ik niet, dus was het gewoon achterover leunen in mijn deluxe stoel en de 2 uur durende reis uitzitten. Sneller dan verwacht komen we gelukkig aan in Manukau waar ik de eerste de beste eetgelegenheid, in dit geval Burger King, binnen duik en snel een burger naar binnen werk voor ik weer in mijn volgende bus moet.

Ik had een kamer geboekt bij een Airbnb vlakbij het vliegveld, lees 5km van het vliegveld vandaan. De bus zou me dus afzetten bij het vliegveld waarna ik, door de regen, nog naar mijn kamer moest lopen. Toen ik aan de buschauffeur vroeg of er een mogelijkheid was om dichterbij afgezet te worden vertelde hij me dat hij er praktisch langs reed en dat ik daarheen gebracht kon worden op hetzelfde busticket.

Met de bus ga ik dus naar het beoogde busstation vanaf waar het nog maar 10 minuutjes lopen is.De cijfercode van het slot en de kamer had ik al gekregen, maar ik bel toch netjes even aan om te laten weten dat ik er ben. Waar ik overnacht is eigenlijk een tuinhuisje, wel knus ingericht met alles van hout, verwarming en een elektrisch deken. Daarnaast is er een gebouw met een moderne badkamer, precies wat ik nodig heb na zo'n lange dag.

Ik duik op tijd in bed, want morgen gaat de wekker weer om 6 uur, ik skype nog even met m'n broertje thuis om te zien of hij de tent al heeft afgebroken in z'n eentje en sluit mijn ogen.

Op vrijdagochtend gaat mijn wekker om 6 uur en zie ik dat mijn ouders al geland zijn op Auckland Airport. Ik pak mijn koffers, poets mijn tanden en vertrek lopend richting het vliegveld. Ik heb namelijk een auto gehuurd voor de gehele periode dat mijn ouders in Nieuw-Zeeland zijn. Het geniale idee is dat mijn ouders rustig hun koffers pakken en door de douane heen komen en dat ik ze ophaal met de huurauto.

Ik loop dus 45 minuten naar de autoverhuur terwijl op straat geen hond te bekennen is. Ik sta voor de deur als zo om 7 uur open gaan, laat mijn papieren zien en wil de borg betalen met mijn creditcard. Nu komt het, mijn creditcard lijkt dit niet te kunnen, ik probeer nog mijn Nederlandse creditcard maar die heeft weer een te laag limiet. Zonder die borg krijg ik die auto niet mee. De enige optie die ik heb is om een extra verzekering af te sluiten waardoor die borg niet benodigd is. Het is niet alleen mijn geld en daarom besluit ik op mijn ouders te wachten.

Ik loop naar het vliegveld toe en wacht daar in de arrivals hal tot ik die twee door de deur heen zie komen. Dit duurt alleen verdomde lang, ze zijn al bijna 2 uur geleden geland en ik heb nog steeds geen teken van gezien, wel een sms'je gelukkig. Later blijkt dat ze langer vast zijn gehouden bij de röntgenscan waar ik eerder over vertelde omdat ze een pot pindakaas voor me mee hadden genomen haha. Uiteindelijk komen ze dan eindelijk door de deuren heen en in plaats van een knuffel word ik meteen uitgescholden door m'n moeder (zo erg was het niet hoor).

Mijn moeder blijkt niet blij te zien met het feit dat ik me niet had geschoren. Na beloofd te hebben dat die er morgen af gaat geven we elkaar een knuffel en leg ik de situatie omtrent de auto uit. We proberen mijn vader zijn creditcard nog bij het verhuurbedrijf, maar ook dit mocht niet baten. Er zit dus geen andere optie op dan de verzekering te nemen, mijn ouders hebben al hun overnachtingen door heel Nieuw-Zeeland namelijk al geboekt.

