Woensdag, 20 december 2017
ZAMBIA – Lusaka (hoofdstad)
Vah Katima Mulillo (Namibie) naar Lusaka (Zambia)
De rust op de campsite in Katima Mulillo hadden we zeker nodig. We zijn er 3 dagen gebleven : lezen, middagdutjes, zwembad, beetje internetten, kortom : rusten !
We hebben de voorbije twee maanden echt ons tempo moeten zoeken . We hebben een min of meer uitgestippelde route (met veel vrijheid om af te wijken) en afhankelijk van de warmte (Landrover zonder airco !) leggen we, wanneer we verdertrekken zo’n 200 à 250 km af. Dat klinkt weinig, maar aan 80 km/u en afhankelijk van de staat van de wegen is dat toch al snel een dikke 3 à 4 uur rijden.
Soms nog langer als er veel koeien en geiten op de baan lopen of als er veel politiecontroles zijn.
Tot nu toe hebben we al tientallen politie-checkpoints gepasseerd in 4 landen (klein stukje Botswana inbegrepen), maar nooit werden we opzij gezet of gecontroleerd. Altijd een vriendelijke groet, een grapje over het linkse stuur en al eens een rijbewijs laten zien, maar verder niets. Heel positief allemaal.
Ons tempo dus : we vertrekken altijd rond een uur of 10 (wat vrij laat is, maar dat is nu eenmaal ons vakantieritme), en we proberen ergens in de vroege namiddag op onze volgende kampeerplek aan te komen. Dan hebben we nog alle tijd om ons kamp te maken en rustig verder van de dag te genieten.
En we blijven regelmatig ergens een paar dagen hangen : noodzakelijk om uit te rusten, maar ook om de omgeving te bekijken natuurlijk.
Het was tot nu toe overal ook ontzettend warm, dus dat weegt ook door. Dan spreek ik niet van 30 graden, maar een pak meer, al van ’s morgens vroeg en op veel plaatsen erg vochtig.
Het regenseizoen is nu goed doorgebroken (later hierover meer) en dan bouwt de hitte steeds een paar dagen op tot er een stevige bui valt en dan koelt het weer wat af tot de volgende opbouw.
En die opbouw is warm, héél warm.
Waar was ik ? Katima Mulillo dus.
Daarna hebben we nog even verderop gekampeerd aan de Chobe River. Een prachtige plek met mooi zicht over de rivier en de droogstaande delta van Chobe National Park aan de overkant (grondgebied Botswana).
Op de kampeerplek naast ons stond een jonge Zuidafrikaan met zijn moeder. Ze hadden de plek voor 8 (!) dagen op voorhand geboekt, sliepen met twee in een gewone tent op de grond en ver veelden zich dood. De jongeman was al dronken om 10 uur ’s morgens en moeder zat duidelijk zwaar onder de pillen.
Op die kampeerplek was ook geen elektriciteit (daarom hebben wij dus onze tweede batterij), dus wij vragen ons nu nog steeds af wat zij die 8 dagen nog gedaan hebben en hoe zij aan eten geraakt zijn of hoe zij hun eten koel hielden zonder ijskast of koelbox.
We hebben ze vriendelijk afgewimpeld toen ze vroegen een stevig glas mee te drinken bij hun kampvuur ’s avonds.
Ze dachten aan ons een koppel drinkvrienden gevonden te hebben, maar dat viel dus dik tegen.
Na Chobe Camp zijn we eventjes de grens met Botswana overgestoken voor een paar dagen (lekker goedkoop tijdelijk visum gekregen) om in de Senyata Safari Lodge te kamperen.
Ik had veel goeds over die plek gehoord : er zou een waterhole vlak naast de campsite zijn, waar regelmatig olifanten langskomen.
En aangezien we tot dan nog geen ENKELE olifant gezien hadden (straf he) moesten we dat toch eens uitproberen.
We waren de grens van Botswana nog niet over of daar stond hij te flapperen naast de weg : onze eerste olifant ! Er volgden er nog een paar en ook op onze campsite, inderdaad, regelmatig een olifant die effe kwam drinken.
Heel raar : dan zit je rustig naast den auto een koffieke te dinken of wat te lezen, komt er ineens een olifant aangestapt. Hilarisch eigenlijk.
We zijn er twee nachten gebleven en hebben ook elke nacht leeuwen horen brullen vlakbij. Spannend !
