Thailand 2015

Om 11 uur worden we opgehaald met een Song Taew en naar de Chai Lai Orchid gebracht. Het is een uur rijden en naarmate we verder van Chiang Mai komen wordt het steeds groener. Bij aankomst zien we meteen de olifanten van het Elephant Camp, de buren van ons jungle hotelletje. Over een hangbrug lopen we erheen. We mogen de olifanten voeren. Er gaat een flinke tros banaantjes mee. We lopen gewoon tussen de olifanten, die vast zitten met een ketting om hun poot maar wel bewegingsruimte hebben. De groten vinden we een beetje eng, maar er zijn ook twee kleintjes, van 10 maanden en van 2 jaar. We voeren banaantjes en aaien het babyolifantje, heel apart. Het is een ondeugend beestje, en als de bananen op zijn krijgt zijn moeder de resterende stronk. Er zit eigenlijk niks meer aan maar de slurf van het kleintje hengelt tot in de mond van de moeder om er nog iets van mee te kunnen snoepen.
Onze kamer is helemaal van donker teakhout, het is een deel van een groot houten huis op palen, en we hebben uitzicht op de rivier waar de olifanten doorheen lopen. Op het terras van het restaurantje zit je op de eerste rang, regelmatig komen er olifanten voorbij lopen. Ze kunnen bijna met hun slurf bij je bord. Af en toe baddert er een olifant in de rivier, prachtig om te zien. Het babyolifantje komt ook regelmatig voorbij, achter zijn moeder aan, heel schattig. De restanten van de kokosnoten die in het restaurant geserveerd zijn mogen we aan ze voeren, halve kokosnoten verdwijnen achter elkaar in de mond. In het elephant camp wonen 12 olifanten, deels uit rotsituaties in Birma "gered" en deels hier

sandra schneider

14 chapters

15 Apr 2020

Olifanten

July 23, 2015

|

Mae Wang

Om 11 uur worden we opgehaald met een Song Taew en naar de Chai Lai Orchid gebracht. Het is een uur rijden en naarmate we verder van Chiang Mai komen wordt het steeds groener. Bij aankomst zien we meteen de olifanten van het Elephant Camp, de buren van ons jungle hotelletje. Over een hangbrug lopen we erheen. We mogen de olifanten voeren. Er gaat een flinke tros banaantjes mee. We lopen gewoon tussen de olifanten, die vast zitten met een ketting om hun poot maar wel bewegingsruimte hebben. De groten vinden we een beetje eng, maar er zijn ook twee kleintjes, van 10 maanden en van 2 jaar. We voeren banaantjes en aaien het babyolifantje, heel apart. Het is een ondeugend beestje, en als de bananen op zijn krijgt zijn moeder de resterende stronk. Er zit eigenlijk niks meer aan maar de slurf van het kleintje hengelt tot in de mond van de moeder om er nog iets van mee te kunnen snoepen.
Onze kamer is helemaal van donker teakhout, het is een deel van een groot houten huis op palen, en we hebben uitzicht op de rivier waar de olifanten doorheen lopen. Op het terras van het restaurantje zit je op de eerste rang, regelmatig komen er olifanten voorbij lopen. Ze kunnen bijna met hun slurf bij je bord. Af en toe baddert er een olifant in de rivier, prachtig om te zien. Het babyolifantje komt ook regelmatig voorbij, achter zijn moeder aan, heel schattig. De restanten van de kokosnoten die in het restaurant geserveerd zijn mogen we aan ze voeren, halve kokosnoten verdwijnen achter elkaar in de mond. In het elephant camp wonen 12 olifanten, deels uit rotsituaties in Birma "gered" en deels hier

