De wekker gaat om kwart over 7. Wij hebben allebei licht geslapen want in deze kamer is het erg heet. Wij hebben het raam zover mogelijk open staan en met een temperatuur buiten van 12°C zou het toch ook binnen moeten afkoelen? Snel douchen en aankleden: vandaag gaan wij Bergen verder verkennen. Het ontbijtbuffet is prima, ze hebben ook hier lactosevrije melk e.d. Om kwart voor 9 wandelen wij naar het Hanseatic Museum, dat aan de kade ligt.
Bergen was een Hanzestad vanaf 1365. De Hanze of Hanza was oorspronkelijk een samenwerkingsverband tussen kooplieden, in verschillende steden, die dezelfde producten verhandelden. Door samen te werken konden zij de kosten drukken, veiliger (samen!) reizen, op grotere schaal inkopen of verkopen en zich samen wapenen tegen grillen en willekeur van landsheren. Vanaf 1356 werd de Hanze een verbond van steden, dus niet alleen meer van de handelaren in die steden. Dat werd besloten op de eerste vergadering in Lübeck, een stad in het huidige Duitsland, in 1356. De Duitse Hanze werd een machtig netwerk van handelssteden: het netwerk van samenwerkende steden strekte zich uit over Duitsland, Nederland, België, de Baltische Staten, Noorwegen en Polen. Het Hanzenetwerk dreef ook handel met partners buiten dit gebied, bijvoorbeeld met Londen en zelfs met Spaanse steden. Voornamelijk handelde men in zout, granen, vis, hout, wijn, bier, dierenhuiden en laken. Het vervoer ging grotendeels over zee en over rivieren, met zogenaamde koggeschepen van 15 tot 30 meter lang. Ook Nederlandse steden als Zutphen, Deventer, Zwolle en Kampen waren Hanzesteden tot in de 16e eeuw.
Ann Stout
14 chapters
15 Apr 2020
September 09, 2017
|
Bergen
De wekker gaat om kwart over 7. Wij hebben allebei licht geslapen want in deze kamer is het erg heet. Wij hebben het raam zover mogelijk open staan en met een temperatuur buiten van 12°C zou het toch ook binnen moeten afkoelen? Snel douchen en aankleden: vandaag gaan wij Bergen verder verkennen. Het ontbijtbuffet is prima, ze hebben ook hier lactosevrije melk e.d. Om kwart voor 9 wandelen wij naar het Hanseatic Museum, dat aan de kade ligt.
Bergen was een Hanzestad vanaf 1365. De Hanze of Hanza was oorspronkelijk een samenwerkingsverband tussen kooplieden, in verschillende steden, die dezelfde producten verhandelden. Door samen te werken konden zij de kosten drukken, veiliger (samen!) reizen, op grotere schaal inkopen of verkopen en zich samen wapenen tegen grillen en willekeur van landsheren. Vanaf 1356 werd de Hanze een verbond van steden, dus niet alleen meer van de handelaren in die steden. Dat werd besloten op de eerste vergadering in Lübeck, een stad in het huidige Duitsland, in 1356. De Duitse Hanze werd een machtig netwerk van handelssteden: het netwerk van samenwerkende steden strekte zich uit over Duitsland, Nederland, België, de Baltische Staten, Noorwegen en Polen. Het Hanzenetwerk dreef ook handel met partners buiten dit gebied, bijvoorbeeld met Londen en zelfs met Spaanse steden. Voornamelijk handelde men in zout, granen, vis, hout, wijn, bier, dierenhuiden en laken. Het vervoer ging grotendeels over zee en over rivieren, met zogenaamde koggeschepen van 15 tot 30 meter lang. Ook Nederlandse steden als Zutphen, Deventer, Zwolle en Kampen waren Hanzesteden tot in de 16e eeuw.
