Fuji is foetsie

Het was gisteren weer een avond in het teken van de razendsnelle Shinkansen. Heel leuk, maar wel vermoeiend met al onze bepakking. We hebben dus lekker uitgeslapen vandaag. Rond 9.00 uur schuiven we gezamenlijk aan bij het ontbijt op de begane grond van het hotel, hier noemt men dit de eerste verdieping. Het is niet druk, zo lijkt het. Na het prima ontbijt doen we lekker rustig aan. Caroline en Christian voelen zich niet zo lekker namelijk, waarschijnlijk door de felle zon van afgelopen dagen. Na de nodige pilletjes gaan we op pad.

We nemen de JR Line naar Shimizu. Hier wandelen we naar het dorpje toe. Het plan om hier de boot te nemen naar de overkant. We bezoeken eerst nog het nabijgelegen Dream Plaza. Het lijkt een beetje op een voetbalstadion, aldus Lars. Het blijkt een winkelcentrum te zijn, compleet met Japanse Foodhal. Als klap op de vuurpijl krijgen we nog een traditionele Japanse dansvoorstelling voorgeschoteld als we even wat drinken. Na een heerlijke buffetlunch wandelen we verder naar de haven. De boot is helaas net vertrokken, maar de dame van het ticketkantoor wijst

ons de bus, die ook nog eens gratis blijkt te zijn met onze Japan Rail Pass. Gelukkig maar, want zoveel kleingeld hadden we niet meer!

De aardige buschauffeur zet ons af bij de juiste halte. Blijkbaar lopen we vanaf daar in de verkeerde richting. Een vriendelijke meneer wijst ons ongevraagd de goede weg. Even later wandelen we de boardwalk van Miho no Matsubara op. Marco en Christian doen snel een cache bij de taxistandplaats. Dan lopen we door naar het strand. Het strand staat hier bekend om het zwarte zand. Dit heeft te maken met de nabijgelegen vulkaan, Mount Fuji. Dit geeft toch een bijzonder beeld! De berg zelf zou ook te zien moeten zijn vanaf het strand, maar door de bewolking in de verte zien we helaas niet veel. De berg is foetsie!

We bewonderen de woeste zee en hoge golven, alvorens we teruglopen naar het hotel. Een stevige wandeling van ruim 18 kilometer. We wandelen langs de kustlijn terug naar Shizuoka met de zon de voor ons

langzaam achter de bergen verdwijnt. Als we bij het hotel aankomen is iedereen aardig moe. We gaan slapen, morgen weer een dag!