Uiteindelijk is het half 9 voor wegrijden bij het verhuurbedrijf en ik verga van de honger, ik heb nog niet echt ontbeten en dus stel ik voor om naar het centrum van Auckland te rijden en een bakkertje te zoeken. Na een rit die 10 minuten zou moeten duren maar 30 minuten in beslag neemt hebben m'n ouders een goed beeld van hoe chaotisch Auckland kan zijn en parkeren we bij een bakkertje.

Hier krijg ik eindelijk mijn nieuwe telefoon in mijn handen, snel de eerste zaken ingesteld zodat hij klaar is om foto's mee te maken vertrekken we richting het noorden van het eiland. We rijden nog een stukje door het centrum waar wanhopig foto's vanuit de auto van de Skytower geprobeerd worden te maken en rijden over de toonaangevende Harbour Bridge.

Voor mij niet helemaal nieuw meer rijden we door een groen glooiend landschap verder landinwaarts. De eerste stop is ergens langs de State Highway waar we ook een bordje zien staan voor een waterval. We lopen het pad af horen overal water om ons heen, maar een waterval zien we helaas niet.

We rijden verder naar het noorden en komen wederom een bordje tegen voor een waterval, ditmaal de Piroa Falls. Een gravelweg van 6km die ons bijna de wagen uit doet hobbelen brengt ons bij het pad naar de waterval. Dit is waar ik het voor doe, slechts een andere auto en voor de rest zijn we alleen, niet zoals die bezienswaardigheden waar massale bussen heen vertrekken.

Na de waterval bezocht te hebben rijden weer over de hobbelende grindweg terug naar de State Highway waar we tot de afslag One Tree Point rijden. Deze plek ligt zo'n 20km van de highway aan een (godzijdank) geasfalteerde weg. We schieten hier de nodige plaatjes en een mooie panorama terwijl de zon langzaam doorbreekt.

Hierna rijden we weer terug naar de State Highway terwijl het middaguur al even gepasseerd is. We rijden door naar een wat grotere stad, Whangarei, waar we lunchen bij de Whangarei Falls voor we doorrijden naar Pahia waar we overnachten.

Voor we Pahia aankomen stoppen we nog op een mooi uitzichtpunt stoppen we op de top van een heuvel, naar beneden crossend gaan we nog even naar de Haruru Falls voor de zon ondergaat en rijden waar naar onze accommodatie.

Als avondeten wil ik mijn ouders iets typisch Nieuw-Zeelands laten eten en dus gaan we naar een typisch cafe / barretje om fish and chips te eten. Hierna gaan we op tijd naar bed want m'n ouders zijn bekaf en ik kan ook wel wat slaap gebruiken.

De volgende ochtend staan we vroeg op want we hebben een flinke rit voor de boeg. We ontbijten, leggen alle spullen weer in de auto en vertrekken met gierende banden verder naar het noorden,

Eerste stop vandaag ligt bij Kerikeri en heet de Rainbow Falls. Op het eerste uitzichtpunt snap ik niet waar die naam vandaan komt, maar als we verder lopen zien we zowaar een regenboog verschijnen tussen al het opspattende water.

Ik en mijn vader besluiten nog even naar de bodem van de waterval te lopen terwijl mijn moeder boven blijft wachten en zo praatgraag als ze is met een ouder stel in gesprek raakt. Deze mensen maken maken nog even een foto van ons drieën en daarmee zijn we ook klaar om verder te rijden.

Volgende stop is een koffiestop in Mangonui want daar ben ik aan toe ondertussen. Heel veel dorpjes zijn we nog niet gepasseerd en omdat we nog een klere eind te gaan hebben besluiten we een take away koffie te nemen. Of dit een goede beslissing was, geen idee, want we hebben 20 minuten moeten wachten voor eindelijk onze koffie hadden. Als de sodemieter maar weer door met een bak koffie in de handen.