En ook de bavianen waren weer van de partij om de vuilbakken te checken. Een grote troep met alweer een immens manneke aan de leiding passeerde regelmatig naast onze auto. Wij met de katapult in de aanslag en dat hielp !
Verder de gebruikelijke zebra’s, veel impala’, een stuik of wat giraffen en een grote groep buffels in de verte : altijd plezant en steeds weer het safarigevoel natuurlijk.
En daar heb ik mij ook even over Pankie ontfermd.
Pankie is een Go-AwayBird (zo heet dat echt !) : een papegaai-achtige vogel die normaal hoog in de bomen leeft en de andere vogels waarschuwt voor gevaar.
Deze was een vondeling en werd op de campsite grootgebracht.
En Pankie, de lieverd, heeft ons dus even gezelschap gehouden (zie foto’s)
De volgende dag was een spannende, waar we toch wel met gemengde gevoelens (opwinding, spanning en afwachting) naar uit hadden gekeken. De grensovergang naar Zambia met de kleine ferry van Kazungula.
We hadden een andere grensovergang kunnen kiezen, maar het leek ons wel leuk om de chaos daar eens mee te maken.
En chaos was het !
Kilometerslange rijen met zwaar beladen vrachtwagens, klaar om de rivier over te steken naar Zambia of terug naar Botswana.
Veel volgeladen met koper (Zambia heeft de grootste koperproductie ter wereld – de Copperbelt genaamd).
Dagenlang moeten ze soms wachten want de twee (of soms maar 1) ferries kunnen maar 2 vrachtwagens en een paar auto’s tegelijk overzetten.
Het verlaten van Botswana was direct in orde en dan moesten we onze grote Jack op de ferry rijden.
Een oversteek van 5 minuten en we stonden bijna op Zambiaanse bodem.
De paperassenwinkel aan de grens was de moeite : aan 5 verschillende loketten aanschuiven om onze papieren in orde te brengen (visum, roadtax, tolgeld, verzekering,… ). En altijd omringd door de welbekende “fixers” : jonge gasten die op alle manieren proberen een centje bij te verdienen door de mensen te “helpen”. Ze zijn heel opdringerig en we hebben ons dan ook goed kwaad moeten maken. Vermoeiend, maar we wisten het op voorhand en het hoort erbij natuurlijk.
En alles ging relatief vlot : we hebben maar een uur of twee moeten wachten tot we eindelijk Zambia konden binnenrijden.
Ik moet er nog bijzeggen dat de mensen aan de loketten allemaal supervriendelijk waren en ook de vrachtwagenchauffeurs waren allemaal heel tof. We hebben goeie babbeltjes gedaan over familie en politiek : de beste manier om de tijd te doden tijdens het aanschuiven.
Van Kazungula gingen we recht naar Livingstone voor een paar dagen.
Livingstone : bekend van de Victoria Watervallen natuurlijk. Maar ook een vierlandenpunt : Namibie, Botswana, Zambia en Zimbabwe liggen hier allemaal op een boogscheut van elkaar.
Het is een druk stadje, waar alles gericht is op het toerisme rond de watervallen.
Hele toffe kampeerplek gevonden bij de Waterfront Lodge naast de Zambesi : alles erop en eraan (toffe bar met goeie koffie, zwembadje met ligstoelen, grote propere douches, …. kortom, alweer alles wat een vermoeide kampeerder nodig heeft).
We hebben een zalige sunset-cruise gemaakt op de Zambezi (zie mijn prachtige hippo-foto), maar de watervallen hebben we (nog) niet bezocht.
In deze periode van het jaar staat de waterstand van de Zambezi nog laag, dus de watervallen zijn helemaal niet meer of nog niet spectaculair.
Aangezien we toch terug langs Livingstone passeren op weg terug naar Kaapstad in januari, hebben we besloten te wachten tot dan om de watervallen te bekijken.
Tegen dan heeft het weer goed geregend en is het meer de moeite !
Als ons budget het tegen dan nog toelaat (!?) gaan we het misschien wel met een ULM doen.
We gaan de watervallen dan ook vanuit Zimbabwe bekijken : blijkbaar veel beter zicht daar.
En dan gaan we ook langere tijd doorbrengen in Zimbabwe en Botswana.
Na het doen van de nodige inkopen in Livingstone (voorraad inslaan, jerrycans met diesel vullen, geld afhalen,…) konden we verder Zambia intrekken.
