Diario

Bolivia, wat een land. Er is zo veel te zien, ruiken, horen, voelen. Zo ben ik nu bijna anderhalve maand aan het werk voor mijn stage en heeft dit al enorm veel in mij teweeg gebracht. Hoe de toerist Bolivia als prachtig ervaart, heb ik ondertussen voornamelijk de problemen onder de bevolking gezien. Gelukkig mocht ik even genieten en heb ik de stad verruild voor het prachtige National Parc ToroToro voor een paar dagen.

29.09.2018 Cochabamba – ToroToro
Om 7uur stonden Silvie en ik klaar voor het hostel van haar ouders, die enkele dagen terug in Cochabamba kwamen aanvliegen (is dit goed Brabants, ja?).

Marieke T

5 chapters

16 Apr 2020

Adembenemende uitzichten en luchthappen

September 29, 2018

|

ToroToro

Bolivia, wat een land. Er is zo veel te zien, ruiken, horen, voelen. Zo ben ik nu bijna anderhalve maand aan het werk voor mijn stage en heeft dit al enorm veel in mij teweeg gebracht. Hoe de toerist Bolivia als prachtig ervaart, heb ik ondertussen voornamelijk de problemen onder de bevolking gezien. Gelukkig mocht ik even genieten en heb ik de stad verruild voor het prachtige National Parc ToroToro voor een paar dagen.

29.09.2018 Cochabamba – ToroToro
Om 7uur stonden Silvie en ik klaar voor het hostel van haar ouders, die enkele dagen terug in Cochabamba kwamen aanvliegen (is dit goed Brabants, ja?).

Een grote jeep kwam ons tegemoet rijden en stopte voor onze neus. Wauw, vet! We gaan hiermee reizen? YES. De ouders van Silvie hadden alles geboekt en ik liet alles over me heen komen, heerlijk om niet na te hoeven denken en me mee te kunnen laten voeren door onze gids, Mario met zijn zoon Gabriel. We reden naar een dropje buiten Cochabamba waar we wat rond liepen. Ik voelde me al gelijk meer op mijn gemak hier in dit dorp, hoe enorm achter het ook loopt, heerlijk om over de kasseien te lopen af en toe wat mensen te zien roeren in een pruttelende pan vol vlees, de vroege ochtendzon in mijn gezicht en rust. Rust straalde dit dorp uit, geen vele toeterende, ronkende auto’s en rokende uitlaatgassen om me heen. We liepen nog een kerkje in voor we weer vertrokken. Geinig, hoe de versieringen in de kerken hier zo totaal anders zijn dan wij in Europa gewend zijn. Hier staan binnen hele ‘poppen’ in vitrines aan weerszijden van de kerk die Bijbelse figuren voorstellen. Grote beelden van jezus aan het kruis, met uitpuilende ogen en bloed lopend uit zijn borst. De manier van het afbeelden van Bijbelse figuren heeft iets weg van een boeddhistisch tempel-park die ik bezocht heb in Sri Lanka. Soms heeft het bijna iets komisch, iets (niet disrespectvol bedoeld) Efteling-achtigs.
Boven mijn hoofd zijn mooie schilderingen te zien en in de hoek zien we een mega oud orgel staan, kijk hier houd ik van! Hier zit voor mij veel meer gevoel in, de authenticiteit en oudheid. Voor we gaan, hoor ik van mijn gids nog even “there are people in the walls”. WAT? Hij verwees hier naar het feit dat in de muren graven verwerkt zijn, en ja er zijn dus mensen in de muren.. Ik werd hier wel even melig van.

We reden verder en eenmaal dicht bij ToroToro te zijn aangekomen reden we door de rivierbedding, die nu droog stond, door een prachtige kloof. Het had iets weg van wat ik gezien heb in Noord-Amerika. De canyons maar dan met de kleuren van bryce en monument valley. Een mix van alles, wat ook klopt aangezien hier alle verschillende gesteentelagen blootliggen door verschuivingen.
Wat een luxe zo’n privé jeep, we konden stoppen waar me maar wilden voor een kiekje en een blik op het uitzicht.

