Stage Tanzania

Na ons eerste bezoek in het albinocentrum zijn we hier nog vaak naartoe gegaan. We komen hier met veel plezier, maar zodra we weer thuis komen, zijn we vaak kapot door alle emoties. Als we in het centrum rondlopen, zien we veel kleine kinderen die er versmeerd of slecht gekleed bijlopen. Ook zien we veel kinderen met huidkanker of met kwashiorkor, oftewel een hongerbuik. Het voelt af en toe ontzettend machteloos om daar rond te lopen, omdat we zo veel zouden willen veranderen, maar niet alles mogelijk is. Het centrum mist de moeders en vaders die de kinderen liefde geven, maar die de kinderen ook opvoeden en vertellen wat ze wel of juist niet moeten doen.
Het grootste gedeelte van de tijd zijn we aan het spelen met de kinderen. Een beetje dansen of voetballen. We hebben een keer ballonnen meegenomen, dat was een groot succes. Ik weet dat ik klink als een Oxfam Novib meisje, maar de kinderen daar hebben echt mn hart gestolen.

We kregen als snel goed contact met Issa, de voormalige directeur van het centrum. Hij draagt nu de verantwoordelijkheid voor gehandicapte kinderen en kinderen met albinisme in een groter gebied in Tanzania. Samen met hem hebben we gekeken of we iets voor het centrum kunnen betekenen. Issa vertelde dat er

eslyklein

20 chapters

16 Apr 2020

'Ik wil gewoon vrij zijn'

June 20, 2016

|

Kabanga en Buhigwe

Na ons eerste bezoek in het albinocentrum zijn we hier nog vaak naartoe gegaan. We komen hier met veel plezier, maar zodra we weer thuis komen, zijn we vaak kapot door alle emoties. Als we in het centrum rondlopen, zien we veel kleine kinderen die er versmeerd of slecht gekleed bijlopen. Ook zien we veel kinderen met huidkanker of met kwashiorkor, oftewel een hongerbuik. Het voelt af en toe ontzettend machteloos om daar rond te lopen, omdat we zo veel zouden willen veranderen, maar niet alles mogelijk is. Het centrum mist de moeders en vaders die de kinderen liefde geven, maar die de kinderen ook opvoeden en vertellen wat ze wel of juist niet moeten doen.
Het grootste gedeelte van de tijd zijn we aan het spelen met de kinderen. Een beetje dansen of voetballen. We hebben een keer ballonnen meegenomen, dat was een groot succes. Ik weet dat ik klink als een Oxfam Novib meisje, maar de kinderen daar hebben echt mn hart gestolen.

We kregen als snel goed contact met Issa, de voormalige directeur van het centrum. Hij draagt nu de verantwoordelijkheid voor gehandicapte kinderen en kinderen met albinisme in een groter gebied in Tanzania. Samen met hem hebben we gekeken of we iets voor het centrum kunnen betekenen. Issa vertelde dat er

veel te verbeteren viel in het centrum en dat hadden we zelf ook geconstateerd. De 240 kinderen en twaalf moeders die in het centrum wonen moesten hoognodig nieuwe klamboes hebben. Issa wilde daarnaast graag een soort overdekt pad door het centrum en naar de school, zodat het voor alle kinderen makkelijker werd om zich te verplaatsen, ook in het regenseizoen. Ook wilde hij dat er een nieuwe oven gebouwd wordt, waar de moeders brood in konden bakken. We vonden dat het sanitair ook echt verbeterd moet worden. Elke slaapzaal (met daarin ongeveer veertig bedden) heeft twee of drie wc’s en twee douches. De wc’s zijn erg goor en verouderd. We hebben nog geen enkele werkende douche kunnen ontdekken. Niet te lang geleden is er een nieuw wc gebouw gemaakt, maar deze wc's werken niet. Er zijn een aantal zittoiletten, maar Tanzanianen weten meestal niet hoe ze deze moeten gebruiken, omdat ze vaak in de natuur plassen of boven een sta-toilet. Issa heeft beloofd om de wc’s en douches te gaan repareren, zodat dit enigszins verbeterd kan worden. Daarnaast zijn de rolstoelen in slechte staat, velen zijn onbruikbaar. Er wonen veel misvormde kinderen in het centrum, die de rolstoelen hard nodig hebben. Nu slepen ze zichzelf vaak over de stoffige of modderige grond. Issa erkende dit probleem en gaf aan dat er twintig nieuwe rolstoelen nodig waren.
Genoeg om te doen dus. De klamboes zagen we als een mooi relatief klein project waar we mee konden beginnen.