En wat een verandering : Zambia is echt het land van de glimlach, de fietsen en … de regen (daarover straks meer).
We komen hier geen toeristen meer tegen, er is veel bedrijvigheid op de wegen en in de dorpen, er is veel landbouw en industrie, de mensen zijn allemaal bezig met hun dagelijks leven, dus niemand kijkt op als wij passeren. Zalig gewoon.
Iedereen zwaait en lacht en laat ons verder gewoon ons ding doen.
Echt geweldig hartelijke en vriendelijke mensen. Zonder bijbedoelingen.
Effe stoppen om iets te drinken onderweg : geen probleem. De mensen maken een praatje met ons en gaan dan gewoon verder met wat ze aan het doen waren.
Dat is in Namibie en zelfs Botswana toch wel anders : een groot stuk van de economie is daar gericht op het toerisme en dat is te merken.
De mensen daar zijn ofwel overdreven vriendelijk (hebben iets nodig van ons) of redelijk onverschillig. Niet iedereen natuurlijk, maar het valt wel op nu we in Zambia rondrijden.
En vanaf de grens : heel veel mensen met de fiets ! Ook iets dat we tot nu toe nog helemaal niet gezien hadden.
Er zijn natuurlijk ook minder toeristische kampeerplekken onderweg in Zambia, dus het is een beetje zoeken naar een slaapplek.
Onze eerste stop was in Choma in de tuin van de Twin Cave Lodge.
Geen “lodge” zoals in Namibie of Botswana. Het was een lokale lodge, dwz een soort bombastische feestzaal met hotelkamers en een enorm grasplein waar je mag kamperen.
Geen elektriciteit of water op de gazon natuurlijk, maar je mag een van de lege hotelkamers gebruiken voor toilet en douche. Leuk !
Onze tweede stop was minder leuk. Een banale, veel te dure campsite. Vieze douches, geen elektriciteit of water aan de campsite, een lawaaierige bar, …. Goed voor één nacht dus.
Op de koop toe kregen we ’s avonds een felle wind- en regenbui over ons. Midden tijdens het koken (Peter) en douchen (ikke).
Het moest er eens van komen. We waren tot nu toe goed ontsnapt aan het regenseizoen, maar helaas…..
Dus alle hens aan dek, maar het was gelukkig van korte duur, dus ons avondeten was gered.
Maar…. toen we ’s morgens net wakker waren en aan onze eerste koffie zaten, is er plots nog een zwaar onweer met stortvloed uitgebroken, dus tent nat (langs buiten wel te verstaan), stoelen nat, tafel nat, wij nat…. En dat in onze “pyjama” ! Na een uurtje schuilen was de bui over en kon de schade opgemeten worden : veel nat, maar niks dat we niet aankunnen met humor en goeie moed.
Het IS ten slotte regenseizoen hier en de mensen snakken naar regen !
Alles zo goed en zo kwaad als mogelijk afgedroogd, natte kleren en handdoeken op een hoop, rap een boterhammeke eten een we konden weer op weg.
Vandaag zijn we dan dwars door Lusaka gereden, de hoofdstad van Zambia. Een miljoenenstad met de verwachte chaos van files, toeterende busjes, voetgangers, fietsers, zware vrachtwagens, verkeerslichten die niet werken, bomvolle rotondes, overal marktkraampjes, luide muziek,….. Prachtig eigenlijk.
Het is het recht van de sterkste op de baan en we hebben het spel goed meegespeeld !
Maar toch, eigenlijk, was iedereen vrolijk en beleefd op de baan. Veel lachende groetende mensen en als je het vraagt mag je altijd wel even snel passeren. Een toffe ervaring en we hebben ervan genoten.
Geen foto’s genomen in de stad : een beetje raar om mensen te fotograferen vanuit de auto. We vonden dat een beetje asociaal.
Maar, speciaal voor jullie lezers, gaan we binnen een paar weken op de terugweg wel proberen een paar foto’s te maken, zodat jullie een indruk hebben van het verkeer in een Afrikaanse miljoenenstad !
Twintig kilometer buiten Lusaka vonden we Pioneer Camp.
Een toffe, rustige kampeerplek met alles erop en eraan.