geboren. De mahouts (verzorgers) laten ze zo veel mogelijk "vrij" lopen in het bos maar er moet ook geld verdiend worden, dus bieden ze ritjes aan met zo'n stellage maar de Chai Lai Orchid (ons hotelletje) probeert die praktijken uit te bannen. Zij bieden alleen rijden op de blote rug en badderen met de olifanten in de rivier aan. En je kunt dus gewoon naar ze toe lopen, ze aaien, en eten geven. We zien ze in elk geval de hele dag voorbijlopen, elkaar natspuiten, rollen in het zand etc.
In de rivier komen vaak bamboevlotten voorbij met mensen erop, dat willen we ook wel. We doen onze badkleding aan en worden met een pick-up truck een eindje stroomopwaarts gebracht. Daar gaan we met onze vlotbestuurder het water in. Het vlot is nog geen meter breed, we zitten achter elkaar met onze billen in het water en voorop staat de bestuurder die met een lange bamboestok door de stroomversnellingen manoeuvreert. Halverwege breekt zijn stok af, even lijkt hij niet te weten wat te doen, maar een eindje verderop legt hij aan om een nieuwe stok te zoeken. Na een uurtje door de jungle peddelen komen we langs de olifanten en gaan we drijfnat aan land bij het hotelletje.
We ontmoeten een Nederlands gezin uit Wageningen, Floor en Tim en Jasmijn (7) en Mees (4). Het klikt meteen, de meiden spelen kaartspelletjes met elkaar en Mees is fan van Boris. Het eten in de Chai Lai Orchid is heerlijk, en alles zonder smaakversterker. Er is soms wat spraakverwarring, want hier worden Thaise vrouwen opgeleid en ze krijgen Engelse les, wat hard nodig blijkt. Gelukkig zijn er ook de bazin Alexa (een New Yorkse) en een stel westerse vrijwilligers.
De volgende dag doen we een trekking, naar een waterval en een dorpje en een schooltje. Floor en Tim doen dezelfde trekking, die eigenlijk privé zou zijn maar om onduidelijke redenen worden we met zijn achten in een pick-up truck gestouwd en gaan we met één gids op pad. Dat blijkt een gouden greep, de kinderen houden elkaar aan de gang onderweg en wij kletsen volop met Floor en Tim over reizen, werk en er blijken zelfs gezamenlijke kennissen/werkrelaties te zijn. We lopen door rijstvelden, over wiebelige bamboebruggetjes, en onze gids Sing laat allerlei bijzondere plantjes zien onderweg. Als de gids voordoet hoe je rode mieren kunt eten is Boris de stoerste, hij wil het wel proberen. Iwan en Tim kunnen dan natuurlijk niet achterblijven. De mieren blijken heel erg zuur te smaken (like lemon, lacht Sing). Na een prachtige wandeling komen we bij een hutje naast een waterval. De meegebrachte zwemkleding wordt aangetrokken en we gaan heerlijk zwemmen. Floor en Sandra blijven aan de kant om foto's te maken en om te shoppen bij het vrouwtje met het weefgetouw. Ondertussen is Sing vertrokken om een lunch voor ons te maken. Na een uurtje worden we aan tafel geroepen en staan er drie schalen lekkere bami klaar en een heleboel stukken mango. Na de lunch vervolgen we de tocht en komen we in een Karen dorpje. Karen is

een bepaald bergvolk dat hier in de buurt leeft. We zien wat huisjes, elk gezin heeft een varken onder het huis liggen, maar verder is het er behoorlijk uitgestorven. Dan staat ineens de pick-up met de chauffeur voor onze neus en we rijden naar het schooltje. Helaas is het net slaaptijd als we er aankomen, en kunnen we alleen een beetje zwaaien naar drie kindjes die toevallig wakker zijn. We geven de potloden en puntenslijpers aan de juf en rijden dan terug naar het hotelletje.
Daar eten we 's avonds samen met Floor,Tim, Jasmijn en Mees. Het is supergezellig. Voor het slapen, als Iwan terugkomt van de badkamer, springt een van de hondjes onze kamer in, hij schiet onder het bed en gaat daar liggen pitten. Dat zien we niet zo zitten, de hele nacht een hond op onze kamer, dus we proberen hem op allerlei manieren weg te jagen maar hij trekt zich er niks van aan. Uiteindelijk is er een Thaise jongen voor nodig, die twee woorden zegt, de hond springt op en rent naar buiten. Deze hond verstaat beter Thai dan wij.
De volgende dag is de relaxdag. De kinderen doen spelletjes en tekenen, wij lezen boeken en maken praatjes met Nederlanders, Koreanen, Chinezen etc. En we hebben de hele dag zicht op de olifanten. Om 13u zijn wij aan de beurt voor wat misschien wel de meest bijzondere ervaring van deze vakantie wordt....

Share your travel adventures like this!

Create your own travel blog in one step

Share with friends and family to follow your journey

Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.