Vanaf hier was het nog zo'n 130km (lees 2 uur rijden) naar Cape Reinga waar we heen wilden vandaag. De weg was zo ongelofelijk bochtig en op een paar fotomomentjes na zijn we niet gestopt. Heel veel tegenliggers komen we dan ook niet tegen en aan de linkerzijde zien we ondertussen de witte zandduinen van 90 Mile Beach opdoemen.

Op de parkeerplaats blijkt het toch best een aantrekkelijke plek te zijn. Waar we niet bij stil hadden gestaan is dat we nog een stuk moesten lopen naar het uitzichtpunt. De uitzichten waren overigens vanaf het begin al geweldig en behoeven misschien enige uitleg. Cape Reinga wordt gezien al het noordelijkste puntje van Nieuw-Zeeland waar de Tasmaanse Zee en de Pacifische Oceaan in elkaar overvloeien.

De kaap wordt gekenmerkt door een witte vuurtoren en iedereen die bekend is met Nieuw-Zeeland kent het plaatje wel. Het panorama uitzicht is echt geweldig en we kunnen letterlijk de lijn zien waar de twee oceanen op elkaar in rammen, een mooi plaatje.

Na een lunch met dit fantastische uitzicht, tientallen foto's later en weer omhoog geklommen te zijn vertrekken we weer richting het zuiden over precies dezelfde weg als we heen zijn gekomen. Het wordt al wat later in de middag en aangezien het nog 4 uur (!) rijden is naar onze accommodatie houden we vaart erin en besluiten we om enkel voor een paar foto's te stoppen.

Na een uur of 3 wil ik wel even de benen strekken maken we een sanitaire stop en koop ik een fanta slush puppy. Ondertussen is het donker en rijden we verder richting Dargaville waar we overnachten.

De weg is pik en pikkedonker, bochtig en het stikt er van de one lane bridges, ik ben blij als we eindelijk veilig in de bewoonde wereld aankomen. Bewoond is het dan wel, maar er is weinig leven te bekennen.

Dat blijkt ook als we bij ons hotel aankomen wat wel gesloten lijkt te zijn, tafels zijn ingepakt en de deuren zijn dicht. Uiteindelijk vind ik een deur die open is en sta ik midden in het hotel waar iemand in de keuken aan het werk is. De eigenaren blijken er niet te zijn vandaag en we blijken de enige gasten in dit grote hotel te zijn. Geen probleem voor mij, lekker rustig en niemand om ons aan te storen.

Ondertussen rammelen we ook en dus gaan we op zoek naar een plek om te eten. Het centrum is ook dood en we vinden gelukkig een Thaise zaak die open is waar we wat kunnen eten.

Ook vandaag duiken we weer op tijd ons bed in na veel te lang in de auto zitten. De afstanden vallen hier zo hard tegen met al die verschikkelijk bochtige wegen, maar Cape Reinga was het gelukkig allemaal waard.

De volgende ochtend maken we zelf ons ontbijt klaar, degene die ons binnen heeft gelaten gisteren ligt denk ik nog te slapen en omdat alles al klaar staat op de bar is dat voor ons geen probleem. Halverwege het ontbijt komt ze toch naar beneden en maakt ze nog wat verse koffie klaar.

Na de koffie vertrekken we (weer) naar het noorden om het Waipoua Forest te bezoeken. Normaal vind ik dit niet zo boeiend maar dit is een Kauri Forest, Kauri's zijn bomen die typisch Nieuw-Zeelands zijn en gigantisch hoog kunnen worden. In dit Forest staat dan ook de grootste Kauri boom van Nieuw-Zeeland welke volgens de Maori's een god is. De boom is (en schrik niet) 51 meter hoog en heeft een diameter van 14 meter.

Bij de boom aangekomen moeten we onze schoenen desinfecteren door op gekke sponzen te gaan staan en te borstelen. We lopen het pad af en terwijl mijn moeder en ik rustig door stappen roept mijn vader ons terug, we zijn ( geloof het of niet) de boom al voorbij gelopen haha. Hoe we zo'n boom kunnen missen, geen idee, maar hij is echt gigantisch.