Het is droog buiten, onze spullen zijn ook weer allemaal droog, ze draaien hier een wasmachientje voor ons, we hebben onszelf op een lekkere lunch getrakteerd, dus alles is weer pijs en vree.
We blijven hier twee nachtjes staan en dan rijden we verder oostwaarts richting Malawi.
Kerst staat voor de deur, onze Kerstmuts hangt over de autozetel, maar we hebben geen idee waar we met Kerstmis zullen uithangen.
De komende dagen zijn nog onzeker, maar vermoedelijk brengen we Kerst al door in Malawi. Heel onwezenlijk allemaal, maar de hele Kerstheisa gaat volledig aan ons voorbij.
We horen mekaar terug na Nieuwjaar !
We wensen iedereen warme en leuke feestdagen daar in België en alvast een Gelukkig Nieuwjaar.
Wees lief voor mekaar en opgelet voor indigesties en te zware braspartijen.
Veel Afrikaanse groeten,
Edith en Peter
En Grote Witte Jack, nog steeds in volle glorie, zonder enig probleem of mankement door zwaar zand, harde gravel, over heuvels en door rivieren… en nu sinds kort ook door dikke rode modder.
PS 1 : laatste foto's = zo zien termieten eruit en zo ontstaat een termietenheuvel !
PS 2 : wanneer ik dit verhaal post (geschreven op 20 december), zitten we al halverwege Malawi, aan Lake Malawi. Overmorgen Nieuwjaar !!!
Het internet in Zambia en Malawi is zo erbarmelijk dat het heel moeilijk is om een verhaal, en zeker foto's gepost te krijgen.
Maar het vervolg is in de maak, dus hou de mail in de gaten !
edith.de.nef1
18 chapters
16 Apr 2020
December 20, 2017
|
Lusaka - ZAMBIA
Woensdag, 20 december 2017
ZAMBIA – Lusaka (hoofdstad)
Vah Katima Mulillo (Namibie) naar Lusaka (Zambia)
De rust op de campsite in Katima Mulillo hadden we zeker nodig. We zijn er 3 dagen gebleven : lezen, middagdutjes, zwembad, beetje internetten, kortom : rusten !
We hebben de voorbije twee maanden echt ons tempo moeten zoeken . We hebben een min of meer uitgestippelde route (met veel vrijheid om af te wijken) en afhankelijk van de warmte (Landrover zonder airco !) leggen we, wanneer we verdertrekken zo’n 200 à 250 km af. Dat klinkt weinig, maar aan 80 km/u en afhankelijk van de staat van de wegen is dat toch al snel een dikke 3 à 4 uur rijden.
Soms nog langer als er veel koeien en geiten op de baan lopen of als er veel politiecontroles zijn.
Tot nu toe hebben we al tientallen politie-checkpoints gepasseerd in 4 landen (klein stukje Botswana inbegrepen), maar nooit werden we opzij gezet of gecontroleerd. Altijd een vriendelijke groet, een grapje over het linkse stuur en al eens een rijbewijs laten zien, maar verder niets. Heel positief allemaal.
Ons tempo dus : we vertrekken altijd rond een uur of 10 (wat vrij laat is, maar dat is nu eenmaal ons vakantieritme), en we proberen ergens in de vroege namiddag op onze volgende kampeerplek aan te komen. Dan hebben we nog alle tijd om ons kamp te maken en rustig verder van de dag te genieten.
En we blijven regelmatig ergens een paar dagen hangen : noodzakelijk om uit te rusten, maar ook om de omgeving te bekijken natuurlijk.
Het was tot nu toe overal ook ontzettend warm, dus dat weegt ook door. Dan spreek ik niet van 30 graden, maar een pak meer, al van ’s morgens vroeg en op veel plaatsen erg vochtig.
Het regenseizoen is nu goed doorgebroken (later hierover meer) en dan bouwt de hitte steeds een paar dagen op tot er een stevige bui valt en dan koelt het weer wat af tot de volgende opbouw.
En die opbouw is warm, héél warm.
Waar was ik ? Katima Mulillo dus.
Daarna hebben we nog even verderop gekampeerd aan de Chobe River. Een prachtige plek met mooi zicht over de rivier en de droogstaande delta van Chobe National Park aan de overkant (grondgebied Botswana).
