Italie roadtrip

Het was een zonnige ochtend op Elba. We sjouwden onze volle tassen naar de auto. De laadbak was een chaos, alsof er een tornado had rond geraasd. Als een soort Tetris game schoven we onze spullen naar binnen. Het paste precies. De achterklep klikte gemakkelijk in het slot. Terwijl de lekke band aan de compressor zat, liepen we naar het toiletgebouw om onze tanden te poetsen en daarna uit te checken. We lieten de camping achter ons en reden richting de haven. Ondertussen boekte ik de tickets voor de overtocht. Naast de haven was een klein tankstation waar Joost de band kon bijvullen. Er zat een grote metalen spijker in de rechter achterband. In principe geen probleem, maar de kop van de spijker was eraf gesleten waardoor er ineens een gapend gat in zat, waar je de lucht uit hoorde stromen. Dat was geen goed teken. Op het eiland konden we nergens terecht, dus moesten we terug naar de vaste wal, zodat we vaker onderweg bij tankstations de band zouden kunnen bijvullen.

We reden de boot op en sloten aan in de rij. Ik drukte tevergeefs een stukje uitgekauwde kauwgom in het gat wat helaas niet bleef plakken. Joost probeerde nog een paar centimeter vooruit te rijden om precies op het gat terecht te komen, zodat er iets minder snel lucht uit zou ontsnappen. Na een uurtje meerde de boot aan en reden we weer op het vaste land. Het idee was om richting Toscane te gaan. We hadden verder nog niks geboekt. Ik maakte mij zorgen om de band. Straks kwamen we ergens vast te zitten. Hoe kunnen we onze roadtrip vervolgen?

Het landschap veranderde geleidelijk van drukke snelwegen en industrie, naar verlaten landweggetjes en glooiende bruine heuvels van dor gras. Zo nu en dan passeerden we een landhuis met een wijngaard. De tijd leek hier wel stil te staan. Onze magen begonnen walvisgeluiden te maken. We besloten ergens te pauzeren voor een lunch.

Joost parkeerde de auto in een steil straatje van een slaperig dorpje. De temperatuur liep snel op. Ik verlangde nu alweer naar een verkoelende duik in zee. Er stond geen zuchtje wind en ik zag rimpelingen in de lucht van de warmte. Het was heet, heel heet. We namen plaats bij een tafeltje in de schaduw van een grote oude boom en bestelden een karaf koud water en een Toscaanse witte wijn. Als we ergens een goed glas wijn konden drinken was dat wel hier. Als lunch hadden we een broodje met lokale vleeswaren. Daarna liepen we terug naar de auto. De airco probeerde de hitte te verdrijven. We vervolgden de route door het Toscaanse landschap.

Eind van de middag kwamen we in een historisch ommuurd dorpje aan, genaamd Pienza. Via Airbnb boekten we een ruime suite in een groot nostalgisch pand, midden in de oude hoofdstraat. We duwden onze zware koffers de steile weggetjes op. De wieltjes hobbelden over de vele kleine keien. We dumpten onze spullen in de kamer en trokken iets luchtigs aan. Daarna wandelden we door het historische centrum en bestelden we een koude versnapering. We waren moe van de lange autoreis en besloten terug te gaan naar onze kamer.

Nadat we ons hadden klaargemaakt voor de avond liepen we via een smalle zoldertrap naar het dakterras. De deurpost was gemaakt voor kleine mensen. Joost lette niet op en met een harde klap stootte hij keihard zijn hoofd tegen de rand. Duizelig strompelde hij het dakterras op. Gelukkig trok het na een tijdje weer weg. Het uitzicht was schitterend. Ik was sprakeloos. Zwarte zwaluwen vlogen over ons heen. De zon verdween achter de glooiende bruine heuvels en gaf het landschap een prachtige koperen gloed. De aardse tinten van het historische dorpje werden nog fraaier door de oranjekleurige hemel. Als twee tortelduifjes genoten we van de zonsondergang.

Het begon te schemeren en we hadden zin om ons culinair te laten onderdompelen in de Toscaanse keuken. We hadden gelezen over een geweldig restaurant bij een pleintje. Na lang zoeken vonden we het restaurant. Joost liep naar de ober om te informeren of er nog plek was. Onverschillig wees hij naar een bord waarop stond dat het vol was. Joost vroeg of het later op de avond mogelijk was, maar de ober had geen zin om ons te woord te staan en liet op een onvriendelijke manier weten dat we geen kans maakten.

