Onze laatste weken in Kabanga vlogen voorbij. Er was ontzettend veel te doen en we moesten afscheid nemen van alles en iedereen. Ik zit inmiddels al een paar dagen in Mwanza en vanavond landt Bram hier!
Afgelopen week was ik nog in Kigoma met Lieske, Ellen en Noud. Zij namen vanuit daar de MV Liemba (een honderd jaar oude boot) over Lake Tanyanika naar Zambia. Maar niet voordat we Gombe NP nog even bezocht hebben. Meer daarover in mijn volgende verslag.
Eerst wil ik de laatste belevenissen van afgelopen weken beschrijven.
Sinds we terug zijn van onze vakantie naar Dar es Salaam en Zanzibar heeft het niet meer geregend. Daardoor is het gigantisch stoffig geworden. Kasulu wordt ook wel ‘City of Dust’ genoemd. De kleuren van Tanzania zijn oranje en groen. Als het regenseizoen is, bloeit alles en is het groen. Zodra het regenseizoen voorbij is, wordt alles oranje van het zand. De weg, auto’s, huizen, bomen, struiken, onze kleren en zelfs onze gezichten. Mijn neus zit tegenwoordig altijd vol met stof en mijn ogen zijn continu geïrriteerd. Als we met de bus of dalla dalla reizen moet ik eigenlijk een doek om mijn hoofd heen doen, om het te beschermen tegen het rode stof.
Te midden van al dat stof zien we heel vaak Tanzanianen aan de weg werken. Ze worden aangestuurd door een Chinees, die bijna altijd een ronde strohoed opheeft. In West Tanzania is het grootste gedeelte van de wegen niet verhard en van een hele slechte kwaliteit. Een rit met de bus of dalla dalla is als een ritje in de achtbaan. China is al meerdere jaren aan het investeren in Afrika. In Tanzania doen ze dat vooral met het verbeteren van de infrastructuur. Geen overbodige luxe. In ruil daarvoor krijgt China grondstoffen. De Tanzanianen lijken nog niet de werkhouding van de Chinezen overgenomen te hebben, want alles gaat pole pole. Soms lijkt het alsof ze jarenlang met dezelfde weg bezig zijn.
Vorige week nog passeerden we deze wegwerkers en Chinezen, toen we met de nursing school een bezoek gingen brengen aan Kasaka, een psychiatrisch ziekenhuisje in Kigoma.
Lieske, Ellen en ik zaten met dertien jongens van de nursing school achter in een jeep. Veel te krap, we zaten letterlijk bovenop elkaar. De jongens vonden het allemaal behoorlijk interessant dat we mee waren en zaten heel ongegeneerd foto’s te maken en te flirten. Ellen en Lieske speelden "mensen-twister". Ze gaven elkaar omstebeurt een opdracht om met een bepaald lichaamsdeel iets van de jongen tegenover heen aan te raken. Bijvoorbeeld: “Raak met je pink zijn linkeroorlel aan.” De jongen had geen idee dat hij onderdeel van een spel was.
Na twee uur rijden kwamen we eindelijk aan bij het ziekenhuis. We waren voorbereid op de hel die we in Mwanza gezien hadden. Het
eslyklein
20 chapters
16 Apr 2020
July 03, 2016
|
Kabanga, Kasulu en Kasaka
Onze laatste weken in Kabanga vlogen voorbij. Er was ontzettend veel te doen en we moesten afscheid nemen van alles en iedereen. Ik zit inmiddels al een paar dagen in Mwanza en vanavond landt Bram hier!
Afgelopen week was ik nog in Kigoma met Lieske, Ellen en Noud. Zij namen vanuit daar de MV Liemba (een honderd jaar oude boot) over Lake Tanyanika naar Zambia. Maar niet voordat we Gombe NP nog even bezocht hebben. Meer daarover in mijn volgende verslag.
Eerst wil ik de laatste belevenissen van afgelopen weken beschrijven.
Sinds we terug zijn van onze vakantie naar Dar es Salaam en Zanzibar heeft het niet meer geregend. Daardoor is het gigantisch stoffig geworden. Kasulu wordt ook wel ‘City of Dust’ genoemd. De kleuren van Tanzania zijn oranje en groen. Als het regenseizoen is, bloeit alles en is het groen. Zodra het regenseizoen voorbij is, wordt alles oranje van het zand. De weg, auto’s, huizen, bomen, struiken, onze kleren en zelfs onze gezichten. Mijn neus zit tegenwoordig altijd vol met stof en mijn ogen zijn continu geïrriteerd. Als we met de bus of dalla dalla reizen moet ik eigenlijk een doek om mijn hoofd heen doen, om het te beschermen tegen het rode stof.
