Vandaag staan Wat Arun en Wat Pho op het programma en als het lukt een tochtje door de Klongs met een longtailboat. Het systeem van de taxiboot en de ferry hebben we prima door en dat is ook nog eens spotgoedkoop, maar die longtailboats dat is een heel andere business. Allerlei vage bureautjes proberen hieraan te verdienen. Uiteindelijk regelen we voor 1500 baht een eigen longtailboat met mannetje die met ons een uur lang door de Klongs scheurt en ons afzet bij Wat Arun. Onderweg is er nog een drijvend marktje met een vrouwtje dat ons wanhopig een souvenir probeert aan te smeren. We kopen iets maar meer om van haar af te zijn dan om het souvenir zelf. In de Klongs zien we heel veel krotten op palen, maar ook her en der een mooi huis, en een flink aantal tempels. Schrijnend, hoe al het geld hier naar de prachtig versierde tempels gaat en de mensen in oude krotten wonen. Wat Arun (de tempel van de dageraad) staat deels in de stijgers. De gebouwen zijn aan de buitenkant van pleisterwerk met daarin versieringen gemaakt van oud porselein dat vroeger door de Chinese schepen in de haven van Bangkok werd gedumpt. Heel gek van dichtbij, bloemen die bestaan uit allerlei verschillende stukjes van oude schoteltjes etc. Natuurlijk is er ook weer een toeristisch marktje bij de tempel, waar Boris en Tinka spotgoedkope t-shirts met olifanten erop kopen. Na Wat Arun nemen we de ferry naar de overkant van de rivier, naar Wat Pho. Een gigantisch tempelcomplex, waar de 'reclining Boeddha' te bewonderen is. Maar eerst moet er geluncht worden. We komen in een frans-thais tentje terecht waar we voor €10 (in totaal!) eten en drinken. Op
sandra schneider
14 chapters
15 Apr 2020
July 17, 2015
|
Bangkok
Vandaag staan Wat Arun en Wat Pho op het programma en als het lukt een tochtje door de Klongs met een longtailboat. Het systeem van de taxiboot en de ferry hebben we prima door en dat is ook nog eens spotgoedkoop, maar die longtailboats dat is een heel andere business. Allerlei vage bureautjes proberen hieraan te verdienen. Uiteindelijk regelen we voor 1500 baht een eigen longtailboat met mannetje die met ons een uur lang door de Klongs scheurt en ons afzet bij Wat Arun. Onderweg is er nog een drijvend marktje met een vrouwtje dat ons wanhopig een souvenir probeert aan te smeren. We kopen iets maar meer om van haar af te zijn dan om het souvenir zelf. In de Klongs zien we heel veel krotten op palen, maar ook her en der een mooi huis, en een flink aantal tempels. Schrijnend, hoe al het geld hier naar de prachtig versierde tempels gaat en de mensen in oude krotten wonen. Wat Arun (de tempel van de dageraad) staat deels in de stijgers. De gebouwen zijn aan de buitenkant van pleisterwerk met daarin versieringen gemaakt van oud porselein dat vroeger door de Chinese schepen in de haven van Bangkok werd gedumpt. Heel gek van dichtbij, bloemen die bestaan uit allerlei verschillende stukjes van oude schoteltjes etc. Natuurlijk is er ook weer een toeristisch marktje bij de tempel, waar Boris en Tinka spotgoedkope t-shirts met olifanten erop kopen. Na Wat Arun nemen we de ferry naar de overkant van de rivier, naar Wat Pho. Een gigantisch tempelcomplex, waar de 'reclining Boeddha' te bewonderen is. Maar eerst moet er geluncht worden. We komen in een frans-thais tentje terecht waar we voor €10 (in totaal!) eten en drinken. Op
naar Wat Pho. En daar vallen we echt steil achterover van verbazing. De 'reclining Boeddha' is een liggende Boeddha van 46 meter lang en 15 meter hoog, volledig bedekt met bladgoud. Terwijl we er op onze blote voetjes langs schuifelen horen we een continu vreemd getik, en als we bij de voeten zijn aangekomen en langs de achterkant van de Boeddha terug lopen, zien we wat het is. Er staat een rij koperen schalen, 108 stuks, die de 108 kenmerken van Boeddha representeren. Voor geluk moet je in elk van die schalen een muntje laten vallen. En dat doet iedereen dus braaf vandaar het constante getingel. Voor 20 baht (€0,60) kopen we een bakje met 108 muntjes, en we verdelen de buit. Tinka doet de eerste 27 bakjes, dan zijn Boris, Iwan en Sandra aan de beurt. Geen idee of dit volgens de regels is maar we denken dat Boeddha het wel ok zal vinden. Na Wat Pho nemen we de taxiboot richting de beroemde backpackerstraat Khao San Road. Op de boot maakt Sandra een stevige blunder: bij het aanmeren van de boot verliest ze haar evenwicht en botst, borsten vooruit, vol op een monnik. En dat terwijl vrouwen monniken niet eens mogen aanraken. De man is helemaal van slag. Het gebied rond Khao San Road is een grote warboel van toeristen, hippies, souvenirwinkels, hostels, tattooshops
en kledingwinkeltjes. Boris koopt er een echte Sepak Takraw bal, vastbesloten om thuis te gaan oefenen. De gegrilde schorpioenen laten we vandaag aan ons voorbij gaan. Dan is het tijd om terug naar het hotel te gaan. Een hele rit met de taxiboot, van pier 13 naar pier 0. We zwemmen nog een uurtje en eten daarna in het hotel. Boris en Tinka hebben zich verheugd op een hamburger maar die zijn helaas op vandaag, dus kiezen ze voor de spaghetti bolognese. Nu kan het nog, morgen vertrekken we uit Bangkok
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!