Op de kampeerplek naast ons stond een jonge Zuidafrikaan met zijn moeder. Ze hadden de plek voor 8 (!) dagen op voorhand geboekt, sliepen met twee in een gewone tent op de grond en ver veelden zich dood. De jongeman was al dronken om 10 uur ’s morgens en moeder zat duidelijk zwaar onder de pillen.
Op die kampeerplek was ook geen elektriciteit (daarom hebben wij dus onze tweede batterij), dus wij vragen ons nu nog steeds af wat zij die 8 dagen nog gedaan hebben en hoe zij aan eten geraakt zijn of hoe zij hun eten koel hielden zonder ijskast of koelbox.
We hebben ze vriendelijk afgewimpeld toen ze vroegen een stevig glas mee te drinken bij hun kampvuur ’s avonds.
Ze dachten aan ons een koppel drinkvrienden gevonden te hebben, maar dat viel dus dik tegen.
Na Chobe Camp zijn we eventjes de grens met Botswana overgestoken voor een paar dagen (lekker goedkoop tijdelijk visum gekregen) om in de Senyata Safari Lodge te kamperen.
Ik had veel goeds over die plek gehoord : er zou een waterhole vlak naast de campsite zijn, waar regelmatig olifanten langskomen.
En aangezien we tot dan nog geen ENKELE olifant gezien hadden (straf he) moesten we dat toch eens uitproberen.
We waren de grens van Botswana nog niet over of daar stond hij te flapperen naast de weg : onze eerste olifant ! Er volgden er nog een paar en ook op onze campsite, inderdaad, regelmatig een olifant die effe kwam drinken.
Heel raar : dan zit je rustig naast den auto een koffieke te dinken of wat te lezen, komt er ineens een olifant aangestapt. Hilarisch eigenlijk.
We zijn er twee nachten gebleven en hebben ook elke nacht leeuwen horen brullen vlakbij. Spannend !
En ook de bavianen waren weer van de partij om de vuilbakken te checken. Een grote troep met alweer een immens manneke aan de leiding passeerde regelmatig naast onze auto. Wij met de katapult in de aanslag en dat hielp !
Verder de gebruikelijke zebra’s, veel impala’, een stuik of wat giraffen en een grote groep buffels in de verte : altijd plezant en steeds weer het safarigevoel natuurlijk.
En daar heb ik mij ook even over Pankie ontfermd.
Pankie is een Go-AwayBird (zo heet dat echt !) : een papegaai-achtige vogel die normaal hoog in de bomen leeft en de andere vogels waarschuwt voor gevaar.
Deze was een vondeling en werd op de campsite grootgebracht.
En Pankie, de lieverd, heeft ons dus even gezelschap gehouden (zie foto’s)
De volgende dag was een spannende, waar we toch wel met gemengde gevoelens (opwinding, spanning en afwachting) naar uit hadden gekeken. De grensovergang naar Zambia met de kleine ferry van Kazungula.
We hadden een andere grensovergang kunnen kiezen, maar het leek ons wel leuk om de chaos daar eens mee te maken.
En chaos was het !
Kilometerslange rijen met zwaar beladen vrachtwagens, klaar om de rivier over te steken naar Zambia of terug naar Botswana.
Veel volgeladen met koper (Zambia heeft de grootste koperproductie ter wereld – de Copperbelt genaamd).
Dagenlang moeten ze soms wachten want de twee (of soms maar 1) ferries kunnen maar 2 vrachtwagens en een paar auto’s tegelijk overzetten.
Het verlaten van Botswana was direct in orde en dan moesten we onze grote Jack op de ferry rijden.
Een oversteek van 5 minuten en we stonden bijna op Zambiaanse bodem.
De paperassenwinkel aan de grens was de moeite : aan 5 verschillende loketten aanschuiven om onze papieren in orde te brengen (visum, roadtax, tolgeld, verzekering,… ). En altijd omringd door de welbekende “fixers” : jonge gasten die op alle manieren proberen een centje bij te verdienen door de mensen te “helpen”. Ze zijn heel opdringerig en we hebben ons dan ook goed kwaad moeten maken. Vermoeiend, maar we wisten het op voorhand en het hoort erbij natuurlijk.
En alles ging relatief vlot : we hebben maar een uur of twee moeten wachten tot we eindelijk Zambia konden binnenrijden.
Ik moet er nog bijzeggen dat de mensen aan de loketten allemaal supervriendelijk waren en ook de vrachtwagenchauffeurs waren allemaal heel tof. We hebben goeie babbeltjes gedaan over familie en politiek : de beste manier om de tijd te doden tijdens het aanschuiven.