Te midden van al dat stof zien we heel vaak Tanzanianen aan de weg werken. Ze worden aangestuurd door een Chinees, die bijna altijd een ronde strohoed opheeft. In West Tanzania is het grootste gedeelte van de wegen niet verhard en van een hele slechte kwaliteit. Een rit met de bus of dalla dalla is als een ritje in de achtbaan. China is al meerdere jaren aan het investeren in Afrika. In Tanzania doen ze dat vooral met het verbeteren van de infrastructuur. Geen overbodige luxe. In ruil daarvoor krijgt China grondstoffen. De Tanzanianen lijken nog niet de werkhouding van de Chinezen overgenomen te hebben, want alles gaat pole pole. Soms lijkt het alsof ze jarenlang met dezelfde weg bezig zijn.
Vorige week nog passeerden we deze wegwerkers en Chinezen, toen we met de nursing school een bezoek gingen brengen aan Kasaka, een psychiatrisch ziekenhuisje in Kigoma.
Lieske, Ellen en ik zaten met dertien jongens van de nursing school achter in een jeep. Veel te krap, we zaten letterlijk bovenop elkaar. De jongens vonden het allemaal behoorlijk interessant dat we mee waren en zaten heel ongegeneerd foto’s te maken en te flirten. Ellen en Lieske speelden "mensen-twister". Ze gaven elkaar omstebeurt een opdracht om met een bepaald lichaamsdeel iets van de jongen tegenover heen aan te raken. Bijvoorbeeld: “Raak met je pink zijn linkeroorlel aan.” De jongen had geen idee dat hij onderdeel van een spel was.
Na twee uur rijden kwamen we eindelijk aan bij het ziekenhuis. We waren voorbereid op de hel die we in Mwanza gezien hadden. Het
bleek al snel dat Kasaka totaal anders was. Ze werken er vanuit de holistische visie en hadden allerlei professies en interventies waar we in Nederland ook mee werken. De patiënten liepen er rustig rond en zagen er redelijk verzorgd uit. Ze waren niet zo gesedeerd als in Mwanza. Het leek alsof de patiënten met respect behandeld werden.
Tijdens een presentatie van de studenten bleek helaas anders. Er werden een aantal patiënten besproken en geanalyseerd. Die patiënten zaten er zelf ook bij. De patiënten werden onder luid gelach nagedaan en met vragen werden ze uit de tent gelokt. De docenten deden doodleuk mee en leken niet door te hebben hoe lelijk ze deden tegen de patiënten. Ellen en ik wisselden af en toe een aantal blikken toe, waaruit bleek hoe geïrriteerd en boos we hierover waren.
Hierna was het weer tijd om ons in de auto te proppen en twee uur en een huwelijksaanzoek later, waren we alweer thuis. Goed om te zien dat de psychiatrie in Tanzania niet overal hetzelfde is als zoals we in Mwanza gezien hebben. Hoewel het land op de goede weg lijkt, kan er nog een boel veranderd worden wat betreft de psychiatrie in Tanzania.
Over psychiatrisch patiënten gesproken, in Kabanga lopen redelijk wat verwarde mensen rond. Er is een man die elke auto op zijn blote voeten honderden meters achterna rent en er zijn vrij veel mensen die aan de alcohol of drugs zijn. Ook is er een man die wij ‘de staarderd’ noemen, omdat hij ons altijd zo aan blijft kijken en overal opduikt waar wij zijn. Tegen ons praat hij niet echt, maar hij heeft wel hele gesprekken met zichzelf. Volgens Lucas (van de koffiebar) is deze man psychotisch geworden door epilepsie. In Tanzania zien ze epilepsie als een psychiatrische ziekte. Veel mensen worden psychotisch, waarschijnlijk door onbehandelde aanvallen van epilepsie.
