In the valley

We werden vroeg wakker om aan onze dag te beginnen, want we hadden vandaag een geplande boottrip voor de boeg. Dus om 8 uur vertrokken we vanaf de airbnb naar Kylemore Abbey. Een gigantisch huis aan een meer, waar je onder andere ook door de tuinen kunt wandelen en naar de Gothic Church kunt kijken. Maar, zoals alles hier te veel geld kost, werd dit ons echt te gek. Je mocht hier 13 euro neerleggen. Dus hebben we hier wat foto’s gemaakt en zijn we zo ver als mogelijk gelopen.

Hierna zijn we naar Connemara National Park gereden. Een park in de bergen waar je mooie wandelingen kunt maken. Wij hebben de 3 kilometer lange tocht over de lage berg gevolgd. Je kon op het gegeven moment ook overstappen op de route over de hoge berg, maar we wisten dat er nog veel meer lopen op het programma stond, dus hebben we het niet gedaan.
De route was erg mooi en niet zwaar (alleen het begin, maar dat kwam omdat we per ongeluk het verkeerde pad hadden genomen en dus hele stijle hellingen op moesten).

Het valt ons wel op dat we in een deel van Ierland zijn waar de mensen minder vriendelijk worden. De vrouw van de airbnb is een voorbeeld, maar ook in dit park werden we bij het visitor centre niet begroet en kregen we geen informatie. Verder is het een gewoonte geworden om andere wandelaars te begroeten, maar zodra we dat hier deden, keken ze ons geschrokken aan en mompelde snel ‘gomoning’ en liep dan snel verder. Wat een verschil met een week geleden....

Na het park zijn we naar de Aasleagh waterval gereden. Een supermooie waterval aan een rivier waar je zalm kunt zien zwemmen (wij hadden uiteraard weer geen mazzel). De waterval is niet hoog, maar wel erg breed, de eerste die we zien op deze manier. Hier kon je een wandeling maken langs de rivier, dus die route hebben we gevolgd. Tot we wederom weer niet verder konden omdat de modder zo wegzakte dat het niet te doen was (ookal zijn onze schoenen waterdicht, mijn broek is dat niet ;p). Dus zijn we teruggelopen naar de auto.

De volgende stop was de valley van Doulough. Deze bereikten we door een prachtige rit te maken langs de bergen en het meer. Na alle schapen op de weg wederom te hebben ontweken (dit wordt

inmiddels een gewoonte), kwamen we aan bij een prachtig uitzichtpunt over de bergen en de valley. Dit punt heeft echt indruk gemaakt.

Het leuke van Ierland vind ik het steeds veranderende landschap. De ene dag rijden we continue langs prachtige kliffen, de andere dag rijden we door de bergen en de volgende dag wisselen deze twee zich continue af. Het blijft afwisselen en levert steeds weer mooie beelden op onderweg. Alleen daarvoor zou je deze route al willen rijden.

Na de valley zijn we doorgereden naar het stadje Roonagh om te lunchen. In een superleuk (en groot) barretje hebben we hier veel te veel geluncht.

Hierna zijn we doorgereden naar de pier vanaf waar de ferry naar Clare Island ging. Hier zouden we onze middag doorbrengen. Voordat we op de ferry konden, moesten er eerst even een auto en aanhangwagen op gezet worden. Gaaf om mee te maken hoe zo’n eigenlijk kleine kraan een dikke auto optilt. Hebben we dat ook eens

gezien :).

De ferrytocht was (gelukkig) rustig en de zee deed zijn best om me niet door elkaar te schudden. Na vorig jaar in Sicilië een boottrip te hebben gemaakt waarbij de hele boot moest overgeven, was ik nu erg bang dat dit weer zo’n tripje werd. Maar gelukkig viel het allemaal mee en stonden we binnen een kwartier veilig op het eiland.

Hier hebben we een wandeling langs de kust van het eiland gemaakt richting het promontory fort. Dit was een wandeling van 7 kilometer. Onderweg kwamen we bij een kerkje uit waar stond dat het nog 500 meter was naar het fort. Verder stonden er nergens bordjes, dus je raadt het al: nergens te vinden. Uiteindelijk zijn we uitgek9men op een klein strandje waar we prachtig uitzicht hadden over de zee en het land in de verte. Hier hebben we heerlijk even gezeten en zijn toen maar weer teruggelopen om de ferry terug te halen.

Erg zonde dat het allemaal zo slecht stond aangegeven, want je betaalt wel veel om op het eiland te komen. Toch hebben we een mooi strandje ontdekt en we hebben ons heus wel vermaakt.

Ook de terugweg met de ferry is goed gegaan. Ik zag zelfs een dolfijn! Onee.. het was een vogel. Aangekomen op het land zijn we doorgereden naar her Great Famine National Monument. Een monument in de vorm van een boot. We hebben even snel foto’s gemaakt en zijn toen verder gegaan naar onze airbnb in Westport.

Hier kregen we van een vriendin eerst de verkeerde sleutel van de verkeerde kamer. Deze hebben we maar weer ingeleverd en ‘s avonds kregen we wel de goede sleutel.
We hebben in Westport gegeten bij een Italiaans restaurantje met een ober die of probeerde om een Italiaans accent te hebben, of gewoon Italiaans was met een lelijk accent. Daar zijn we nog niet helemaal over uit. We hebben heerlijk gegeten (en het toetje was fantastisch).