We zijn druk bezig geweest met het benaderen van organisaties in Nederland, met de vraag of ze geld wilden doneren voor de klamboes. De stichting ‘Hart voor Kinderen’ reageerde enthousiast en na wat heen-en-weer gemail en een Skypegesprek besloten we dat we zelfs een langere samenwerking aan konden gaan. Hart voor Kinderen heeft het totale bedrag voor de klamboes gedoneerd en het centrum als project onder de hoede genomen. Lieske, Ellen en ik zullen als ambassadeurs optreden.
Vorige week hebben we samen met Issa de klamboes gekocht. We moesten er tweehonderd hebben, dus we vroegen ons af waar we dat in godsnaam vandaan konden halen, aangezien er in Tanzania praktisch alleen maar marktjes zijn en piepkleine winkeltjes. In Kasulu doken we de markt in en bij een van de kraampjes konden we inderdaad tweehonderd klamboes kopen. We hadden van te voren een prijs afgesproken, maar deze bleek plotseling verdubbeld. Volgens Issa kwam dat door de inflatie en anders omdat er momenteel maar weinig klamboes te koop waren. Onzin vonden we, we waren absoluut niet van plan om meer te gaan betalen dan we van te voren afgesproken hadden. We hadden het geld niet en we gingen niet maar honderd klamboes kopen als er tweehonderd nodig waren. Bovendien wilden we niet het vertrouwen van Hart voor Kinderen verliezen: ‘Ja sorry, de prijs is plots verdubbeld. Kunnen jullie nog een keer 400 euro storten?’. Issa was niet echt bezig om te onderhandelen met de verkoper, waardoor we het zelf moesten regelen. Uiteindelijk is het gelukt. Toen we wegliepen zei Issa lachend tegen ons ‘muzungu bei’, oftwel ‘blankenprijs’. We waren een beetje pissig en hebben daarna duidelijk tegen Issa gezegd dat we dit in het vervolg niet weer wilden hebben. We willen de beste prijs betalen, zodat we zo veel mogelijk kunnen bereiken in het centrum. Mensen in Tanzania denken dat het geld bij ons in het westen oneindig is. Ik snap dat ze dat denken, omdat we ook zo veel meer geld hebben dan zij, maar helaas groeit het niet aan de bomen.
De tweehonderd klamboes werden op het dak van de auto gelegd en zo reden we terug naar Kabanga. Daar zijn we direct begonnen met het ophangen van de klamboes, dat was nog een heel karwei. Maar na een paar dagen hing er boven elk bed een nieuwe en goede klamboe. We zijn best trots dat we dit in ieder geval al bereikt hebben!

Om zo veel mogelijk aandacht te krijgen voor het centrum in Kabanga, hebben we contact gezocht met de media. Zo krijgen we misschien een artikel in het blad 'nursing' en hebben we een interview gehad met een journalist van het Dagblad van het Noorden. Dit interview verliep heel leuk, we hebben via Skype een uur lang uitgebreid kunnen vertellen over het centrum en het probleem met de albino's. We hadden afgesproken dat wij het artikel in zouden mogen zien, voordat het naar de hoofdredacteur zou gaan. Een dag later hadden we al mail. Helaas was het artikel absoluut niet waar we

op gehoopt hadden. We vonden het niet mooi geschreven. Te sensationeel en te kort door de bocht. We konden wat feedback geven, wat heel fijn was, maar we moesten ook de stijl van de journalist accepteren. We merken dat het project erg belangrijk voor ons is en dat we het belangrijk vinden hoe het gebracht wordt in de media.
Morgen (21 juni) komen we in het Dagblad van het Noorden met dit artikel.
(linkje naar het krantenartikel http://www.dvhn.nl/drenthe/De-situatie-voor-albinos-in-Afrika-is-hartverscheurend-21441233.html )

