We ariveren op het eiland Catba. Het is heerlijk weer en ons bed ongeveer naast de zee. Een dagje strand mag dus niet missen. De volgende dag stappen we gewapend met zonnebrand en wat mensen die ook wel een van de zeven wereld wonderen willen zien op de boot. De boot brengt ons langs de mooiste rotsen midden in de zee. Maar dan komt er een grote wolk en wordt het lastig om dit natuurschoon te zien door de mist. Zonnebaden veranderd dan ook als snel in een middagdutje, en de hele boot doet mee. Maar als we dan weer onze ogen open doen is het weer opgeklaard en varen we Ha Long Bay binnen. We stappen van de boot en komen aan bij een soort visboerderijtje. Ze hebben hier allemaal vissen in grote bakken/netten. En een van deze vissen is aardig uit zijn voegen gegroeid met 2 meter. Nu we weten wat we kunnen verwachten in de zee stappen we in de kano. We peddelen over de zee, door rotsen en als we onze portie sport voor de dag weer hebben gehad hoppen we weer op de boot.

De reis gaat weer verder naar Hanoi. Hanoi is de hoofdstad van Vietnam en we maken ons dus klaar voor scooters en toeters. Als we midden in de stad worden afgezet is het inderdaad een drukte van jewelste. De weg oversteken gaat dan ook samen met schietgebedjes. We lopen een beetje rond en stuitten dan op een lokale markt. Maar echt leuk om te zien is het niet. Er worden hier levende dieren verkocht en de omstandigheden zijn niet echt uitmuntend. Zo zien we kippen, vogeltjes, katjes etc etc. Maar waar echt mijn haren van overeind gaan staan zijn die tien schildpadden in die veel te kleine kooi. De schildpadden steken hun hoofd zo ver mogelijk door de gaten van het gaas maar ontsnappen is onmogelijk. Het liefst zou ik ze allemaal kopen en loslaten in de zee. Want dat is waar deze beschermde diersoort hoort.