Ik heb zelf problemen, zelfs met mn nieuwe telefoon, om heel de boom in een plaatje te krijgen. Na de nodige plaatjes met iedereen even voor de boom gemaakt te hebben vertrekken we weer richting het zuiden, over wederom dezelfde weg, richting Hamilton.

Op de weg terug rijden we langs de Mangawhai Cliffs die enkel bereikbaar blijken door een wandelroute van 2 uur en rijden we dwars door Auckland door naar Hamilton waar ik mijn ouders in het donker eindelijk mijn kamer kan laten zien.

Zo eindigt week 13, veel gezien, vooral ook veel gereden (1700km in 3 dagen) en héél véél gelachen. Morgen heb ik nog een dag weekend met mijn ouders, maar dat zal onderdeel worden van week 14.

Voor nu zeg ik weer: Tot de volgende!

s.sannen

22 chapters

15 Apr 2020

Week 13 en drie dagen met mijn ouders

Hamilton, Nieuw-Zeeland

Week nummer 13, de tijd vliegt nog steeds voorbij en zo ook deze week waar ik maar 4 dagen stage hoef te lopen. Deze week zullen mijn ouders namelijk na 30 uur reizen aankomen in het altijd zonnige Nieuw-Zeeland. Op stage had ik al geruime tijd geregeld dat ik vrijdag, maar ook maandag volgende week, vrij zou zijn zodat ik vier dagen weekend met mijn ouders kon delen.

Woensdagavond pak ik dus al mijn bagage al, ruim ik heel mijn kamer op zodat mijn ouders niets anders dan een goede eerste indruk kunnen krijgen. Donderdagochtend stap ik met al mijn bagage de bus in naar stage en houd ik via internet in de gaten waar hun vliegtuig ongeveer hangt.

In de lunchpauze loop ik nog even het centrum in om een hoesje voor mijn spiksplinternieuwe telefoon die mijn ouders morgen meebrengen te kopen. Ik werk tot 5 uur zoals iedere dag en wacht een uurtje na werktijd op mijn bus die vanaf het transportcentrum naar Auckland vertrekt.

Ieder ritje dat ik hier met de bus doe levert mij tegoed op wat ik kan gebruiken om een nieuwe busrit te reserveren. Aangezien ik al best wat uitje heb gepland is deze reis dus helemaal gratis, hoezee.

Mijn bus was er een kwartier na geplande vertrektijd nog steeds niet en daarom mochten we instappen in een andere bus die iets later zou vertrekken. De buschauffeur zei dat het niet uitmaakte waar we zouden zitten en dus plof ik neer op een golden seat, een stoel die veel groter is en waar je normaal extra voor moet betalen.

Op het moment dat we vertrekken met de andere bus komt net mijn goede bus aanrijden, maar de buschauffeur heeft er schijt aan en vertrekt gewoon. Ik zat al een beetje in de rats want in moest in Manukau overstappen op een andere bus die maar een keer per uur vertrekt.

De bus sneller laten rijden kan ik niet, dus was het gewoon achterover leunen in mijn deluxe stoel en de 2 uur durende reis uitzitten. Sneller dan verwacht komen we gelukkig aan in Manukau waar ik de eerste de beste eetgelegenheid, in dit geval Burger King, binnen duik en snel een burger naar binnen werk voor ik weer in mijn volgende bus moet.

Ik had een kamer geboekt bij een Airbnb vlakbij het vliegveld, lees 5km van het vliegveld vandaan. De bus zou me dus afzetten bij het vliegveld waarna ik, door de regen, nog naar mijn kamer moest lopen. Toen ik aan de buschauffeur vroeg of er een mogelijkheid was om dichterbij afgezet te worden vertelde hij me dat hij er praktisch langs reed en dat ik daarheen gebracht kon worden op hetzelfde busticket.