13 juni was het Albino Awareness Day. Om mensen in Tanzania er bewust van te maken dat albino’s normale mensen zijn zonder magische krachten, had Issa een voetbaltoernooi georganiseerd. Wij mochten ook mee. Om twee uur zouden we vertrekken naar Buhigwe, een dorpje ongeveer driekwartier rijden van Kabanga. De auto was echter kapot, dus die moest eerst gerepareerd worden. Toen we uiteindelijk zouden vertrekken, belde het ziekenhuis. Of Lieske zo snel mogelijk bloed kon komen doneren. Zij heeft bloedgroep O-negatief en dat was dringend nodig. Lieske had laatst al gedoneerd (je mag in Tanzania maar een keer in de vier maand bloed doneren). Gelukkig had Noud (Nederlandse student uit Mwanza die bij ons op bezoek was) ook O-negatief. Hij is snel naar het ziekenhuis gereden om het bloed te doneren. Daardoor kon hij niet meer mee naar de voetbalwedstrijd, maar heeft hij wel het leven van een bevallende vrouw gered.
Op zich maar beter ook dat Noud niet mee kon, want de auto zat propvol. In de jeep zaten de chauffeur, vijf mensen met albinisme, drie mensen die werken in het centrum, vier Nederlandse studenten en twee mannen met een dikke Kalasjnikov. Gezellig. Ik vermoed dat de chauffeur zijn rijbewijs niet had, schakelen was voor hem in ieder geval erg lastig. Hierdoor deden we lang over de route en kwamen we twee uur te laat bij de voetbalwedstrijd aan.
De ontvangst hier was ook weer bijzonder. We reden met de jeep het voetbalwedveld op, dat werd omringd door honderden mensen. Deze vielen stil en staarden ons aan. Ondertussen liepen wij naar onze ereplek, een aantal plastic stoelen. Dan kan eindelijk de wedstrijd beginnen.
Voetbal is ontzettend populair in Tanzania, een wedstrijd trekt honderden mensen. Iedereen leeft mee en als er gescoord wordt, rent het hele publiek gillend en joelend het veld op om radslagen en salto’s te maken. Je kunt je voorstellen dat we ogen te kort kwamen. Groen moest tegen Wit. Wij waren voor Groen, aangezien zij al snel met 2-0 voor stonden.
De mensen die om ons heen stonden mochten niet te dichtbij komen, als ze dat wel deden werden ze ruw weggeduwd. Ook stonden de twee mannen met Kalasjnikovs altijd in de buurt. Op deze manier werd geprobeerd om de veiligheid van de mensen met albinisme te garanderen. Ik heb gelukkig geen een keer het gevoel van dreiging gehad en alles is goed verlopen.

Uiteraard won Groen de wedstrijd, wat het hele publiek uitzinnig

vierde (blijkbaar was plots iedereen voor Groen). De voetballers werden opgetild, de vuvuzala’s schalden en iedereen juichte en danste. De voetballers werden naar ons toe gedragen waar eerst een fotoshoot van een half uur gehouden werd. Hierna werden ze gefeliciteerd en kreeg het winnende team een nieuw tenue en een nieuwe voetbal. Daarna werd er aandacht gevraagd voor het probleem rondom de albino’s. Iedereen moest een speech geven, waardoor we zo weer een uur verder waren. Tanzanianen looooove to speech. Ellen heeft nog een prachtige speech in het Kiswahili gegeven: "Asante sana, rafiki yangu. Tutaonana". (Heel erg bedankt mijn vrienden, tot later.) Er werden wat posters uitgedeeld en daarna was het tijd om af te taaien en naar huis te keren.

Ellen had in de auto nog een interessant gesprek met Gilbert, een van de bewoners van het centrum. Als je Gilbert ziet, schat je hem een jaar of veertig, maar hij is nog maar achttien. Nadat zijn leven meerdere keren in gevaar is geweest, is Gilbert op zijn tiende naar het centrum gekomen.
‘Mensen hebben mij achtervolgd en op mij gejaagd. Gelukkig is het ze niet gelukt, maar ik heb me wel heel erg onveilig gevoeld. Mijn ouders waren ook bang en schaamden zich. Toen hebben ze besloten om mij naar het Kabanga Center te brengen. Hier ben ik veilig. Mijn familieleden hebben mij hierna nooit meer opgezocht. Op een gegeven moment was ik er klaar mee. April dit jaar ben ik in mijn eentje naar mijn familie toe gelopen, zonder beveiliging en midden in de nacht. Als ik toestemming zou vragen, zou ik dat nooit krijgen. Na drie dagen kwam ik weer terug. Iedereen was ongerust en natuurlijk weet ik dat het gevaarlijk is, maar wat moet ik dan?’
Gilbert vroeg aan Ellen of albino’s in Nederland ook gevaar lopen. Ellen legt uit dat albino’s in Nederland net zo zijn als anderen. Ze vraagt hoe hij zijn leven en toekomst ziet.
‘De toekomst? Haha. Welke toekomst? Wij zullen geen toekomst hebben. Wij blijven ons hele leven hier opgesloten. Maar áls ik zou mogen dromen, dan zou ik wensen dat ik ooit nog vrij zal zijn. Het enige wat ik wil is vrij zijn.’

Het verhaal van Gilbert laat duidelijk zien hoe ernstig het probleem is. Deze mensen wonen in een gevangenis en hebben geen uitzicht op een beter leven. De kwaliteit van het centrum is verschrikkelijk, ondanks de liefde die er door de mensen in gestopt wordt. Er is simpelweg te weinig geld. Lieske, Ellen en ik willen ons ook in Nederland in blijven zetten om geld in te zamelen voor het centrum. Het is fijn om te zien dat er zo veel mensen uit onze omgeving meeleven en mee willen helpen. Mocht je geld willen doneren, op www.hartvoorkinderen.nl staat informatie over ons project en over de manier waarop je geld kunt doneren.

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.