In ToroToro hebben we genoten van een heerlijke lunch, waaronder quinoasoep, iets wat ik thuis sowieso wil namaken. Na de lunch werden we gereden naar een plek waar we in de sporen van de dinosauriërs zouden gaan lopen. Ook ontmoetten we hier onze lokale gids, Emilio, een vriendelijke man waarbij we na enkele minuten al door hadden dat ie van de grappen was. We liepen, voor mijn gevoel nogal random, van de weg af een vallei in. Op een geven

moment kwamen we bij een open plek, waar hij ons wees op een aantal sporen. Ja, inderdaad het waren echt hele sporen niet een paar losse afdrukjes waarvan het ook gewoon een gat had kunnen zijn. Hij vertelde dat ToroToro geen verblijfplaats was, maar echt een doortrekplek voor de dinosauriërs. Hierdoor zijn de sporen ook goed te zien van links naar rechts en andersom.

Na deze wandeling, wat lichamelijk nog niet veel voorstelde, reden we terug naar ons hotel. WAUW! Wat een plek.. helemaal alleen met om ons heen alleen wat bergen. Het hotel is eigenlijk een bungalowhuisje, voor onszelf met daarnaast een hoofdgebouwtje. We rusten wat, fristen ons op en aten ’s avonds wat in het plaatsje ToroToro.

Funfact: ToroToro betekend in Quechua letterlijk “moddermodder”. In Quechua bestaat er geen meervoud, dus wanneer er wordt gesproken over meerderen wordt een wordt twee maal uitgesproken. Supergeinig, nu is modder natuurlijk altijd meervoud dus: ToroToro. Of Toro losstaand iets betekend weet ik eigenlijk niet. Dus, wanneer je bijvoorbeeld koeien wilt zeggen zeg je vacavaca.

Dag 2 ToroToro
Vandaag hadden we een eerste hike. Na even rijden kwamen we aan bij ‘Ciudad de Itas’, ofwel ‘de stenen stad’. Wat ontzettend mooi was dit, het uitzicht, de kleuren, de rotsen en de kleine grotten waar we door liepen. Het had, opnieuw, iets weg van de grand canyon gemixt met bryce canyon, en arches. Het is hier onbeschrijfelijk mooi. De bergen zijn rotsachtig met vele verschillende kleuren in de verschillende lagen gesteente.

De hike was pittig, vooral door de ijle lucht. Zo waren er verschillende momenten waarop ik aan het happen naar lucht was en was ik rond het hoogste punt van over de 4000m aan het hyperventileren. Hierbij heeft de inspanning enorm bijgedragen aan mijn zuurstoftekort, maar ook ging ik mijn controle voorbij. Door het verliezen van mijn controle over mijn ademhaling raakte ik even in paniek, maar gelukkig kon ik me herpakken door trucjes van vroeger, met mijn shirt en hand voor mijn mond kreeg ik de balans terug in het uit en inademen. Bizar, wat deze ijle lucht met je doet.
Ook merk ik dat het klimmen mij op zich best goed af gaat, maar ik mij bewuster ben van diepe kloven/gaten naar beneden. Hier voel ik dan plotseling dat mijn benen week worden en ik gauw even moet zitten of vlug door moet lopen. Zonde eigenlijk, hoe je als kind zo zorgeloos een berg op rennen kan en diepe kloven als uitdagend ziet en nu als overdenkende volwassene je je bewust bent van al het gevaar.

Vandaag heb ik meerdere keren gieren zien vliegen. Hoewel dit op de grond niet allerprachtige vogels zijn, zien ze er in de lucht machtig en sierlijk uit. Al meerdere keren ben ik verrast door het zien van prachtige vogels. Zo zie ik vaak groen met donker gekleurde vogels vliegen die een parkietachtige uitstraling hebben, maar dan groter. Ook zag ik vandaag sierlijke vogels vliegen die veel weg hadden van gierzwaluwen aan de manier van vliegen, maar anders getekend waren. Hier moest ik natuurlijk aan mijn vader denken, met wie ik altijd een wedstrijd houd wie als eerst een gierzwaluw spot in het jaar.

Grot
Na de hike gebruik gemaakt te hebben van de inca baño (lees: achter een bosje) reden we naar ToroToro terug om te luchen. Na de lunch gingen we een groter avontuur aan, namelijk de grot.