Met de bus ga ik dus naar het beoogde busstation vanaf waar het nog maar 10 minuutjes lopen is.De cijfercode van het slot en de kamer had ik al gekregen, maar ik bel toch netjes even aan om te laten weten dat ik er ben. Waar ik overnacht is eigenlijk een tuinhuisje, wel knus ingericht met alles van hout, verwarming en een elektrisch deken. Daarnaast is er een gebouw met een moderne badkamer, precies wat ik nodig heb na zo'n lange dag.

Ik duik op tijd in bed, want morgen gaat de wekker weer om 6 uur, ik skype nog even met m'n broertje thuis om te zien of hij de tent al heeft afgebroken in z'n eentje en sluit mijn ogen.

Op vrijdagochtend gaat mijn wekker om 6 uur en zie ik dat mijn ouders al geland zijn op Auckland Airport. Ik pak mijn koffers, poets mijn tanden en vertrek lopend richting het vliegveld. Ik heb namelijk een auto gehuurd voor de gehele periode dat mijn ouders in Nieuw-Zeeland zijn. Het geniale idee is dat mijn ouders rustig hun koffers pakken en door de douane heen komen en dat ik ze ophaal met de huurauto.

Ik loop dus 45 minuten naar de autoverhuur terwijl op straat geen hond te bekennen is. Ik sta voor de deur als zo om 7 uur open gaan, laat mijn papieren zien en wil de borg betalen met mijn creditcard. Nu komt het, mijn creditcard lijkt dit niet te kunnen, ik probeer nog mijn Nederlandse creditcard maar die heeft weer een te laag limiet. Zonder die borg krijg ik die auto niet mee. De enige optie die ik heb is om een extra verzekering af te sluiten waardoor die borg niet benodigd is. Het is niet alleen mijn geld en daarom besluit ik op mijn ouders te wachten.

Ik loop naar het vliegveld toe en wacht daar in de arrivals hal tot ik die twee door de deur heen zie komen. Dit duurt alleen verdomde lang, ze zijn al bijna 2 uur geleden geland en ik heb nog steeds geen teken van gezien, wel een sms'je gelukkig. Later blijkt dat ze langer vast zijn gehouden bij de röntgenscan waar ik eerder over vertelde omdat ze een pot pindakaas voor me mee hadden genomen haha. Uiteindelijk komen ze dan eindelijk door de deuren heen en in plaats van een knuffel word ik meteen uitgescholden door m'n moeder (zo erg was het niet hoor).

Mijn moeder blijkt niet blij te zien met het feit dat ik me niet had geschoren. Na beloofd te hebben dat die er morgen af gaat geven we elkaar een knuffel en leg ik de situatie omtrent de auto uit. We proberen mijn vader zijn creditcard nog bij het verhuurbedrijf, maar ook dit mocht niet baten. Er zit dus geen andere optie op dan de verzekering te nemen, mijn ouders hebben al hun overnachtingen door heel Nieuw-Zeeland namelijk al geboekt.

Uiteindelijk is het half 9 voor wegrijden bij het verhuurbedrijf en ik verga van de honger, ik heb nog niet echt ontbeten en dus stel ik voor om naar het centrum van Auckland te rijden en een bakkertje te zoeken. Na een rit die 10 minuten zou moeten duren maar 30 minuten in beslag neemt hebben m'n ouders een goed beeld van hoe chaotisch Auckland kan zijn en parkeren we bij een bakkertje.

Hier krijg ik eindelijk mijn nieuwe telefoon in mijn handen, snel de eerste zaken ingesteld zodat hij klaar is om foto's mee te maken vertrekken we richting het noorden van het eiland. We rijden nog een stukje door het centrum waar wanhopig foto's vanuit de auto van de Skytower geprobeerd worden te maken en rijden over de toonaangevende Harbour Bridge.

Voor mij niet helemaal nieuw meer rijden we door een groen glooiend landschap verder landinwaarts. De eerste stop is ergens langs de State Highway waar we ook een bordje zien staan voor een waterval. We lopen het pad af horen overal water om ons heen, maar een waterval zien we helaas niet.

