Dag 19: Komodo Island

Hier, en hier alleen, komt de Komodovaraan voor. Het beest, door de lokale bevolking ora genoemd, wordt voornamelijk aangetroffen in het Komodo Nationaal Park. De grootste nog levende hagedis op aarde wordt bedreigd met uitsterven, daarom is het park aangelegd om bescherming te bieden voor de 3000 komodo’s die hier nog leven.

Het Komodo Nationaal Park bestaat uit Komodo, Rinca en Padar. De heuvelachtige, verlaten, droge eilanden bevinden zich tussen Sumbawa en Flores. De eilanden zijn gevormd uit opgestuwde vulkanische rotsen en oude koraalriffen. Het is hier bloedheet!

Wij worden hier rondgeleid door een ranger, wat niet voor niks is, want de Komodovaraan is behoorlijk gevaarlijk. De ranger heeft een grote stok bij zich, waarbij het einde lijkt op de tong van de komodovaraan. Zo kan hij bezoekers, indien nodig, beschermen.
Niet voor niks gaat 20 % van de toegangsprijs naar een verzekering

voor als je iets overkomt, dan weet je dat je snel een vergoeding krijgt...

Na een kleine kilometer lopen zien we een baby komodovaraan in een boom zitten. Hij is hier lekker aan het zonnebaden. Als de baby's uit komen uit het ei. Dan kijken ze of veilig is en vluchten ze de boom in. Tot hun 3 de levensjaar leven deze mooie dieren in de bomen van de jungle.
Ook komen we wat herten tegen, die naast de zwijn een gewilde prooi zijn voor de Komodovaraan. Ze vallen trouwens ook wel eens buffels en paarden aan.

Meestal valt de komodovaraan dieren aan, maar mensen zijn soms ook een goede prooi. Als het dier aanvalt, bijt hij, waardoor er een bacterie uit z'n slijmvliezen vrijkomt. Deze komt in de wond terecht en de bacterie vermenigvuldigt zich direct waarna het groepje zich een weg baant naar 't hart van het slachtoffer. Redelijk snel zakt deze dan in elkaar en het beest ziet kans zijn prooi met huid en haar te verslinden. De overlevingskans na een bijt van de Komodo is bij mensen 50 procent.

Einde van morgen vertrekken wij naar Pink Beach. Pink Beach is een strand met zand dat net roze lijkt. Het zand bestaat namelijk uit wit zand, vermengd met de overblijfselen van kleurrijk koraal. Wanneer de zon ondergaat is het strand op zijn mooist. Ook kun je in de zee bij Pink Beach zeer goed snorkelen en duiken. Dit heeft er mee te maken dit is een nationaal park is. Hier heeft de natuur vrij spel. Er leven maar liefst 1000 verschillende soorten vis in het water rond het eiland. Daarnaast kun je ook nog 260 soorten koraal bewonderen.

In de namiddag komen wij aan op Flores. Flores heeft zijn naam te danken aan de Portugezen die er aan het eind van de 15e eeuw neerstreken. Zij noemden het 'Cabo das Flores' of wel bloemenkaap. Wel, bloemen zijn er niet veel maar qua natuur is het 't mooiste eiland van de Nusa Tengara Timur.