Patagonië

Als we 's ochtends om 7 uur voor het hotel staan te wachten op onze Uber lopen er nog aardig wat nieuwjaarsvierders dronken over straat op zoek naar ontbijt. Gedurende de rit naar het vliegveld wordt het alleen maar erger en zien we hele hordes mensen verdwaasd en uitgeput langs de (snel)wegen dwalen op zoek naar een taxi of een bed. Het is net alsof we in een aflevering van 'The Walking Dead' zijn beland. De bevolking van Buenos Aires weet hoe ze een feestje moet bouwen.

Op het vliegveld willen we wat ontbijt halen voor de vlucht naar Iguaçu, maar ook de bediening bij de lokale koffietent heeft duidelijk feest gevierd. Ze staan met vijf man achter de balie, maar slechts een persoon doet een poging tot werk, gevolg is dat er een lange rij staat en het ruim een half uur duurt om een kopje koffie te krijgen. In ieder geval kan mijn pa weer nieuwe vrienden maken in de rij, want gedeelde smart is halve smart. Ook in de rij voor de gate leert mijn vader iemand kennen. Een oudere dame uit Australië die helemaal alleen via verschillende cruises om heel Zuid-Amerika heen gaat varen. Je moet er maar zin in hebben, maar wel avontuurlijk op die leeftijd. Dan kunnen we boarden en een kleine twee uur later sta ik midden in de Argentijnse jungle.

Iguazu
Onze bestemming is Iguaçu National Park waar de Iguaçu watervallen zich bevinden, een van de 7 natuurlijke wonderen in de wereld. We verblijven in een luxe hotel wat als enige binnen het park ligt. Tenminste aan deze kant van de grens. De Iguaçu watervallen liggen namelijk precies op de grens met Brazilië. De ene kant van de oever is Argentinië en de andere kant Brazilië. We worden naar het hotel gebracht door een taxichauffeur genaamd Humberto. De goede man biedt aan om ons de komende dagen rond te rijden en ons te helpen met onze plannen voor excursies. Allemaal voor een vriendenprijsje natuurlijk.

Als we de lobby van het Meliá hotel binnenstappen zijn we meteen onder de indruk. Je kijkt namelijk meteen uit op de jungle met in de verte een kolom van waterdamp en het eerste uitzicht op de watervallen. Het is indrukwekkend om te zien, zelfs op deze afstand.
We zijn maar 48 uur in Iguaçu dus we gaan in de middag meteen een uitstapje naar de watervallen doen.

Vanuit het hotel kun je een pad de jungle in volgen en na een paar honderd meter kom je bij een treinstation waar een elektrisch treintje je verder brengt. Onderweg naar het station zien we in de boomtoppen wat aapjes spelen. De apen zijn schijnbaar een plaag voor het hotel omdat ze er achter zijn gekomen hebben wat een minibar is. Overal zie je instructies hangen om ramen en balkondeuren gesloten te houden. Als je dit niet doet breken de apen in en plunderen de minibar. Stiekem vraag ik me af of het niet de hotelgasten zijn die gewoon niet willen betalen voor de snacks en drankjes en dan het excuus ¨the monkey did it¨ gebruiken.

Op het treinstation aangekomen ontmoeten we een andere schattige, maar ondeugende inwoner van de jungle, de Quati, of Neusbeer op zijn Nederlands. Deze donderstenen zien eruit als een soort wasberen maar dan met een spitse snuit. Het station krioelt ervan en ze zijn zo brutaal als de neten. Ze klimmen zo in je kinderwagen, openen je koelbox en snuffelen in je tassen op zoek naar eten. Als je niet oplet grijpen ze het zo uit je handen. Het is een genot om naar te kijken terwijl we staan te wachtten op het treintje.

The Devil's Throat
Het treinritje door de jungle duurt een kwartiertje voordat je uitstapt bij het beginpunt van de wandelroute naar ´The Devil's Throat´, wat de onheilspellende naam is van het hoogtepunt van de watervallen aan de Argentijnse kant. De route is een kleine kilometer lopen over loopbruggen boven het water en over eilandjes. Onderweg komen we op de loopbruggen constant mensen tegen op die zeiknat zijn. Het is alsof er een soort wet t-shirt modeshow wordt gegeven. We vragen ons af hoe dit zo komt, want ook al is het grauw weer, het heeft nog niet geregend.

Al snel krijgen we antwoord op onze vraag. De loopbrug eindigt op een platform bij de rand van de watervallen. De watervallen zijn in een U vorm en aan alle kanten stort het water ruim 80 meter de diepte in. Door de damp die ontstaat van al dat neerstortende water wordt je vanzelf kletsnat. Het is een indrukwekkend gezicht. De hoeveelheden water die hier iedere seconde naar beneden storten zijn onvoorstelbaar. Je verwacht eigenlijk dat ieder moment de rivier leeg loopt, maar het blijft maar komen, waar komt toch al dat water vandaan?