Tyskebrygge (de Duitse kade) zoals de wijk in Bergen heette, viel onder Duits gezag, vanuit Lübeck. Het Hanzekantoor, samengesteld uit meer dan twintig gebouwen, werd al snel een complete woon- en werkwijk. In de bloeitijd maakten de Duitse kooplieden een kwart van de bevolking uit. Uit angst voor brand waren alle gebouwen onverwarmd. Desondanks werden in 1702 bijna alle gebouwen bij een grote brand verwoest. Bij een brand in 1955 werden opnieuw grote delen van Bryggen vernietigd. In beide gevallen werd er echter nieuwbouw gepleegd in de oude stijl, hoewel er ook kelders zijn die uit de 15e eeuw dateren. Na WO II werd Tyskebryggen alleen nog Bryggen genoemd! Het is een unieke plek in de wereld, want nergens zijn nog zoveel gebouwen uit het hanzetijdperk bewaard gebleven. Sinds 1979 staat het op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Het Hanseatic Museum is ondergebracht in een pand dat na de brand van 1702 in stijl herbouwd werd, de Finnegården. Het werd een museum in 1872. Als je binnenkomt zie je een opslagruimte voor stokvis en levertraan, twee belangrijke ruilhandelprodukten. Met name stokvis was zeer gewild: vis (meestal kabeljauw maar ook andere soorten) werd gevangen en aan de lucht gedroogd. Daarna werd de kop en staart verwijderd en de vissen in vaten geperst. Dit werd door heel Europa verhandeld. Het was gezond voedsel, makkelijk te transporteren en je kon het heel lang bewaren (tot wel 15 jaar!).
Boven in het pand was een zgn. sample room, waar potentiële klanten de waren konden keuren, en een ontvangstkamer voor de klanten. De rest van het huis bood onderdak aan de koopman, zijn gezellen en zijn leerlingen. Dit was uitsluitend een mannenmaatschappij. De (ongetrouwde) Duitse mannen die in dit strakke regime werkten, verbleven hier een aantal jaren om geld te verdienen en gingen dan terug naar Duitsland om een gezin te stichten. Vuur was in deze panden verboden, dus er was geen verlichting, geen verwarming (!!), en alleen koude maaltijden werden hier geserveerd. Aparte keukens
zorgden voor warme maaltijden in de zgn. Schøtstuene, het gemeenschapshuis/soos.
Een annex werd naast het oude gebouw neergezet in 1879, hierdoor kom je binnen. De kamers in het oude gebouw zijn helemaal in oude stijl ingericht. De koopman had de mooiste en ruimste kamer en het mooiste wasbassin, de gezel had al wat minder comfort en de leerlingen moesten twee aan twee in bedstedes kruipen die nauwelijks groot genoeg lijken voor 1 persoon. Nu waren het waarschijnlijk ook jonge jongens, maar toch. Zij sliepen wel met zijn achten op 1 kamer. De huizen werden van binnen versierd met schilderwerk, dat gewoon op de ruwe balken aangebracht werd: ranken, bomen, soms ook dieren. Veel is er niet van bewaard gebleven omdat het verbrandde of verbleekte met de tijd.
Na een uur staan wij weer buiten. Prachtig museum en zeer interessant. Dit is ook voor Nederland een stuk historie waar wij helaas niet veel over wisten. Ik koop een boek over de Hanzesteden. Wij winkelen een beetje want wij hebben wat tijd over. Ik koop weer een aantal borduurpakketjes. Om 11 uur stappen wij in de bus die vanaf het Tourist Information kantoor vertrekt, bij de vismarkt. Wij hebben nl. tickets voor een pianoconcert in het vroegere zomerhuis van Edvard Grieg, Troldhaugen, even buiten Bergen. De bus rijdt ons en zo'n 50 anderen in 20 minuten ernaar toe. De componist woonde een groot deel van zijn leven gedurende de zomermaanden in dit huis en hij componeerde hier ook veel. Hij werd op zijn 25e beroemd met
zijn 'Pianoconcert in A kleine terts', een 'instant hit' in heel Europa. Hij kon hiermede de mening van zijn schoonmoeder weerleggen, die ooit van hem beweerde dat hij 'niets was, niet zou worden en nooit iets zou componeren wat men mooi zou vinden'. Hij kreeg levenslang financiële ondersteuning van de Noorse regering, zelfs als hij niets componeerde! Daarvan bouwde hij dit huis, Troldhaugen. Onze gids, een jonge vent, vertelt tijdens de rit het een en ander over Grieg. Bij aankomst wordt de groep in tweeën gesplitst. Wij gaan met de andere gids mee, een jonge vrouw die uitstekend Engels spreekt met een super Brits accent. Zij blijkt van Noors-Nederlandse afkomst en een tijd in Londen gewoond te hebben! Zij leidt ons rond door de vroegere keuken (nu toonzaal), de eetkamer en de woonkamer van het huis, waar Grieg en zijn vrouw Nina woonden. Nina was zijn nicht en zij was sopraan. Grieg componeerde heel veel liederen voor haar. Ze kregen slechts 1 kind, een meisje, dat helaas vroeg overleed aan hersenvliesontsteking.