We hebben altijd een aantal keer iemand in de tuin gehad. De hele tuin is omheind door een hek en als je naar binnen wilt moet je door een poortje dat we afsluiten met een kettingslot. Aan het begin deden we dit niet altijd, maar sinds we af en toe mensen rond hebben lopen, zijn we er meer op gaan letten. Mensen zijn vaak erg nieuwsgierig naar ons huis. We hebben dagelijks kinderen die voor het hek staan te roepen (“Excuse me madame!”). En er lopen dus ook verwarde mensen rond.
Het voelt helemaal niet fijn om iemand in je tuin te hebben, helemaal niet als het donker is. De tuin is gigantisch groot en overal groeien wilde planten. Gelukkig hebben we Tiba die de boel bewaakt.
Een avond lag ik in bed en hoorde ik geluid in de tuin. Er liggen veel dode bladeren en takken in de tuin, dus je hoort alles bewegen. Ik dacht dat het een beest was, dat door de tuin liep, tot ik duidelijk voetstappen hoorde, vlak voor mijn slaapkamerraam. Ellen en Lieske lagen ook al in bed, dus ik appte Lieske, die naast mij slaapt. Zij zei eerst dat het vast een dier was, tot de geluiden aanhielden en we allebei ervan overtuigd waren dat er iemand voor onze slaapkamers liep. Ik lag verstijfd in bed en durfde er niet uit. Het klonk echt alsof iemand twee meter naast mij aan het rondsluipen was. De ramen kunnen niet helemaal dicht, dus ik voelde me absoluut niet veilig. Uiteindelijk heb ik mezelf ertoe aangezet om uit bed te gaan en samen met Lieske naar de woonkamer te gaan. We hebben overal alle lichten aangedaan, zodat de persoon wist dat we wakker waren. Dit voelde tegelijkertijd ook heel naar, omdat die persoon vanuit het donker nu ons wel kon zien zitten in het licht. Ellen werd wakker door ons en kwam er ook bij. Lieske had allerlei was buiten hangen, die ze snel binnen wilde halen. Er schijnt regelmatig iets gejat te worden uit of rondom het huis. Ellen en ik hebben dit uit haar hoofd kunnen praten. We probeerden een van de nonnen te bereiken, maar iedereen sliep al. Gelukkig nam uiteindelijk Sr. Eva de telefoon op en ze beloofde om de bewakers van het ziekenhuis onze kant op te sturen. Het duurde nog bijna een uur voordat er eindelijk drie mannen gewapend met een knuppel en een zaklantaarn bij ons voor de deur stonden. Zij leken zelf ook erg nerveus en schuifelden voorzichtig door de tuin op zoek naar de indringer.
Waar Tiba al die tijd was, vraag je je af? Wel, die lag heerlijk te slapen voor de deur, alsof er niks aan de hand was. Een waakhond van niks dus.
Na een tijdje kwamen de bewakers terug bij ons, ze hadden niemand gevonden. Toen wij net onze nummers uit stonden te wisselen, zodat we ze konden bellen als we weer iets hoorden, kwam er een boel lawaai uit de achtertuin. De bewakers snelden erop af, maar konden deze keer ook niks vinden. De vogel was al gevlogen.
De volgende dag zagen we achter in de tuin een plek in het hek dat gebogen was en waar dus iemand overheen geklommen was. Sr. Eva beloofde ons dat de bewakers ons huis meer in de gaten zouden houden, maar de weken daarna heb ik een stuk slechter geslapen. Bij elk geluidje in de tuin had ik mijn oren alweer gespitst. Gelukkig hebben we hierna niemand meer in de tuin gezien.
We hebben ook nog een aantal leuke dingen meegemaakt. Zo zijn we naar onze eerste Tanzaniaanse bruiloft geweest. Ellen en Lieske hadden een uitnodiging gekregen van iemand die ze nog nooit hadden gezien. In Tanzania is iedereen uitgenodigd voor de bruiloft, zolang je maar betaalt. Het is hier normaal om een soort entreegeld te betalen. Van dat geld wordt een groot gedeelte van het feest gefinancierd.
