De driver was alweer vroeg bij het hotel en we vertrokken naar het Quilatoameer. Dit is een uitgesleten kratermeer met een turquoise kleur. De Indiaanse naam betekent de teint van Toa (een prinses). Om daar te komen stegen we eerst weer naar zo'n 4000 meter over een nieuw aangelegde weg. De wegen worden mooier in verband met het ontluikend toerisme, al zien we nog steeds niet zoveel toeristen, behalve -zoals overal op de wereld - Nederlanders. Boven gekomen bleken we de eerste bezoekers van de dag te zijn. De driver parkeerde de auto op een leeg parkeerterrein en we liepen via een aangelegd parkje (aangelegd in verband met de te verwachten toeristenstroom) naar de rand van de krater. Het waaide heel hard en was koud, maar we hadden een adembenemend uitzicht over het
Louise van den Broek
25 chapters
July 18, 2015
|
Baños
De driver was alweer vroeg bij het hotel en we vertrokken naar het Quilatoameer. Dit is een uitgesleten kratermeer met een turquoise kleur. De Indiaanse naam betekent de teint van Toa (een prinses). Om daar te komen stegen we eerst weer naar zo'n 4000 meter over een nieuw aangelegde weg. De wegen worden mooier in verband met het ontluikend toerisme, al zien we nog steeds niet zoveel toeristen, behalve -zoals overal op de wereld - Nederlanders. Boven gekomen bleken we de eerste bezoekers van de dag te zijn. De driver parkeerde de auto op een leeg parkeerterrein en we liepen via een aangelegd parkje (aangelegd in verband met de te verwachten toeristenstroom) naar de rand van de krater. Het waaide heel hard en was koud, maar we hadden een adembenemend uitzicht over het
meer. De kleur veranderde met de minuut afhankelijk van de zon en de wind. We zagen hoe de wind wervelingen en rimpelingen in het water maakten. Je kunt er via een pad naar beneden wat vrij gemakkelijk is, maar je moet ook weer naar boven wat een hele klus is. Later op de dag zou je met een ezeltje of paard naar boven kunnen maar we waren nu nog te vroeg. En met de wandeling van gisteren en eergisteren nog in de benen besloten we alleen een eind langs de krater te lopen wat echt heel mooi was.
Terug in de auto reed onze chauffeur ons naar Zumbahue waar op zaterdag een grote indianenmarkt is. Uit allerlei dorpjes uit de bergen komen de mensen naar deze stad voor zowel de dieren- als de warenmarkt. Geen markt voor toeristen zoals in Otavalo, maar de markt voor de mensen zelf. We hebben daar een paar uurtjes rondgedwaald. De kooplui en de kopers waren allemaal gekleed in warme poncho's en met donkere hoeden op. Moeders hadden hun kleine kinderen op de rug gebonden en overal stonden groepjes mensen te praten en te lachen. De dierenmarkt was bijna afgelopen maar we zagen nog schapen en kippen en Alpaca's, een soort lama maar dan met meer haar.
De warenmarkt was nog in volle gang. Het was een drukke en kleurige bedoening. Ze verkochten er alles: van fruit (vooral veel bananen), allerlei soorten rijst en meel, tot kleding (poncho's, sjaals, omslagdoeken, geborduurde rokken), hoeden en alles wat je verder maar aan boodschappen kunt bedenken. Overal zagen we eetstalletjes waar mensen achter grote borden aardappelen of rijst met vlees zaten. De chauffeur vertelde dat veel mensen al heel vroeg naar de dierenmarkt waren gekomen dus om een uur of negen in de ochtend al zin hadden in een stevige maaltijd.
Natuurlijk hebben we zelf ook het een en ander gekocht. Zo hadden
we onze zinnen gezet op een groot tafelkleed voor op onze tafel thuis. Dat bleek nog lastig te zijn, want onze maat was er nergens bij. Blijkbaar hadden de mensen dit aan elkaar doorverteld want opeens kwam een man naar ons toe met de boodschap dat hij grote kleden had. En na wat wikken en wegen en natuurlijk afdingen hebben we nu een mooi kleurig tafelkleed in onze koffer zitten.
Binnen bleek nog vlees te worden verkocht en zagen we mensen die met een of meerdere uitgebeende koeien of andere dieren stonden. Ook werden hele koeienkoppen verkocht en zagen we een stapel varkensoren liggen.
De mensen in deze streek zijn klein van stuk dus wij torenden boven hen uit, wat ook nog een aparte ervaring was. In Nederland kennen wij dit allebei niet.
Na de markt hadden we nog een lange tocht voor de boeg op weg naar Baños, onze volgende pleisterplaats. Onderweg reden we in de regen en de mist of in de wolken. Na een paar uur rijden, onder andere over de Pan Americano, de weg die gaat van het zuiden van Argentinië tot Alaska, kwamen we in het plaatsje Baños. Dit stadje is bekend vanwege de nog steeds actieve vulkaan waar het bij ligt en de vele warmwaterbronnen. Wij bleken in een hotel hoog boven het stadje te moeten zijn, op de flank van de vulkaan. Omdat we hier drie nachten verblijven had Riksja voorgesteld om wat meer comfort te nemen. Nou, dat was niets te veel gezegd. We hebben een romantische suite, met grote ramen en een terrasje met uitzicht over een natuurgebied. Er is hier een Spa en er zijn enkele zwembaden waar we al gebruik van hebben gemaakt. Een café met uitzicht over de stad en goed internet.
We hebben een balzaal van een kamer met muurschildering en open haard, een uitgebreide badkamer en een jacuzzi. Hier vandaan gaan we zondag en maandag het stadje verkennen en wandelen en fietsen. Voelt niet verkeerd!
1.
Nog even ... en we gaan
2.
Een lange reisdag
3.
De jungle in
4.
Bushwalk
5.
Koken met de indianen
6.
Van de jungle naar de stad
7.
Naar het middelpunt der aarde
8.
Gastvrij onthaal
9.
Koeien, mais en kunstenaars
10.
Laan der vulkanen
11.
Rustdag
12.
Op de Cotopaxi
13.
De paden op, de lanen in!
14.
Kleurrijk Ecuador
15.
Baños de Agua Sante
16.
Ruta des Cascades
17.
Overnachten in een slaperig dorpje
18.
Een kijkje in de wereld van de Indigenas
19.
Treinreis naar de Duivelsneus
20.
Bijzondere ontmoetingen
21.
Cuenca nader verkend
22.
De bergen uit
23.
Klein Galapagos
24.
De laatste twee dagen
25.
Weer thuis!
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!