Mascarenen

Dag 4. Weer: zon, harde wind 25-21°C.
Onderdak: Oceaan Beach Hotel & Spa. Gereden: 144 km. Gelopen: 3 km.

We kregen vandaag onze huurauto. Het was een mooi compact, wit autootje, een Hyundai i10. Het was natuurlijk wel even wennen om weer links te moeten rijden. Ook vergde de smalle en drukke wegen met veel obstructies zoals auto`s midden op de weg of de vele voetgangers, brommers en motoren extra aandacht. Ook had ik in het

lilytocila

15 chapters

15 Apr 2020

Grand Baie: autorit noorden van het eiland

September 05, 2014

Dag 4. Weer: zon, harde wind 25-21°C.
Onderdak: Oceaan Beach Hotel & Spa. Gereden: 144 km. Gelopen: 3 km.

We kregen vandaag onze huurauto. Het was een mooi compact, wit autootje, een Hyundai i10. Het was natuurlijk wel even wennen om weer links te moeten rijden. Ook vergde de smalle en drukke wegen met veel obstructies zoals auto`s midden op de weg of de vele voetgangers, brommers en motoren extra aandacht. Ook had ik in het

begin nog niet het gevoel van de breedte van de auto. Schakelen ging ook net andersom en met de linkerhand en ook de binnenspiegel zat ook op een andere plaats dan ik gewend was. Gelukkig kreeg ik het gevoel al weer snel. We stopten eerst in Grand Baie zelf (ons hotel lag zo’n 2 km van het centrum). Dat had een knus strandje en een hoop toeristenwinkeltjes. Grand Baie is een van de grote toeristencentra op het eiland. Hierna reden we door naar Cap Malheureux (Ongeluks kaap), de noordelijkste punt van het eiland. Hier zijn heel wat schepen gestrand op de rotsen, vandaar de naam. Er stond een prachtig wit kerkje, de Notre Dame Auxiliatrice (Maria de helpster), met een rood dak dicht bij zee. Er stond vanmorgen een harde wind, daardoor was de zee wild. Het koraalrif brak de golven, maar bij het eilandje voor de kust, Coin de Mire, sloeg de zee stuk in grote schuimwolken. Het wigvormige eilandje is een natuurreservaat. De naam komt van de vorm. Het lijkt op de houten wig die werd gebruikt om voorlaad van kannonen mee te richten. Ook Île Ronde was te

zien. Hier is Gerald Durrell veel geweest om bijna uitgestorven soorten zoals roze duiven en bepaalde hagedissen met zijn fokprogramma’s voor uitsterven te behoeden. Vlak voordat we op reis gingen heb ik het boek nog een keer gelezen dat hij hier over schreef. Leuk om het gebied nu met eigen ogen te zien. Vanaf hier reden we langs de oostkust zuidwaarts. Het was hier beduidend rustiger. Af en toe kwamen we door kleine vissersdorpjes zoals Grand Gaube of Poudre d’Or. De weg kronkelde door uitgestrekte suikerrietvelden. Het was hier vulkanisch gebied, want overal lagen grote hopen lavabrokken die waren verwijderd om landbouw mogelijk te maken. Het landschap was licht heuvelachtig tot vlak. Daarom heet dit departement ook Flack, de naam die de Hollanders destijds aan dit gebied gaven. In Trou d’Eau Douce (zoetwaterbron) hebben de Nederlanders een bron beheerd. We dachten de bron gevonden te hebben bij de zeekant, maar die was droog. Het was een fortachtige constructie met twee diepe putten waar je onderin door een poort bij

kon komen. Toch was dit niet de bron die we zochten. Een locale visser snapte niet wat we bedoelden. Dus wat voor het gebouw het was, bleef voor ons een raadsel en de echte bron zagen we niet. We zijn doorgereden tot Grand Rivière Sud-Est waar een smalle en diepe inham naar binnen liep. Het was de monding van een riviertje. We zaten nu in een prachtig gebied met de begroeide bergen van Montagne Blanche op de achtergrond. We zijn hierna dwars over het eiland terug gereden waarbij we prachtige landschappen zagen met steile bergpunten, golvende suikerrietvelden en dichte bosgebieden. Soms waren de wegen afgezet met bomenhagen waardoor het leek of je door een groene tunnel reed. Bij het kunstmatige meer La Nicolière had je een mooi uitzicht van boven af op het meer dat lag te glinsteren in de zon en de beboste heuvels er om heen. Hoe dichter we bij Grand Baie kwamen, hoe drukker het werd op de weg. De scholen kwamen uit en werkers gingen naar huis. Bussen versperden de weg bij elke halte. In de plaatsjes waar we doorheen kwamen, was

het ook erg druk. We moesten allebei goed onze kop er bij houden om de weg te vinden en de obstakels en dwarsliggers te ontwijken. Onderweg zagen we veel transport van suikerriet. Het was nu oogsttijd. Na de oogst werden de velden afgebrand. We hadden gisteren ook al de enorme rookpluimen gezien, nu reden we er dwars doorheen. Om 16.30 uur kwamen we bij ons hotel aan. Het was een prachtige tocht waarbij we een groot deel van het eiland hadden gezien. ’s Avonds zijn we gaan eten in een tentje dicht bij ons hotel. Lily had vis met een saus van banaan en pistache en ik had vis gesmoord in kokosmelk. Erbij waren gebakken courgette, wortel en aubergine plus een groene gemengde salade. De beide visschotels waren echt heerlijk. Heel bijzonder was de vis met banaan en pistache. Toe namen we tiramisu en een mousse au chocolat. Ook heerlijk, en de laatste gaatjes waren gevuld.

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2025 Travel Diaries. All rights reserved.