Van Kazungula gingen we recht naar Livingstone voor een paar dagen.
Livingstone : bekend van de Victoria Watervallen natuurlijk. Maar ook een vierlandenpunt : Namibie, Botswana, Zambia en Zimbabwe liggen hier allemaal op een boogscheut van elkaar.
Het is een druk stadje, waar alles gericht is op het toerisme rond de watervallen.
Hele toffe kampeerplek gevonden bij de Waterfront Lodge naast de Zambesi : alles erop en eraan (toffe bar met goeie koffie, zwembadje met ligstoelen, grote propere douches, …. kortom, alweer alles wat een vermoeide kampeerder nodig heeft).
We hebben een zalige sunset-cruise gemaakt op de Zambezi (zie mijn prachtige hippo-foto), maar de watervallen hebben we (nog) niet bezocht.
In deze periode van het jaar staat de waterstand van de Zambezi nog laag, dus de watervallen zijn helemaal niet meer of nog niet spectaculair.
Aangezien we toch terug langs Livingstone passeren op weg terug naar Kaapstad in januari, hebben we besloten te wachten tot dan om de watervallen te bekijken.
Tegen dan heeft het weer goed geregend en is het meer de moeite !
Als ons budget het tegen dan nog toelaat (!?) gaan we het misschien wel met een ULM doen.
We gaan de watervallen dan ook vanuit Zimbabwe bekijken : blijkbaar veel beter zicht daar.
En dan gaan we ook langere tijd doorbrengen in Zimbabwe en Botswana.
Na het doen van de nodige inkopen in Livingstone (voorraad inslaan, jerrycans met diesel vullen, geld afhalen,…) konden we verder Zambia intrekken.
En wat een verandering : Zambia is echt het land van de glimlach, de fietsen en … de regen (daarover straks meer).
We komen hier geen toeristen meer tegen, er is veel bedrijvigheid op de wegen en in de dorpen, er is veel landbouw en industrie, de mensen zijn allemaal bezig met hun dagelijks leven, dus niemand kijkt op als wij passeren. Zalig gewoon.
Iedereen zwaait en lacht en laat ons verder gewoon ons ding doen.
Echt geweldig hartelijke en vriendelijke mensen. Zonder bijbedoelingen.
Effe stoppen om iets te drinken onderweg : geen probleem. De mensen maken een praatje met ons en gaan dan gewoon verder met wat ze aan het doen waren.
Dat is in Namibie en zelfs Botswana toch wel anders : een groot stuk van de economie is daar gericht op het toerisme en dat is te merken.
De mensen daar zijn ofwel overdreven vriendelijk (hebben iets nodig van ons) of redelijk onverschillig. Niet iedereen natuurlijk, maar het valt wel op nu we in Zambia rondrijden.
En vanaf de grens : heel veel mensen met de fiets ! Ook iets dat we tot nu toe nog helemaal niet gezien hadden.
Er zijn natuurlijk ook minder toeristische kampeerplekken onderweg in Zambia, dus het is een beetje zoeken naar een slaapplek.
Onze eerste stop was in Choma in de tuin van de Twin Cave Lodge.
Geen “lodge” zoals in Namibie of Botswana. Het was een lokale lodge, dwz een soort bombastische feestzaal met hotelkamers en een enorm grasplein waar je mag kamperen.
Geen elektriciteit of water op de gazon natuurlijk, maar je mag een van de lege hotelkamers gebruiken voor toilet en douche. Leuk !
Onze tweede stop was minder leuk. Een banale, veel te dure campsite. Vieze douches, geen elektriciteit of water aan de campsite, een lawaaierige bar, …. Goed voor één nacht dus.
Op de koop toe kregen we ’s avonds een felle wind- en regenbui over ons. Midden tijdens het koken (Peter) en douchen (ikke).
Het moest er eens van komen. We waren tot nu toe goed ontsnapt aan het regenseizoen, maar helaas…..
Dus alle hens aan dek, maar het was gelukkig van korte duur, dus ons avondeten was gered.
Maar…. toen we ’s morgens net wakker waren en aan onze eerste koffie zaten, is er plots nog een zwaar onweer met stortvloed uitgebroken, dus tent nat (langs buiten wel te verstaan), stoelen nat, tafel nat, wij nat…. En dat in onze “pyjama” ! Na een uurtje schuilen was de bui over en kon de schade opgemeten worden : veel nat, maar niks dat we niet aankunnen met humor en goeie moed.