Behalve de watervallen die de Devil's Throat vormen (of Garganta del Diablo op zijn Spaans) zijn er verspreid over een paar kilometer nog tientallen watervallen, maar die zijn vanuit dit standpunt niet te zien, daar zul je voor naar Braziliaanse kant moeten gaan. Laat dat nou precies de bestemming zijn waar we morgen naar toe gaan!

Buiten regen, binnen regen
Bij terugkomst op het station begint het dan toch te regenen. Het komt met bakken naar beneden en het zicht wordt serieus belemmerd, zo hard regent het. Roberto is zo slim geweest om in het hotel voor ons allemaal simpele regenponchos te kopen die we maar snel aantrekken. Het is net alsof je een gigantisch condoom aandoet. Terwijl we in onze megacondooms door de regen rennen richting het hotel ontkom ik niet aan de gedachte dat dit wel eens een soort van beeldspraak zou kunnen zijn. Iets met drie piemels die hun weg proberen te vinden in een nat oerwoud...ahem...

Eenmaal terug in mijn hotelkamer kom ik er achter dat er zich bij mijn balkondeur een grote plas water op de vloer heeft gevormd. Even denk ik nog dat een van de beruchte apen mijn kamer is binnen gekomen via het balkon en het nu naar binnen regent, maar als ik zie dat de balkondeur netjes op slot zit realiseer ik me dat er iets anders aan de hand is (tenzij de apen nog slimmer zijn dan ik dacht en ze netjes achter zichzelf hebben afgesloten, maar als dat het geval is hebben we een Planet of the Apes situatie en is een natte vloer mijn minste zorg. Those damn dirty apes!). Nee, ik heb gewoon een lek op mijn kamer, dat verwacht je toch niet in een vijf sterren hotel! Ik meld het bij de receptie en in eerste instantie willen ze het gewoon opdweilen en het daarbij laten. Ik leg ze uit dat ik dit niet acceptabel vindt want wat nou als het blijft regenen en ik midden in de nacht wakker wordt in een aquarium? Ik weet niet of ik zo lang mijn adem kan inhouden hoor. Aangezien ik niet akkord ga met de dweil-oplossing krijg ik een nieuwe kamer die volgens het hotel niet lekt en waar ik met een gerust hart in slaap kan vallen, wat fijn dat ze die ook nog hebben.

pimarends

16 chapters

15 Apr 2020

3 - Waar komt al dat water vandaan?

January 01, 2018

|

Iguaçu National Park

Als we 's ochtends om 7 uur voor het hotel staan te wachten op onze Uber lopen er nog aardig wat nieuwjaarsvierders dronken over straat op zoek naar ontbijt. Gedurende de rit naar het vliegveld wordt het alleen maar erger en zien we hele hordes mensen verdwaasd en uitgeput langs de (snel)wegen dwalen op zoek naar een taxi of een bed. Het is net alsof we in een aflevering van 'The Walking Dead' zijn beland. De bevolking van Buenos Aires weet hoe ze een feestje moet bouwen.

Op het vliegveld willen we wat ontbijt halen voor de vlucht naar Iguaçu, maar ook de bediening bij de lokale koffietent heeft duidelijk feest gevierd. Ze staan met vijf man achter de balie, maar slechts een persoon doet een poging tot werk, gevolg is dat er een lange rij staat en het ruim een half uur duurt om een kopje koffie te krijgen. In ieder geval kan mijn pa weer nieuwe vrienden maken in de rij, want gedeelde smart is halve smart. Ook in de rij voor de gate leert mijn vader iemand kennen. Een oudere dame uit Australië die helemaal alleen via verschillende cruises om heel Zuid-Amerika heen gaat varen. Je moet er maar zin in hebben, maar wel avontuurlijk op die leeftijd. Dan kunnen we boarden en een kleine twee uur later sta ik midden in de Argentijnse jungle.

Iguazu
Onze bestemming is Iguaçu National Park waar de Iguaçu watervallen zich bevinden, een van de 7 natuurlijke wonderen in de wereld. We verblijven in een luxe hotel wat als enige binnen het park ligt. Tenminste aan deze kant van de grens. De Iguaçu watervallen liggen namelijk precies op de grens met Brazilië. De ene kant van de oever is Argentinië en de andere kant Brazilië. We worden naar het hotel gebracht door een taxichauffeur genaamd Humberto. De goede man biedt aan om ons de komende dagen rond te rijden en ons te helpen met onze plannen voor excursies. Allemaal voor een vriendenprijsje natuurlijk.

Als we de lobby van het Meliá hotel binnenstappen zijn we meteen onder de indruk. Je kijkt namelijk meteen uit op de jungle met in de verte een kolom van waterdamp en het eerste uitzicht op de watervallen. Het is indrukwekkend om te zien, zelfs op deze afstand.
We zijn maar 48 uur in Iguaçu dus we gaan in de middag meteen een uitstapje naar de watervallen doen.

