Scandinavië - Zomer 2016

Zaterdag vroeg op om te gaan fietsen. Op naar Långe Erik, de vuurtoren op de noordpunt van Öland! We hebben gisteren de omgeving al wat verkend en we weten welke routebordjes er zijn en waar we de fietsroutes kunnen oppikken. Bewegwijzeren is trouwens niet een van de sterkste punten van de Zeden. Lisanne had ons daar ook al voor gewaarschuwd ?. Gelukkig hebben we een kaart van Öland gekocht bij de VVV en daarnaast heb ik mijn Nokia kaarten app en die zullen ons vandaag goed van pas komen. We rijden over secundaire wegen en bosweggetjes waar we bijna iemand tegenkomen en na enig gezoek zijn we tegen 11 uur in Byxelkrok. Net op tijd om de ‘veerboot’ naar Oskarshamn te zien vertekken. Het is een roestige ouwe schuit maar blijkbaar voor Zweden nog prima om deze dienst te onderhouden. In de zomer gaat hij 4x per dag. Voor wie vanuit het Noorden komt een prima alernatef voor de brug en de files rond Borgholm. Na koffie met wafel op een terras gaan we langs de kustweg verder richting Långe Erik. Opnieuw verbazen we ons over de bijzonder rijke vegetatie langs de weg. Dit keer vol met duinplanten, schitterend! Eenmaal aangekomen op het noordelijkste puntje van Öland blijkt Långe Erik ook nog te beklimmen te zijn en we wagen ons aan de 138 treden omhoog. Geweldig uitzicht over zee en de omgeving hier. Op de terugweg maken we opnieuw een stop in Byxelkrok en lunchen op het terras bij Jeanette en haar Griekse adonis (Zalissios (oid) heet hij) met een Griekse salade en gyros. Dat waren we nog niet eerder tegengekomen tijdens onze reis. Lekker eens wat anders dan de pizza’s, hamburgers en kebab die je ook hier overal tegenkomt. Opvallend weinig pølser hier trouwens. Hier in Zweden heten die ‘korv’, je moet het maar net weten, maar dat terzijde. Op de terugweg naar de camping volgen we zo lang mogelijk de kustweg die alleen voor aanwonenden en fietsers en voetgangers toegankelijk is. Langs deze weg liggen, verscholen tussen lage bosjes en andere duinbegroeiing, de huisjes van de ‘Zomerölanders’. Hier zouden wij ook wel een huisje willen huren (als dat zou kunnen). Op een zonnige dag als vandaag is het hier paradijselijk, maar met grijs en regenachtig weer wil je hier niet wezen waarschijnlijk. ’s Avonds koken we in de campingkeuken en daar raken we aan de praat met een stel Duitsers die met hun zoon van 11 maanden op fietsvakantie zijn. Ze doen ca. 40 km per dag en zijn vanaf Malmö onderweg naar Stockholm. Hartstikke leuk. Wat zijn wij daar luxe kampeerders bij.
Zondag gaan we op pad naar het zuiden van Öland, naar Långe Jan, de tegenpool van Långe Erik. We zijn inmiddels aardig ingeslingerd hier en ontwijken de files rond Borgholm door zoveel mogelijk de parallelwegen te volgen. Het eiland is ca 130 km lang (en slechts 16 km breed) en het is dus een eind rijden, maar leuk en afwisselend. Ook in het zuiden fietsen we een rondje en uiteraard bezoeken we Långe Jan, maar we laten zijn meer dan 190 treden voor wat het is. Het hele zuidelijke deel van Öland is Werelderfgoed vanwege het al sinds de middeleeuwen onveranderde cultuurlandschap. Vergeleken met het noorden is het hier uitgestorven. We zijn blij dat we de tijd en de moeite hebben genomen om ook dit deel van Öland te bezoeken. We hadden geen idee wat ons te wachten stond op Öland, maar het heeft ons zeer verrast. Absoluut (stopwoord van de vakantiekrachten op de campings en in de supermarkten, de radio dj’s en alle andere hippe Zweden) de reis waard!