We rijden verder naar het noorden en komen wederom een bordje tegen voor een waterval, ditmaal de Piroa Falls. Een gravelweg van 6km die ons bijna de wagen uit doet hobbelen brengt ons bij het pad naar de waterval. Dit is waar ik het voor doe, slechts een andere auto en voor de rest zijn we alleen, niet zoals die bezienswaardigheden waar massale bussen heen vertrekken.

Na de waterval bezocht te hebben rijden weer over de hobbelende grindweg terug naar de State Highway waar we tot de afslag One Tree Point rijden. Deze plek ligt zo'n 20km van de highway aan een (godzijdank) geasfalteerde weg. We schieten hier de nodige plaatjes en een mooie panorama terwijl de zon langzaam doorbreekt.

Hierna rijden we weer terug naar de State Highway terwijl het middaguur al even gepasseerd is. We rijden door naar een wat grotere stad, Whangarei, waar we lunchen bij de Whangarei Falls voor we doorrijden naar Pahia waar we overnachten.

Voor we Pahia aankomen stoppen we nog op een mooi uitzichtpunt stoppen we op de top van een heuvel, naar beneden crossend gaan we nog even naar de Haruru Falls voor de zon ondergaat en rijden waar naar onze accommodatie.

Als avondeten wil ik mijn ouders iets typisch Nieuw-Zeelands laten eten en dus gaan we naar een typisch cafe / barretje om fish and chips te eten. Hierna gaan we op tijd naar bed want m'n ouders zijn bekaf en ik kan ook wel wat slaap gebruiken.

De volgende ochtend staan we vroeg op want we hebben een flinke rit voor de boeg. We ontbijten, leggen alle spullen weer in de auto en vertrekken met gierende banden verder naar het noorden,

Eerste stop vandaag ligt bij Kerikeri en heet de Rainbow Falls. Op het eerste uitzichtpunt snap ik niet waar die naam vandaan komt, maar als we verder lopen zien we zowaar een regenboog verschijnen tussen al het opspattende water.

Ik en mijn vader besluiten nog even naar de bodem van de waterval te lopen terwijl mijn moeder boven blijft wachten en zo praatgraag als ze is met een ouder stel in gesprek raakt. Deze mensen maken maken nog even een foto van ons drieën en daarmee zijn we ook klaar om verder te rijden.

Volgende stop is een koffiestop in Mangonui want daar ben ik aan toe ondertussen. Heel veel dorpjes zijn we nog niet gepasseerd en omdat we nog een klere eind te gaan hebben besluiten we een take away koffie te nemen. Of dit een goede beslissing was, geen idee, want we hebben 20 minuten moeten wachten voor eindelijk onze koffie hadden. Als de sodemieter maar weer door met een bak koffie in de handen.

Vanaf hier was het nog zo'n 130km (lees 2 uur rijden) naar Cape Reinga waar we heen wilden vandaag. De weg was zo ongelofelijk bochtig en op een paar fotomomentjes na zijn we niet gestopt. Heel veel tegenliggers komen we dan ook niet tegen en aan de linkerzijde zien we ondertussen de witte zandduinen van 90 Mile Beach opdoemen.

Op de parkeerplaats blijkt het toch best een aantrekkelijke plek te zijn. Waar we niet bij stil hadden gestaan is dat we nog een stuk moesten lopen naar het uitzichtpunt. De uitzichten waren overigens vanaf het begin al geweldig en behoeven misschien enige uitleg. Cape Reinga wordt gezien al het noordelijkste puntje van Nieuw-Zeeland waar de Tasmaanse Zee en de Pacifische Oceaan in elkaar overvloeien.

De kaap wordt gekenmerkt door een witte vuurtoren en iedereen die bekend is met Nieuw-Zeeland kent het plaatje wel. Het panorama uitzicht is echt geweldig en we kunnen letterlijk de lijn zien waar de twee oceanen op elkaar in rammen, een mooi plaatje.