Chagrijnig liepen we verder. Eerst baalden we dat we niet gereserveerd hadden maar we dachten achteraf, misschien moest het zo zijn, want het personeel liep ongeïnteresseerd rond en de gasten aan tafels keken ook niet heel vrolijk. Na een uur rondzwerven over pleinen en straten wisten we het even niet meer. We liepen naar de oude stadsmuur waar een stelletje intiem aan het zoenen was. We keken naar beneden en zagen onze Dodge staan. Hij zag er een beetje ingezakt uit. Ik vroeg aan Joost of hij de band wel op de spijker had geparkeerd. Door de hitte vanmiddag had hij er niet aan gedacht. We vervloekte de auto en gebruikte daarbij de nodige scheldwoorden. Daarna keken we elkaar schaapachtig aan. Ik wist niet of we moesten lachen of huilen om deze situatie. Ik koos voor het eerste. Joost sloeg een arm om mij heen en we liepen verder. Achter mij hoorde ik het kleffe stelletje over ons praten, die Nederlands bleken te zijn. Het interesseerde ons niks.

We liepen een smal steegje in waar ik aan het eind een stuk of acht tafeltjes zag staan tegen de muur. Het zag er gezellig en levendig uit. De geur van truffel vulde mijn neus. We informeerden of er nog plek was. Ja! Nog 1 tafel op de mooiste plek met uitzicht over de donkere vallei. De maan gaf de heuvels een metalen gloed. We bestelden een fles wijn uit de streek en een plank met allerlei lokale specialiteiten. Wauw. Ik heb nog nooit zo'n geweldige plank gezien. Alles wat erop lag was een smaaksensatie. Van lokale vleeswaren en kazen tot toastjes met truffel en huisgemaakte ragout. Als ik er nu aan denk begin ik spontaan te watertanden. Als hoofdgerecht had ik een stoofpot van heerlijk mals zwijnenvlees. Joost had ook zwijn maar dan op een traditionele manier bereid. Om half 12 's avonds waren we nog steeds aan het tafelen. Het was een zwoele avond, met verrukkelijke gerechten, zalige wijn en gezellig gezelschap. Rond middernacht slenterden we naar onze suite. Wat een verademing na de kleffe tentnachten, wat ook heel leuk was natuurlijk. Maar de luxe was ook fijn en dat waardeerde ik nu nog meer. Met een gelukzalig gevoel rolden we ons bed in.

Melanie Driessen

10 chapters

Toscaanse taferelen

June 28, 2021

|

Pienza

Het was een zonnige ochtend op Elba. We sjouwden onze volle tassen naar de auto. De laadbak was een chaos, alsof er een tornado had rond geraasd. Als een soort Tetris game schoven we onze spullen naar binnen. Het paste precies. De achterklep klikte gemakkelijk in het slot. Terwijl de lekke band aan de compressor zat, liepen we naar het toiletgebouw om onze tanden te poetsen en daarna uit te checken. We lieten de camping achter ons en reden richting de haven. Ondertussen boekte ik de tickets voor de overtocht. Naast de haven was een klein tankstation waar Joost de band kon bijvullen. Er zat een grote metalen spijker in de rechter achterband. In principe geen probleem, maar de kop van de spijker was eraf gesleten waardoor er ineens een gapend gat in zat, waar je de lucht uit hoorde stromen. Dat was geen goed teken. Op het eiland konden we nergens terecht, dus moesten we terug naar de vaste wal, zodat we vaker onderweg bij tankstations de band zouden kunnen bijvullen.

We reden de boot op en sloten aan in de rij. Ik drukte tevergeefs een stukje uitgekauwde kauwgom in het gat wat helaas niet bleef plakken. Joost probeerde nog een paar centimeter vooruit te rijden om precies op het gat terecht te komen, zodat er iets minder snel lucht uit zou ontsnappen. Na een uurtje meerde de boot aan en reden we weer op het vaste land. Het idee was om richting Toscane te gaan. We hadden verder nog niks geboekt. Ik maakte mij zorgen om de band. Straks kwamen we ergens vast te zitten. Hoe kunnen we onze roadtrip vervolgen?

Het landschap veranderde geleidelijk van drukke snelwegen en industrie, naar verlaten landweggetjes en glooiende bruine heuvels van dor gras. Zo nu en dan passeerden we een landhuis met een wijngaard. De tijd leek hier wel stil te staan. Onze magen begonnen walvisgeluiden te maken. We besloten ergens te pauzeren voor een lunch.

Joost parkeerde de auto in een steil straatje van een slaperig dorpje. De temperatuur liep snel op. Ik verlangde nu alweer naar een verkoelende duik in zee. Er stond geen zuchtje wind en ik zag rimpelingen in de lucht van de warmte. Het was heet, heel heet. We namen plaats bij een tafeltje in de schaduw van een grote oude boom en bestelden een karaf koud water en een Toscaanse witte wijn. Als we ergens een goed glas wijn konden drinken was dat wel hier. Als lunch hadden we een broodje met lokale vleeswaren. Daarna liepen we terug naar de auto. De airco probeerde de hitte te verdrijven. We vervolgden de route door het Toscaanse landschap.