H. Prins

17 chapters

16 Apr 2020

Öland

July 24, 2016

|

Sonjas Camping - Löttrop

Zaterdag vroeg op om te gaan fietsen. Op naar Långe Erik, de vuurtoren op de noordpunt van Öland! We hebben gisteren de omgeving al wat verkend en we weten welke routebordjes er zijn en waar we de fietsroutes kunnen oppikken. Bewegwijzeren is trouwens niet een van de sterkste punten van de Zeden. Lisanne had ons daar ook al voor gewaarschuwd ?. Gelukkig hebben we een kaart van Öland gekocht bij de VVV en daarnaast heb ik mijn Nokia kaarten app en die zullen ons vandaag goed van pas komen. We rijden over secundaire wegen en bosweggetjes waar we bijna iemand tegenkomen en na enig gezoek zijn we tegen 11 uur in Byxelkrok. Net op tijd om de ‘veerboot’ naar Oskarshamn te zien vertekken. Het is een roestige ouwe schuit maar blijkbaar voor Zweden nog prima om deze dienst te onderhouden. In de zomer gaat hij 4x per dag. Voor wie vanuit het Noorden komt een prima alernatef voor de brug en de files rond Borgholm. Na koffie met wafel op een terras gaan we langs de kustweg verder richting Långe Erik. Opnieuw verbazen we ons over de bijzonder rijke vegetatie langs de weg. Dit keer vol met duinplanten, schitterend! Eenmaal aangekomen op het noordelijkste puntje van Öland blijkt Långe Erik ook nog te beklimmen te zijn en we wagen ons aan de 138 treden omhoog. Geweldig uitzicht over zee en de omgeving hier. Op de terugweg maken we opnieuw een stop in Byxelkrok en lunchen op het terras bij Jeanette en haar Griekse adonis (Zalissios (oid) heet hij) met een Griekse salade en gyros. Dat waren we nog niet eerder tegengekomen tijdens onze reis. Lekker eens wat anders dan de pizza’s, hamburgers en kebab die je ook hier overal tegenkomt. Opvallend weinig pølser hier trouwens. Hier in Zweden heten die ‘korv’, je moet het maar net weten, maar dat terzijde. Op de terugweg naar de camping volgen we zo lang mogelijk de kustweg die alleen voor aanwonenden en fietsers en voetgangers toegankelijk is. Langs deze weg liggen, verscholen tussen lage bosjes en andere duinbegroeiing, de huisjes van de ‘Zomerölanders’. Hier zouden wij ook wel een huisje willen huren (als dat zou kunnen). Op een zonnige dag als vandaag is het hier paradijselijk, maar met grijs en regenachtig weer wil je hier niet wezen waarschijnlijk. ’s Avonds koken we in de campingkeuken en daar raken we aan de praat met een stel Duitsers die met hun zoon van 11 maanden op fietsvakantie zijn. Ze doen ca. 40 km per dag en zijn vanaf Malmö onderweg naar Stockholm. Hartstikke leuk. Wat zijn wij daar luxe kampeerders bij.
Zondag gaan we op pad naar het zuiden van Öland, naar Långe Jan, de tegenpool van Långe Erik. We zijn inmiddels aardig ingeslingerd hier en ontwijken de files rond Borgholm door zoveel mogelijk de parallelwegen te volgen. Het eiland is ca 130 km lang (en slechts 16 km breed) en het is dus een eind rijden, maar leuk en afwisselend. Ook in het zuiden fietsen we een rondje en uiteraard bezoeken we Långe Jan, maar we laten zijn meer dan 190 treden voor wat het is. Het hele zuidelijke deel van Öland is Werelderfgoed vanwege het al sinds de middeleeuwen onveranderde cultuurlandschap. Vergeleken met het noorden is het hier uitgestorven. We zijn blij dat we de tijd en de moeite hebben genomen om ook dit deel van Öland te bezoeken. We hadden geen idee wat ons te wachten stond op Öland, maar het heeft ons zeer verrast. Absoluut (stopwoord van de vakantiekrachten op de campings en in de supermarkten, de radio dj’s en alle andere hippe Zweden) de reis waard!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.