Na een kilometertje klimmen en dalen over een uitgestreken pad was daar de grote opening van een grot. Met knikkende knietjes stond ik oog in oog met mijn angst. Op het gebied van exposure was dit een grote uitdaging voor mij, 350meter de diepte in. Geen licht, met uitzondering van het lampje op mijn helm zag ik op een geven moment geen hand voor ogen meer. We liepen dieper en dieper de grot in en wanneer ik achterom keek zag ik de in/uitgang niet meer. Mijn hartslag ging verder omhoog en met klamme handjes liep ik verder. Tot daar, een verdere vernauwing was waar je niet meer kon staan en je jezelf moest maneuvreren tussen een ruimte van maso menos een halve meter. Met tranen in mijn ogen van de spanning en weke beentjes wilde ik het proberen. Daar ging ik dan, achter de gids aan. "Niet denken", zei ik nog tegen mijzelf, maar ik voelde me met de centimeter vooruit benauwder worden. Ik móest eruit, mijn lichaam blokkeerde en ging met geen mogelijkheid verder deze smalle doorgang in door m’n claustrofobie die toesloeg.

Gelukkig had ik vooraf afgesproken dat ik ieder moment mocht aangeven waarop het niet ging en zo verliet ik samen met de gids deze nauwe ruimte en klommen we terug richting de ingang van de grot. Hier halverwege stond Mario, onze tourgids, mij al op te wachten. Een enorme opluchting om de lucht weer te zien boven mijn hoofd en met een diepe zucht plofde ik neer op een steen naast de rest van de gidsen die alle daredevil toeristen stonden op te wachten. Ik voelde me gefaald te hebben, maar al gauw was ik toch trots op mijzelf. Ik heb een grens gepasseerd en ben een heel stuk de grot in gegaan, wat ik eerder met geen mogelijkheid gedaan had. Wachtend op Silvie en haar ouders, die wél de grot verder ingingen sprak ik met Mario. Hij vertelde over zijn werk als brandweerman naast het gidszijn en over het werk dat hij in Irak gedaan heeft. Vele verhalen en fijn hoe hij me weer op mijn gemak liet voelen na deze enge grot-tocht. Ik genoot weer van alles wat ik zag om me heen. Zelfs hier liepen er twee jonge meisjes met hun kudde geiten en schapen langs, over de rotsen, je snapt het niet.

Het uitzicht vanaf ons hotel is ook ontzettend mooi. Het begint met een uitgestrekte heuvelachtige vlakte met overal waar je kijkt bergen hier omheen. Links zie ik in de verte hoge rotsachtige bergen in de vorm van een gekreukeld laken. Rechts zie ik bergen in de vorm van driehoekige piramides naast elkaar als een patroon, allen duidelijk gestreept door de verschillende lagen gesteente. Daarachter herhaald het gekreukeld laken zich. Wanneer de zon onder gaat, veranderen de bergtoppen in roze suikerspinnen. En dan plots, is het donker. Een weidse sterrenhemel ontvouwd zich boven mijn hoofd. Gisteravond heb ik al een wens mogen doen na het zien van een vallende ster. Vandaag geniet ik opnieuw van de twinkelende lichtpuntjes in de lucht, samen prachtige sterrenbeelden vormend en aan mijn linkerkant de Melkweg.

Dag 3 ToroToro – Cochabamba
Met al aardig wat spierpijn in de benen van de hike van gisteren maak ik me klaar voor vertrek. Na een laatste blik op ons mooie uitzicht vanaf het hotelletje onder het genot van ontbijt met een kop cocathee pakken we onze spullen en rijden we richting het volgende avontuur. Voor we startten aan dé hike, kwamen we langs nog wat dinosaurussporen. Deze keer was het in een afgerasterd rechthoekig gebied waarbij je een hek door moest met codeslotje. Ik werd bij het zien van deze dinosporen wel een beetje melig, de eerste keer was het speciaal maar nu werd het een beetje lollig en had ik het gauw gezien.

Nog een stukje verder rijdend kwamen we aan bij de start van onze laatste hike. We liepen door een rivierbedding, klommen over wat stenen en kwamen aan bij een uitzichtpunt over de Grand Canyon van Bolivia. Adembenemend mooi dit, wat niet handig is aangezien er nog zo’n 800 traptreden naar beneden volgden en ik mijn adem hard nodig zou hebben hier, hahaha.

