Mascarenen

Dag 8. Weer: zon 25 °C. Onderdak: Mountain View
Gereden: 57 km. Gelopen: 10 km.

We stonden op met zon en die is de hele dag gebleven. Ook was de temperatuur weer normaal, zo rond de 25 °C, maar in de zon en zonder wind was het wel tegen de 30 °C. We zijn eerst een eindje naar het noorden gereden om wat plaatjes te schieten van de zoutpannen.

lilytocila

15 chapters

15 Apr 2020

La Gaulette: bezoek Black River Gorges National Park

September 09, 2014

Dag 8. Weer: zon 25 °C. Onderdak: Mountain View
Gereden: 57 km. Gelopen: 10 km.

We stonden op met zon en die is de hele dag gebleven. Ook was de temperatuur weer normaal, zo rond de 25 °C, maar in de zon en zonder wind was het wel tegen de 30 °C. We zijn eerst een eindje naar het noorden gereden om wat plaatjes te schieten van de zoutpannen.

Daarna reden we door naar het grootste natuurpark van dit eiland, het Black River Gorges National Park. Dit is de enige plek waar nog veel bijzondere en endemische soorten planten en dieren leven. Op de rest van het eiland zijn die niet meer terug te vinden. Het pad ging deels langs de Zwarte Rivier. Dat was niet echt een indrukwekkende stroom, het was meer een beek. We liepen door een dicht bos over een pad met allemaal keien. Zo nu en dan moesten we door beekjes lopen of ze oversteken. Gelukkig waren onze schoenen goed waterdicht. Bij een kruising van de paden stond een man. Die had net een jong wild zwijn gezien zonder moeder. Wellicht was die afgeschoten buiten het park. We hebben nog even gezocht maar hij was verdwenen. Er kwam even later met veel lawaai een heli overvliegen. Die bleek van de politie te zijn. Ze waren op zoek naar cannabisplantages, dus ook hier. Door de herrie ging een flink aantal kalongs de lucht in. Het was leuk om deze grote vleermuizen met anderhalve meter spanwijdte te zien vliegen. Het pad ging steeds

meer omhoog. We bleven in een dicht bos lopen zonder zicht om ons heen. Wel zagen we nog een mooie kikker en nog wat hele kleine kikkertjes, maar dat was niet echt spectaculair. Bij een forse beek die we moesten oversteken zijn we omgedraaid. We kozen daarna een pad dat dwars door het park liep. Er moest een mooi uitzichtpunt zijn. Even later zagen we iets bijzonders. Op Mauritius leven nog zo’n 300 roze duiven. Het is een endemische soort, dus ze komen alleen hier voor. Men is al vele jaren bezig met fokprogramma’s om deze prachtige vogels te behoeden voor het lot van de dodo’s, dus uitsterven. Laat er nu vlak bij ons één van de 300 neer te strijken. Het was een prachtig beest met een witte kop en een soort grijs vestje aan. Het oog was fel rood net als een vlek op de basis van de snavel. De naam kreeg de vogel door de mooie roze staart. We voelden ons heel gelukkig om deze zeldzame duif te kunnen zien. We kregen gelukkig een paar kansen om hem vast te leggen. Het pad ging verder over een doorwaadbare plaats in de rivier. Het was een grote

betonnen plaat waar het water overheen stroomde. Het water kwam tot aan onze enkels, maar we hielden het droog. Achter ons aan kwam een hele ploeg politie in camouflage pakken die op zoek waren naar hasjiesj plantages. Ze hadden grote kapmessen mee en doken het bos in. Voor ons ging het pad nu flink omhoog en soms ook best steil. We kregen nu ook meer uitzicht op de bergen om ons heen. Beneden in het dal vloog een kalong. In de zon zag hij er prachtig haast lichtgevend rood-bruin uit. Het leek wel een prehistorische vogel. Ook zagen we in de verte witte keerkringvogels met hun prachtige lange staartveren. Bij het Macchabée uitzichtpunt konden we goed uitkijken over een groot deel van het park met de in vele kleuren groen begroeide bergwanden. Het was een viewpoint, maar het had beter een flypoint kunnen heten. We werden hier helaas belaagd door honderden vliegen die ook nog flink konden bijten. Ons plan om hier te lunchen viel daardoor in het water. Dat was jammer, want het was een prachtige plek. We liepen weer naar beneden en hebben bij de

rivier ons broodje opgegeten. Een heleboel roodoorbuulbuuls kwamen ons vergezellen. Ze vochten om een paar stukjes brood. Zo we ze nog niet goed hadden kunnen vastleggen, dan was dit de gelegenheid. Ze kwamen tot vlak bij onze voeten. Het bleven prachtige vogels om naar te kijken met hun parmantige zwarte kuiven en rode vlekken op hun kop en onder hun staart. Ze gedroegen zich een beetje als spreeuwen, net zo brutaal. Na onze wandeling zijn we gaan zwemmen bij een strandje op het Le Morne Brabant schiereiland. Eindelijk konden we een keer in het water. De dagen ervoor lokte het niet echt door het weer of kwamen we er niet aan toe. Het water was 22 °C, dus goed te doen. Tegen het rif in de verte braken enorme golven in grote schuimwolken, een spectaculair gezicht. Voor de laatste keer aten we in “ons” restaurant. Lily nam gesudderd rundvlees met groenten en ik nam de viscurry, die ook goed van smaak was, maar wel een beetje gepeperd. Het toetje van ananas in een ingedikte zoete vruchtensaus met een bolletje ijs kregen we van het huis. We gingen vroeg slapen want we moesten er morgen vroeg uit om een dolfijnentocht te gaan maken.

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2025 Travel Diaries. All rights reserved.