In de toonzaal zijn composities in Griegs hand te zien, zoals het voorblad van de Peer Gynt Suite, een van zijn beroemdste werken, dat hij componeerde voor een toneelstuk van Henrik Ibsen. Ibsen was de Shakespeare van Noorwegen, en toen hij Grieg verzocht om wat omlijstende muziek te componeren voor zijn nieuwe stuk, kon Grieg dat niet weigeren, hoewel hij er niet veel voor voelde. Hij vond het maar een raar stuk. Dankzij zijn muziek werd het stuk echter zeer goed ontvangen. Grieg
maakte later van de hoogtepunten twee korte suites. Grieg was nogal bijgelovig en speelde nooit ergens zonder dat hij een kleine keramieke kikker in zijn zak had. Eenmaal moest het concertpubliek een uur wachten omdat hij zijn kikker thuis vergeten was!
Grieg kon niet componeren als het rumoerig was in huis, dus bouwde hij een werkkamer in een apart huisje dat uitkijkt over het meer. Er staat een chaise longue, een bureau en een piano in. Vanuit de concertzaal die erachter gebouwd is, kijk je door grote vensters op dit gebouwtje neer, een mooi idee.
Na de rondleiding lunchen wij in het cafetaria van het museumpje ernaast met een heerlijke wrap met ham of kaas ( 7 euro per stuk).
Daarna gaan wij naar de concerthal waar wij stukken van Grieg krijgen voorgeschoteld door Einar Steen-Nøkleberg, een vooraanstaand Grieg specialist die alle werken van Grieg op de plaat heeft gezet voor Naxos. Het is een beminnelijke oude man, die na ieder nummer opstaat en in voorzichtig Engels iets vertelt over het volgende nummer. Hij speelt o.a. Morgenstimmung uit de Peer Gynt Suite in een pianobewerking, de Bruiloftsmars in Troldhaugen (gecomponeerd ter ere van Grieg's 25-jarig huwelijk) en de Cadenza uit het Pianoconcert in A kleine terts, opus 16. De zaal zit praktisch vol (200 man) en er wordt zo uitbundig geapplaudisseerd, dat hij nog terugkeert voor een encore. Het hele jaar door zijn er van deze concerten, steeds door andere pianisten. Gemiddeld duren ze 30 minuten, maar Einar maakt er 45 minuten van! Daarom moeten wij
ons terughaasten naar de bus die om 2 uur richting centrum vertrekt.
Wij besluiten nu de Schøtstuene te bezichtigen, de 'soos' uit Hanseatische tijden. Daarvan is er eentje gerestaureerd/ gereconstrueerd en die zat ook nog in het ticket van het Hanseatic Museum. Daarnaast is het vandaag Kulturdag, wij kregen reductie op het kaartje, veel musea zijn vandaag zelfs gratis. De gemeenschapshal is erg mooi, de Hanze-hotemetoten hebben zelfs hun eigen gepersonaliseerde banken in de eetzaal ;) De keuken is apart en groot, er hangen allemaal kookpotten boven een vuurplaats.
We pakken de shuttlebus naar het laatste onderdeel van het combiticket: het Norwegian Fisheries Museum. Dat ligt verderop aan de haven, zo'n 10 minuten rijden. Een kleine bus pikt ons op en zet ons keurig voor de deur af. Dit museum behelst alle aspecten van de Noorse visserij: historie, ecologie, biologie, toekomst voor de visserij (niet echt positief). Het is leuk opgezet, met veel hands-on dingen en vanwege het museumweekend lopen er veel kinderen rond. Buiten is een haventje waar ook van alles te doen is: je kunt in een kajak varen of een tochtje maken in een vikingschip of een plastic Thomas the Tugboat. Er is ook een bootje dat je naar Brygge kan terugbrengen, maar dat gaat pas over een uur en dat vinden wij te laat. Dus pakken wij de shuttlebus weer terug en om 4 uur worden wij afgezet bij het Hanseatic Museum in het centrum. Bij een 7/11 halen wij zoete kaneelbroodjes voor morgen en een kop thee voor nu. De zon breekt weer eventjes door en op een bankje drinken wij de thee op, waarbij
wij onze voeten en hersenen rust gunnen. Dan gaat het terug naar het hotel waar wij de beentjes omhoog gooien. Ik schrijf mijn logboek bij en Arnold leest de krant op zijn telefoon. Wij moeten ons op gaan tutten want vanavond eten wij op hoog niveau!