Na een lunch met dit fantastische uitzicht, tientallen foto's later en weer omhoog geklommen te zijn vertrekken we weer richting het zuiden over precies dezelfde weg als we heen zijn gekomen. Het wordt al wat later in de middag en aangezien het nog 4 uur (!) rijden is naar onze accommodatie houden we vaart erin en besluiten we om enkel voor een paar foto's te stoppen.

Na een uur of 3 wil ik wel even de benen strekken maken we een sanitaire stop en koop ik een fanta slush puppy. Ondertussen is het donker en rijden we verder richting Dargaville waar we overnachten.

De weg is pik en pikkedonker, bochtig en het stikt er van de one lane bridges, ik ben blij als we eindelijk veilig in de bewoonde wereld aankomen. Bewoond is het dan wel, maar er is weinig leven te bekennen.

Dat blijkt ook als we bij ons hotel aankomen wat wel gesloten lijkt te zijn, tafels zijn ingepakt en de deuren zijn dicht. Uiteindelijk vind ik een deur die open is en sta ik midden in het hotel waar iemand in de keuken aan het werk is. De eigenaren blijken er niet te zijn vandaag en we blijken de enige gasten in dit grote hotel te zijn. Geen probleem voor mij, lekker rustig en niemand om ons aan te storen.

Ondertussen rammelen we ook en dus gaan we op zoek naar een plek om te eten. Het centrum is ook dood en we vinden gelukkig een Thaise zaak die open is waar we wat kunnen eten.

Ook vandaag duiken we weer op tijd ons bed in na veel te lang in de auto zitten. De afstanden vallen hier zo hard tegen met al die verschikkelijk bochtige wegen, maar Cape Reinga was het gelukkig allemaal waard.

De volgende ochtend maken we zelf ons ontbijt klaar, degene die ons binnen heeft gelaten gisteren ligt denk ik nog te slapen en omdat alles al klaar staat op de bar is dat voor ons geen probleem. Halverwege het ontbijt komt ze toch naar beneden en maakt ze nog wat verse koffie klaar.

Na de koffie vertrekken we (weer) naar het noorden om het Waipoua Forest te bezoeken. Normaal vind ik dit niet zo boeiend maar dit is een Kauri Forest, Kauri's zijn bomen die typisch Nieuw-Zeelands zijn en gigantisch hoog kunnen worden. In dit Forest staat dan ook de grootste Kauri boom van Nieuw-Zeeland welke volgens de Maori's een god is. De boom is (en schrik niet) 51 meter hoog en heeft een diameter van 14 meter.

Bij de boom aangekomen moeten we onze schoenen desinfecteren door op gekke sponzen te gaan staan en te borstelen. We lopen het pad af en terwijl mijn moeder en ik rustig door stappen roept mijn vader ons terug, we zijn ( geloof het of niet) de boom al voorbij gelopen haha. Hoe we zo'n boom kunnen missen, geen idee, maar hij is echt gigantisch.

Ik heb zelf problemen, zelfs met mn nieuwe telefoon, om heel de boom in een plaatje te krijgen. Na de nodige plaatjes met iedereen even voor de boom gemaakt te hebben vertrekken we weer richting het zuiden, over wederom dezelfde weg, richting Hamilton.

Op de weg terug rijden we langs de Mangawhai Cliffs die enkel bereikbaar blijken door een wandelroute van 2 uur en rijden we dwars door Auckland door naar Hamilton waar ik mijn ouders in het donker eindelijk mijn kamer kan laten zien.

Zo eindigt week 13, veel gezien, vooral ook veel gereden (1700km in 3 dagen) en héél véél gelachen. Morgen heb ik nog een dag weekend met mijn ouders, maar dat zal onderdeel worden van week 14.

Voor nu zeg ik weer: Tot de volgende!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2025 Travel Diaries. All rights reserved.