Vanuit het hotel kun je een pad de jungle in volgen en na een paar honderd meter kom je bij een treinstation waar een elektrisch treintje je verder brengt. Onderweg naar het station zien we in de boomtoppen wat aapjes spelen. De apen zijn schijnbaar een plaag voor het hotel omdat ze er achter zijn gekomen hebben wat een minibar is. Overal zie je instructies hangen om ramen en balkondeuren gesloten te houden. Als je dit niet doet breken de apen in en plunderen de minibar. Stiekem vraag ik me af of het niet de hotelgasten zijn die gewoon niet willen betalen voor de snacks en drankjes en dan het excuus ¨the monkey did it¨ gebruiken.

Op het treinstation aangekomen ontmoeten we een andere schattige, maar ondeugende inwoner van de jungle, de Quati, of Neusbeer op zijn Nederlands. Deze donderstenen zien eruit als een soort wasberen maar dan met een spitse snuit. Het station krioelt ervan en ze zijn zo brutaal als de neten. Ze klimmen zo in je kinderwagen, openen je koelbox en snuffelen in je tassen op zoek naar eten. Als je niet oplet grijpen ze het zo uit je handen. Het is een genot om naar te kijken terwijl we staan te wachtten op het treintje.

The Devil's Throat
Het treinritje door de jungle duurt een kwartiertje voordat je uitstapt bij het beginpunt van de wandelroute naar ´The Devil's Throat´, wat de onheilspellende naam is van het hoogtepunt van de watervallen aan de Argentijnse kant. De route is een kleine kilometer lopen over loopbruggen boven het water en over eilandjes. Onderweg komen we op de loopbruggen constant mensen tegen op die zeiknat zijn. Het is alsof er een soort wet t-shirt modeshow wordt gegeven. We vragen ons af hoe dit zo komt, want ook al is het grauw weer, het heeft nog niet geregend.

Al snel krijgen we antwoord op onze vraag. De loopbrug eindigt op een platform bij de rand van de watervallen. De watervallen zijn in een U vorm en aan alle kanten stort het water ruim 80 meter de diepte in. Door de damp die ontstaat van al dat neerstortende water wordt je vanzelf kletsnat. Het is een indrukwekkend gezicht. De hoeveelheden water die hier iedere seconde naar beneden storten zijn onvoorstelbaar. Je verwacht eigenlijk dat ieder moment de rivier leeg loopt, maar het blijft maar komen, waar komt toch al dat water vandaan?

Behalve de watervallen die de Devil's Throat vormen (of Garganta del Diablo op zijn Spaans) zijn er verspreid over een paar kilometer nog tientallen watervallen, maar die zijn vanuit dit standpunt niet te zien, daar zul je voor naar Braziliaanse kant moeten gaan. Laat dat nou precies de bestemming zijn waar we morgen naar toe gaan!

Buiten regen, binnen regen
Bij terugkomst op het station begint het dan toch te regenen. Het komt met bakken naar beneden en het zicht wordt serieus belemmerd, zo hard regent het. Roberto is zo slim geweest om in het hotel voor ons allemaal simpele regenponchos te kopen die we maar snel aantrekken. Het is net alsof je een gigantisch condoom aandoet. Terwijl we in onze megacondooms door de regen rennen richting het hotel ontkom ik niet aan de gedachte dat dit wel eens een soort van beeldspraak zou kunnen zijn. Iets met drie piemels die hun weg proberen te vinden in een nat oerwoud...ahem...

Eenmaal terug in mijn hotelkamer kom ik er achter dat er zich bij mijn balkondeur een grote plas water op de vloer heeft gevormd. Even denk ik nog dat een van de beruchte apen mijn kamer is binnen gekomen via het balkon en het nu naar binnen regent, maar als ik zie dat de balkondeur netjes op slot zit realiseer ik me dat er iets anders aan de hand is (tenzij de apen nog slimmer zijn dan ik dacht en ze netjes achter zichzelf hebben afgesloten, maar als dat het geval is hebben we een Planet of the Apes situatie en is een natte vloer mijn minste zorg. Those damn dirty apes!). Nee, ik heb gewoon een lek op mijn kamer, dat verwacht je toch niet in een vijf sterren hotel! Ik meld het bij de receptie en in eerste instantie willen ze het gewoon opdweilen en het daarbij laten. Ik leg ze uit dat ik dit niet acceptabel vindt want wat nou als het blijft regenen en ik midden in de nacht wakker wordt in een aquarium? Ik weet niet of ik zo lang mijn adem kan inhouden hoor. Aangezien ik niet akkord ga met de dweil-oplossing krijg ik een nieuwe kamer die volgens het hotel niet lekt en waar ik met een gerust hart in slaap kan vallen, wat fijn dat ze die ook nog hebben.

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2025 Travel Diaries. All rights reserved.