Varen op het Inle Lake

Inle Lake is na het Moebyel Lake het grootste meer van Myanmar. Het heeft een oppervlakte van 116m2 en het heeft een maximale diepte van 3,7 meter. Verder is het meer omgeven door groene heuvels en bergen. Inle Lake is een bijzonder meer in veel opzichten. Er zijn namelijk complete dorpen op palen in het meer gebouwd. De mensen die in deze dorpen wonen leven van visserij en ook van de opbrengst van drijvende moestuinen. Voor vrijwel iedere activiteit gebruiken locals dus kleine boten.
We stappen om 7:30 uur in onze boot met een dikke trui aan. We zitten namelijk 900 meter boven zeeniveau wat betekend dat het nu ongeveer 10 graden is, brr! Als de boot begint te varen vriezen mijn tenen er bijna af. Gelukkig liggen er dekens in de boot die we om onze benen en voeten kunnen slaan. We varen nog geen 10 minuten of we komen de eerste visser tegen. Deze mannen waren met één arm en één been tegelijk. Met hun andere arm vissen ze en het andere been zorgt voor evenwicht op de boot. Heel leuk en bijzonder om te zien! Na een half uur varen komen we aan bij een lokale markt. Ze verkopen hier van alles, van groenten en fruit tot medicijnen en tweedehands kleding. We vinden het heel leuk om te zien hoe de locals hier hun dagelijkse boodschappen doen in de vroege morgen. Na een kwartier te hebben rondgelopen stappen we weer in onze boot en varen naar de drijvende tuinen. Omdat ze hier op het water leven hebben ze een slimme oplossing bedacht. Drijvend op de resten van waterhyacinten en riet, waarop modder wordt aangebracht, kweken ze groenten. We varen hier tussendoor en komen uiteindelijk uit bij een zijde, katoen en lotus weverij. Het land staat namelijk bekend om de hoogwaardige kwaliteit handgeweven zijde. We stappen uit de boot en worden vriendelijk ontvangen door een jonge vrouw die ons een rondleiding geeft door het gebouw. Uniek voor Myanmar is het weven met zogenaamde lotus zijde. De omgeving van Inle Lake is de enige plek op de wereld waar lotus zijde wordt gemaakt. Wevers halen de ragfijne draden uit de stengel van de lotusbloem en verwerken die tot een dunne draad. Voor een halve meter draad zijn vijf lotus stengels nodig. Een heel arbeidsintensief proces dat een zeer exclusief materiaal oplevert. We vinden dit dan ook heel interessant om te zien! Na de weverij varen we naar een sigarettenmakerij. We lopen naar binnen en mogen plaatsnemen op een krukje die vlak voor de vrouwen staat die sigaretten aan het rollen zijn. Erg grappig om te zien. Ze maken twee verschillende soorten, normale en zoete sigaretten. Dan geven ze er ons twee, één normale en één met anijs smaak. Uiteraard wil ik die laatste wel proberen en deze smaakt echt naar anijs, haha! Voordat ik verslaafd raak aan roken stappen we snel weer de boot in en varen we naar de Phaung Daw Oo Pagode. We zien hier vooral heel veel souvenierkraampjes en in de tempel zijn mannen bladgoud op de buddha aan het plakken. Verder vinden we deze tempel niet zo bijzonder, dus is het tijd op te lunchen. We stoppen op het meer bij een restaurant. Steven besteld het lokale gerecht shan noodles en ik kies voor een heerlijke avocado salade. Tijdens het eten genieten we van het mooie uitzicht op het meer en na ongeveer driekwartier is het weer tijd om verder te gaan en varen we naar een zilversmid. We krijgen een rondleiding door de smederij alleen verstaan we de mevrouw die er over verteld heel slecht. En als we de prijskaartjes in de souvenirwinkel zien stappen we snel weer terug de boot in om Indein village te bekijken. Hier is een indrukwekkende verzameling aan stupa's te zien. Op de terugweg stoppen we bij de Padaung vrouwen, ook wel langnekken genoemd. Ik vind het heel onnatuurlijk om een mens te zien met een nek van ongeveer 20 cm lang. Maar als je er dan toch bent, dan kan ik net zo goed met deze vrouwen op de foto gaan. Onze laatste stop is bij Nga Hpe Kyaung, ofwel het klooster van de springende katten. Het houten klooster dateert uit 1847. Vroeger gaf een monnik hier een kattenshow. Deze monnik is inmiddels overleden dus er worden geen shows meer gegeven. Wel lopen er nog steeds katten rond en zien we verschillende boeddhabeelden in het klooster. Op weg terug naar ons hotel komen we nog wat vissers tegen wat een heel leuk gezicht blijft. Ondanks dat we vandaag heel veel hebben bezocht, hebben we een hele leuke en relaxte dag gehad!