Na het mooie uitzicht ingeademd te hebben gingen we onze uitdaging aan, acht-hon-derd trappen. Na eenmaal wat traptreden afgelegd te hebben begon ik in een cadans te raken en was ik als eerst opeens al beneden. Dit had ik niet verwacht, ik voelde me euforisch en dacht zo dat was een eitje! Helaas, we waren er nog niet. Hierna volgde nog een aantal 100meter klauteren over stenen en rotsen door de Canyon tot we bij de waterval aankwamen. Ik voelde mijn benen trillen wanneer ik kracht moest zetten, hmm.. toch iets te snel naar beneden gelopen dus. Aangekomen bij de waterval ploften we neer en waren de harde stenen voor mij geen harde stenen meer, maar voelde dit aan als een heerlijk bed. En even serieus, wauw!! Dit uitzicht, opnieuw adembenemend.. elke keer kom ik weer een hoek voorbij en wordt ik verrast door een prachtig aanblik.

Met mijn voeten even door het koele water gelopen onder de waterval, zwemmen vond ik even gedoe, aangezien we zo dadelijk de 800trappen weer op mochten. Silvie, Jane van tarzan als ze is, ging samen met onze Mowgli (Gabriel) de waterval in, op de rotsen klimmend.

Hierna gingen we weer terug, opnieuw klimmend en klauterend tot de trappen weer in zicht waren. Hier namen we een grote hap lucht en klommen omhoog. Al na 20 traptreden merkte ik niet meer te kunnen.. oké die tip om veel rust tussendoor te nemen is dus tóch niet overbodig. Wat een verschil deze klim ten opzichte van het dalen. De zon was ondertussen ook tussen de kloof tevoorschijn gekomen, wat de temperatuur deed stijgen. Het zweet gutste aan alle kanten uit mijn lichaam en mijn hoofd begon te bonken. Niet aan denken, go! Het was een hele beproeving, niet alleen ik, maar ook Silvie en haar vader hadden moeite met deze klim. Al gauw merkte ik dat ik, als ik mijn eigen tempo niet ging pakken ik het niet ging redden. Ik nam een grote slok water, gooide wat water in mijn nek, vulde mijn pet met water en draaide deze om op mijn hoofd. Oké, vamos! Ik pakte vond cadans terug en kreeg halverwege de walky-talky in mijn handen gedrukt van Gabriel. “Loop maar gewoon door, ik wacht hier op hun”. Oké, loop maar door? Ik voelde me gecoacht door deze woorden en liep inderdaad, gewoon door! Ik nam mijn luchthap-pauzes tussendoor, waardoor ik niet meer hoefde te hyperventileren. Bovenaan aangekomen werd me verteld dat bij ‘de boom’, Marianne zat te wachten. Ik zag de boom en dacht YES!! Helaas, ik moest nog zo’n 100 meter verder. Deze laatste meters waren het zwaarst, duizelig en met een bonkend hoofd kwam ik aan, maar ik had het gehaald!! Ik plofte neer en vulde me met liters water. Yes, wat ben ik trots op deze tocht. Ik had niet verwacht dat het me zou lukken zonder tranen, hyperventilaties of andere ongein. Toch sterker dan ik dacht dus weer!

We kwamen een andere groep tegen, waarvan we hoorden dat ze nog helemaal terug gingen lopen naar ToroToro. Wauw, wat een bikkels zeg! Ik was blij dat het er voor ons nu opzat, natuurlijk moesten we nog even een stukkie lopen naar de jeep, maar dat was dat. We reden terug naar ToroToro, wat écht nog wel een heel stuk lopen zou zijn geweest, en aten daar onze laatste lunch en reden vervolgens terug naar Cochabamba.

Hier nam ik ‘s avonds afscheid van Silvie haar ouders, die vanuit Peru weer naar Nederland zouden vliegen. Silvie gaf ik ook een dikke knuffel, maar die zie ik gelukkig weer volgende week.

Share your travel adventures like this!

Create your own travel blog in one step

Share with friends and family to follow your journey

Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.