Lieske, Ellen en ik hadden ons van te voren echt een beetje opgedoft en zelfs mascara opgedaan, een zeldzaamheid voor ons. We gingen samen met dokter Bakkebaard heen. Dit is een arts uit het ziekenhuis die zijn bijnaam niet voor niets van ons gekregen heeft. Dokter Bakkebaard staat erom bekend altijd alles met de auto te doen, dus ook nu kwam hij ons met zijn auto ophalen. Alles was in een straal van een kilometer te bereiken, maar dat maakt niet uit. De bruiloft begon om acht uur, dus kwart over acht reden we eerst naar de Feba Bar (de enige bar in Kabanga) om een biertje te doen. Na een tijdje daar gezeten te hebben reden we naar het gebouw waar de bruiloft
was, zo’n tweehonderd meter verderop. Dokter Bakkebaard vertelde dat hij dienst had die avond, dus dat het kon zijn dat hij even weg moest. Die halve liter bier van jou was misschien niet zo’n goed idee dan, dacht ik nog. Bij de bruiloft aangekomen, kregen we een consumptiebonnetje voor drinken en eten. We kregen allemaal direct weer twee halve liter flessen bier, inclusief de dokter.
De bruiloft was in een grote zaal. We gingen zitten op de plastic stoelen en kort daarna kwamen de bruid en de bruidegom met veel muziek binnen. Om hen heen dansten allemaal jongens een ingestudeerd dansje, met dezelfde pakken aan. Altijd genieten om Tanzanianen te zien dansen. Omringd door de dansers liepen de bruid en de bruidegom naar hun podium, waar ze plaatsnamen achter een tafeltje. De bruidegom liep te stralen, terwijl de bruid met een somber hoofd naar beneden staarde. Ze leek er niet zo veel zin in te hebben. Die blik is de hele avond niet van de bruid haar gezicht af gekomen en ik maakte me zorgen of ze niet uitgehuwelijkt was ofzo. Later hoorden we dat het in Tanzania normaal is dat de bruid een sobere en introverte houding heeft op de bruiloft. Je zou als vrouw maar genieten en vrolijk zijn…
Er begon een hele ceremonie waarin praktisch iedereen in de zaal voorgesteld werd. Natuurlijk weer onder luid gegil en applaus. Er stond non stop kneitterharde muziek aan, toen ik ’s avonds in bed lag, bonkte het nog in mijn oren. Er waren een aantal dansgroepjes die optraden. Ze konden allemaal zo in So You Think You
Can Dance. Een van die dansgroepen deed een soort playbackshow, waarbij een van de jongen zich had verkleed als de zangeres. “Ze” twerkte en schudde met haar billen alsof ze Nicki Minaj zelf was. Al snel kreeg ze Ellen in het vizier en trok haar de dansvloer op. Niet lang daarna stond de halve zaal te dansen, het was een groot feest.
Dokter Bakkebaard was ondertussen opgeroepen om naar het ziekenhuis te komen. In Tanzania is het vrij normaal om alcohol te drinken voor of tijdens je werk. Zelfs als je arts bent en misschien moet opereren. Toen hij terugkwam vertelde hij gelukkig dat alles goed gegaan was.
Tegen het eind van de bruiloft werden alle cadeaus gepresenteerd aan het nieuwe echtpaar. Lieske, Ellen en ik voelden ons een beetje gênant, omdat we door hadden dat we behoorlijk uitgepakt hadden met het cadeau. Ik had ooit een foeilelijke, veel te dure lap stof van een collega uit het ziekenhuis gekocht, omdat ik nooit ‘nee’ kan zeggen. Die konden we mooi aan het bruidspaar geven. Verder had bijna niemand zo’n groot en duur cadeau, dus wij moest weer de rijke mzungu uithangen. We hebben onze gêne opzij gezet en de stof al dansend aan de bruid en bruidegom gepresenteerd. De hele zaal kon er wel om lachen. In de weken daarna hebben we héél toevallig nog twee uitnodigingen gekregen voor een bruiloft, of anders een verzoek tot sponsering.
We sloten af met het feestmaal, kip met gebakken banaan en daarna zijn we naar huis gegaan. De bruid en bruidegom zijn we hierna nooit meer tegen gekomen.
Afgelopen weken zijn we dus erg druk geweest om afscheid te nemen van alles en iedereen. Lucas kwam met zijn gezin bij ons eten. We hadden een paar dagen daarvoor nog de hele koffiebar versierd met ballonnen, lichtjes en slingers, omdat Lucas jarig was. Nu kwam het hele gezin dus bij ons. We waren in totaal met zijn twaalven, dus hadden we pannenkoeken gebakken en een fruitsalade gemaakt. Makkelijk en lekker. Tenminste, dat dachten we. De pannenkoeken vielen waarschijnlijk niet in de smaak, want er at bijna niemand van. Gelukkig was het heel gezellig en smaakte het bier wel goed.