Eind van de middag kwamen we in een historisch ommuurd dorpje aan, genaamd Pienza. Via Airbnb boekten we een ruime suite in een groot nostalgisch pand, midden in de oude hoofdstraat. We duwden onze zware koffers de steile weggetjes op. De wieltjes hobbelden over de vele kleine keien. We dumpten onze spullen in de kamer en trokken iets luchtigs aan. Daarna wandelden we door het historische centrum en bestelden we een koude versnapering. We waren moe van de lange autoreis en besloten terug te gaan naar onze kamer.

Nadat we ons hadden klaargemaakt voor de avond liepen we via een smalle zoldertrap naar het dakterras. De deurpost was gemaakt voor kleine mensen. Joost lette niet op en met een harde klap stootte hij keihard zijn hoofd tegen de rand. Duizelig strompelde hij het dakterras op. Gelukkig trok het na een tijdje weer weg. Het uitzicht was schitterend. Ik was sprakeloos. Zwarte zwaluwen vlogen over ons heen. De zon verdween achter de glooiende bruine heuvels en gaf het landschap een prachtige koperen gloed. De aardse tinten van het historische dorpje werden nog fraaier door de oranjekleurige hemel. Als twee tortelduifjes genoten we van de zonsondergang.

Het begon te schemeren en we hadden zin om ons culinair te laten onderdompelen in de Toscaanse keuken. We hadden gelezen over een geweldig restaurant bij een pleintje. Na lang zoeken vonden we het restaurant. Joost liep naar de ober om te informeren of er nog plek was. Onverschillig wees hij naar een bord waarop stond dat het vol was. Joost vroeg of het later op de avond mogelijk was, maar de ober had geen zin om ons te woord te staan en liet op een onvriendelijke manier weten dat we geen kans maakten.

Chagrijnig liepen we verder. Eerst baalden we dat we niet gereserveerd hadden maar we dachten achteraf, misschien moest het zo zijn, want het personeel liep ongeïnteresseerd rond en de gasten aan tafels keken ook niet heel vrolijk. Na een uur rondzwerven over pleinen en straten wisten we het even niet meer. We liepen naar de oude stadsmuur waar een stelletje intiem aan het zoenen was. We keken naar beneden en zagen onze Dodge staan. Hij zag er een beetje ingezakt uit. Ik vroeg aan Joost of hij de band wel op de spijker had geparkeerd. Door de hitte vanmiddag had hij er niet aan gedacht. We vervloekte de auto en gebruikte daarbij de nodige scheldwoorden. Daarna keken we elkaar schaapachtig aan. Ik wist niet of we moesten lachen of huilen om deze situatie. Ik koos voor het eerste. Joost sloeg een arm om mij heen en we liepen verder. Achter mij hoorde ik het kleffe stelletje over ons praten, die Nederlands bleken te zijn. Het interesseerde ons niks.

We liepen een smal steegje in waar ik aan het eind een stuk of acht tafeltjes zag staan tegen de muur. Het zag er gezellig en levendig uit. De geur van truffel vulde mijn neus. We informeerden of er nog plek was. Ja! Nog 1 tafel op de mooiste plek met uitzicht over de donkere vallei. De maan gaf de heuvels een metalen gloed. We bestelden een fles wijn uit de streek en een plank met allerlei lokale specialiteiten. Wauw. Ik heb nog nooit zo'n geweldige plank gezien. Alles wat erop lag was een smaaksensatie. Van lokale vleeswaren en kazen tot toastjes met truffel en huisgemaakte ragout. Als ik er nu aan denk begin ik spontaan te watertanden. Als hoofdgerecht had ik een stoofpot van heerlijk mals zwijnenvlees. Joost had ook zwijn maar dan op een traditionele manier bereid. Om half 12 's avonds waren we nog steeds aan het tafelen. Het was een zwoele avond, met verrukkelijke gerechten, zalige wijn en gezellig gezelschap. Rond middernacht slenterden we naar onze suite. Wat een verademing na de kleffe tentnachten, wat ook heel leuk was natuurlijk. Maar de luxe was ook fijn en dat waardeerde ik nu nog meer. Met een gelukzalig gevoel rolden we ons bed in.

Share your travel adventures like this!

Create your own travel blog in one step

Share with friends and family to follow your journey

Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2025 Travel Diaries. All rights reserved.