Het plot van het verhaal, van het avontuur is aangebroken. Ik stap in het vliegtuig en vlieg naar Bangkok. Hier kom ik terecht in de warme Thaise temperaturen. Het is al laat dus ik zoek snel een bed waar ik kan slapen. Erg getroffen heb ik het dit keer niet met een bed die aanvoelt als beton.

De volgende dag sneak ik een hotel in met zwembad en relax de hele dag tussen de rijke mensen.
Thailand staat bekend om zijn lekkere street food en die avond wil ik het er dan ook nog even van nemen. Zo koop ik bij elk standje iets kleins en als ik de straat uitloop naar mijn hostel zit ik helemaal vol. Grapje natuurlijk, een ijsje kan er altijd bij. Verzadigd val ik in slaap en word ik wakker met een gek gevoel.

Ik denk aan de Walvissen en de roadtrips in Australië, ik denk aan de adembenemende natuur in Nieuw Zeeland, het liften en het kamperen. Ik denk aan het armoedige maar prachtige Cambodja, en de onvergetelijke tijd in Vietnam. Ik denk aan al die momenten die ik heb gespaard, de mensen die ik heb leren kennen en de lessen die ik heb geleerd. Ik zal dit alles nooit vergeten en koesteren mijn leven lang. Vandaag vlieg ik terug, maar mijn gedachte zal nog vaak zijn in de landen waar ik leefde, volop het leven vierde.