Naast de ‘sisters’ wonen er ook een aantal ‘fathers’ in Kabanga. Geen idee waarom de fathers niet ‘brothers’ genoemd worden.
We waren nog nooit bij deze fathers op bezoek geweest, maar hadden al wel veel over ze gehoord. Zo zouden ze een zwembad hebben en erg goed kunnen koken. Afgelopen week werden we uitgenodigd om
bij ze te komen lunchen. Aangezien we de lunch bij de sisters behoorlijk zat zijn en daar bijna geen hap meer door de keel krijgen (niet heel gek na vijf maanden hetzelfde eten), zeiden we gretig ‘ja’.
We werden ontvangen door een energieke man met een ontzettend herkenbare stem. We kenden hem van de diensten die we bijgewoond hadden in de kerk. Hij predikte daar vol enthousiasme en overgave. Met zijn schelle stem is hij van verre al te horen.
We kregen direct een biertje aangeboden en tijdens de lunch werd een fles rode wijn geopend. Die fathers lusten hem wel. We aten samen met de father met de schelle stem en met father Theo. Father Theo is bijna tachtig jaar oud en is vijftig jaar geleden vanuit Duitsland naar Tanzania geëmigreerd om missionariswerk te doen.
De father met de schelle stem hield niet op met praten en was druk met van alles. In Nederland zou hij Ritalin krijgen. Ik ben geen psychiater, maar dit leek behoorlijk op heftige ADHD. Father Theo leek nogal vermoeid te zijn en zuchtte opgelucht als de father met de schelle stem eventjes weg was. Ik was na de lunch bij de fathers de rest van de dag ook kapot.
We hebben bij het afscheid van het albinocentrum veel kleren en speelgoed gebracht. We vonden het best moeilijk om gedag te zeggen, maar de kinderen van het centrum leken het niet erg te vinden. Elk half jaar komen er natuurlijk weer nieuwe blanken in het centrum rondneuzen.
Ter afscheid van de sisters hebben we voor de laatste keer bij hen gegeten. En dan natuurlijk het afscheid van Tiba… Ik ga haar misschien nog wel het meest missen. Afgelopen weken heeft ze continu bezoek gehad van haar mannelijke lovers. Tiba is loops, dus er loopt altijd een hond achter haar kont aan. Laatst hadden we de tuin vol met vier van haar scharrels. Dat betekent waarschijnlijk dat als de volgende HBO-V studenten in Kabanga aankomen, ze opgewacht worden door nieuwe pups. Verrassing!!
Na negentien weken in Kabanga was het tijd om weer te vertrekken. Ik was er best aan toe om terug naar huis te gaan. Een gek gevoel, dat heb ik nooit echt eerder gehad. Maar ik heb ontzettend genoten hier en heel veel gekke en mooie dingen meegemaakt. Ik weet zeker dat ik Kabanga ga missen als ik weer in Nederland ben. Lieske, Ellen en ik hopen binnen twee jaar weer terug te komen, ook om het albinocentrum te bezoeken.
We gingen met de taxi naar Kigoma, de nonnen kwamen ons uitzwaaien. Het viel me een stuk zwaarder dan ik verwacht had. Toen ik zag dat een van de nonnen (mijn favoriete non) met een zakdoek haar tranen wegveegde, kon ik het ook niet meer drooghouden. Ik heb het zo ontzettend leuk en goed gehad in Kabanga! Echt bijzonder om hier vijf maand te mogen wonen.
1.
Inhoudsopgave
2.
Voorbereidingen
3.
Priest de dag nie veur t oamd is
4.
Karibuni Kabanga!
5.
Weekend Kigoma
6.
Het ziekenhuisleven
7.
Habari rafiki! (Hoe gaat het vrienden)
8.
Kruistocht in prinsessenjurk
9.
Vervolg paasweekend en het albinokamp
10.
Cultuurshock
11.
Rock City Mwanza
12.
'Ik wil gewoon vrij zijn'
13.
Laatste weken in the City of Dust
14.
Gombe
15.
Een afscheid en een weerzien
16.
De Serengeti en de Ngorongoro-krater
17.
Studentenhuis in Arusha
18.
Pole pole!
19.
Bountyeiland Zanzibar
20.
Onverwacht nieuws
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!