Om 10 voor 6 hollen wij onder paraplu's in de stromende regen het hotel uit. In Bergen regent het 243 dagen per jaar, maar tot dusver hebben wij het steeds mis kunnen houden. Nu even niet: met doorweekte schoenen en broeken komen wij bij het station van de Fløibanen aan, zo'n 10 minuten lopen. Dit is een trammetje dat steil de rots achter het centrum van Bergen oploopt. Een retourtje kost NOK 90 ( een tientje!) maar dan heb je ook een schitterend uitzicht. Door de regen is het nogal nevelig: de regenwolken hangen laag op de berg. Als wij boven aankomen is het bijna droog maar nog niet helemaal helder. Heel Bergen ligt hier aan je voeten en op een uitzichtsterras heb je 180° uitzicht. Prachtig! De zon piept erdoor en weerkaatst in het fjord beneden. We zien cruiseschepen liggen en de postboot van de Hurtigruten. Dan begint het weer te druppelen en hollen wij het restaurant binnen: het Fløienfolkerestaurant. Deze tent heb ik via internet geboekt al weken geleden. Het kan hier namelijk aardig druk zijn, maar dat is vanavond blijkbaar niet het geval. Er zijn maar een paar tafeltjes bezet. Wij krijgen een raamplaats en kunnen zo van het vista over Bergen genieten. Steeds weer is het anders, zo nu en dan komt er een
bui over en zit je praktisch in de wolken. De menukaart is niet echt uitgebreid en het eten is (zoals te verwachten) zeer prijzig, maar de kwaliteit blijkt uitmuntend. Vooraf nemen wij ingelegde zalmforel met dillemayonaise, daarna een gegrilde entrecôte met frites en asperges en kerstomaatjes. Verrukkelijk! Wij drinken er een glas rode wijn bij (à 10 euro per stuk) en hebben nog zin in een toetje. Arnold neemt de rabarbersoep met vanille ijs en ik kies voor het pruimenijs met geconserveerde pruimen erbij. Dat is ook zalig. Het is nog maar 8 uur en wij bestellen een kopje thee. Wij willen wachten tot de zon ondergaat voor wij weer teruggaan. Op het dak van het stationnetje naast het restaurant rijden 2 minitreintjes die precies aangeven waar de echte wagons zich ophouden: halverwege de berg of in de stations!
Om half 9 maken wij buiten foto's en stappen dan weer in het treintje. Was er eerst echter nog om de tien minuten een treintje, nu is dat vertraagd naar eens per half uur! We moeten dus lang wachten, terwijl de wagon steeds voller wordt. Ik kan niets meer zien als wij naar beneden gaan omdat er allemaal mensen om mij heen staan. Balen! Als wij uitstappen is het ieder geval weer droog en om half 10 zijn wij bij het hotel. De nacht verloopt rommelig. Er zijn veel jongeren 'on the loose', die ontzettend veel lawaai maken terwijl ze door de straten walsen. Om 4 uur word ik wakker van een stel jongelui die tijden blijven staan kletsen en keihard lachen, het galmt langs de wanden. Ik doe oordopjes in maar slaap tot half 6 nauwelijks. Zelfs met de oordopjes en een arm over mijn hoofd hoor ik ze nog. Het raam helemaal dicht doen is ook geen optie, want het is nog steeds erg warm in de kamer en dan hebben wij daar weer last van. Wij kunnen nergens een verwarmingsregelaar vinden.
Om 7 uur gaat de wekker maar ik ben dan al wakker. Arnold heeft redelijk geslapen en niets van het lawaai gemerkt!!
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!