Het IS ten slotte regenseizoen hier en de mensen snakken naar regen !
Alles zo goed en zo kwaad als mogelijk afgedroogd, natte kleren en handdoeken op een hoop, rap een boterhammeke eten een we konden weer op weg.
Vandaag zijn we dan dwars door Lusaka gereden, de hoofdstad van Zambia. Een miljoenenstad met de verwachte chaos van files, toeterende busjes, voetgangers, fietsers, zware vrachtwagens, verkeerslichten die niet werken, bomvolle rotondes, overal marktkraampjes, luide muziek,….. Prachtig eigenlijk.
Het is het recht van de sterkste op de baan en we hebben het spel goed meegespeeld !
Maar toch, eigenlijk, was iedereen vrolijk en beleefd op de baan. Veel lachende groetende mensen en als je het vraagt mag je altijd wel even snel passeren. Een toffe ervaring en we hebben ervan genoten.
Geen foto’s genomen in de stad : een beetje raar om mensen te fotograferen vanuit de auto. We vonden dat een beetje asociaal.
Maar, speciaal voor jullie lezers, gaan we binnen een paar weken op de terugweg wel proberen een paar foto’s te maken, zodat jullie een indruk hebben van het verkeer in een Afrikaanse miljoenenstad !
Twintig kilometer buiten Lusaka vonden we Pioneer Camp.
Een toffe, rustige kampeerplek met alles erop en eraan.
Het is droog buiten, onze spullen zijn ook weer allemaal droog, ze draaien hier een wasmachientje voor ons, we hebben onszelf op een lekkere lunch getrakteerd, dus alles is weer pijs en vree.
We blijven hier twee nachtjes staan en dan rijden we verder oostwaarts richting Malawi.
Kerst staat voor de deur, onze Kerstmuts hangt over de autozetel, maar we hebben geen idee waar we met Kerstmis zullen uithangen.
De komende dagen zijn nog onzeker, maar vermoedelijk brengen we Kerst al door in Malawi. Heel onwezenlijk allemaal, maar de hele Kerstheisa gaat volledig aan ons voorbij.
We horen mekaar terug na Nieuwjaar !
We wensen iedereen warme en leuke feestdagen daar in België en alvast een Gelukkig Nieuwjaar.
Wees lief voor mekaar en opgelet voor indigesties en te zware braspartijen.
Veel Afrikaanse groeten,
Edith en Peter
En Grote Witte Jack, nog steeds in volle glorie, zonder enig probleem of mankement door zwaar zand, harde gravel, over heuvels en door rivieren… en nu sinds kort ook door dikke rode modder.
PS 1 : laatste foto's = zo zien termieten eruit en zo ontstaat een termietenheuvel !
PS 2 : wanneer ik dit verhaal post (geschreven op 20 december), zitten we al halverwege Malawi, aan Lake Malawi. Overmorgen Nieuwjaar !!!
Het internet in Zambia en Malawi is zo erbarmelijk dat het heel moeilijk is om een verhaal, en zeker foto's gepost te krijgen.
Maar het vervolg is in de maak, dus hou de mail in de gaten !
1.
Het plan is een feit : de voorbereidingen zijn gestart !
2.
We hebben nog job !!
3.
Update op komst
4.
Vorderingen !!
5.
Nog wat foto's !
6.
Bijna op weg naar Kaapstad
7.
Huidige positie van Grote Jack
8.
Eindelijk (redelijk) snelle wifi : eerste twee verhalen !
9.
Fish River Canyon tot Swakopmund
10.
Van Swakopmund naar Kamanjab
11.
Van Kamanjab naar Epupa Falls
12.
Van Epupa Falls naar Katima Mulillo
13.
Van Katima Mulillo naar Lusaka
14.
Van Lusaka (Zambia) naar Senga Bay (Malawi)
15.
Kleine update - nog steeds in Malawi
16.
BACK ON THE ROAD - Van Senga Bay naar Cape Mc Clear
17.
Van Cape Mc Clear naar Hlangwe National Park Zimbabwe
18.
Van Hhwange National Park Zimbabwe, via Vic Falls en Botswana, naar Kaapstad
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!