En zo is er weer een maand voorbij gevlogen waarin ik geen blog heb geschreven. Maar ik kan jullie allemaal mededelen dat ik nog steeds in leven ben en alles hier goed gaat.
Afgelopen maand heb ik veel gedaan en gezien. Zo is mijn zus langs geweest in Indonesië en zijn hebben we een weekje samen gereisd door Bali en Lombok. Hierna is Leonie langs gekomen voor vijf dagen op Lombok. Leonie is een van de Windesheimstudenten die de ISD minor op Bali volgt. Samen zijn we naar de eilanden Kondo en Sumbawa gegaan. Kondo is erg klein en heeft geen bewoners, maar wel een erg mooi strand. Sumbawa is het eiland dat tussen Lombok en Flores in ligt en twee keer groter is dan Lombok. Met de veerboot is het ongeveer 1,5 uur varen om er te komen vanuit oost lombok. Op Sumbawa zijn we één dagje geweest en hebben we een mooie helderblauwe waterval bezocht waar voor de rest niemand was.
Afgelopen week was een week van ups en downs, letterlijk en figuurlijk. Dit omdat ik samen met vijf andere studenten van de ISD minor de vulkaan Rinjani op Lombok ben gaan beklimmen. Afgelopen zondag zijn we vanuit Mataram naar Senaru afgereisd met de auto om daar een nachtje te slapen. Hier maakte we ook kennis met de rest van de mensen die samen met ons de vulkaan zouden beklimmen. Zelf waren wij al met zijn zessen en bij onze groep sloot nog een belgisch stel aan en een Ierse en Duitse jongen. In totaal waren we met een groep van tien en we hadden vijf dragers die ons eten en tenten de berg op droegen en dan nog onze gids Uji. Op maandagochtend startte we met het rijden naar Sembalun om vervolgens vanaf hier een klimtocht te maken van ongeveer zeven/acht uur. Dit was best pittig aangezien je constant heuvel op en heuvel af gaat om uiteindelijk het laatste stuk tot het basecamp constant omhoog gaat. Aangekomen bij het basecamp was het vrij bewolkt waardoor we nauwelijks uitzicht hadden en werd het ook al snel donker. Na het avondeten is iedereen gelijk zijn slaapzak in gedoken aangezien we de volgende morgen om half drie op stonden. Om half vier, half uurtje later dan gepland, vetrokken we vanaf het basecamp richting de summit van de vulkaan. Een erg zware tocht met veel lavagruis waardoor het lastig is om je op sommige stukken vooruit te bewegen. Het is een soort de berg op lopen in sneeuw idee. Jammer genoeg redde de meeste van de groep het niet om boven te komen voor de zonsopgang. Uiteindelijk ben ik zelf niet op de top geweest omdat de gids aangaf dat er nog maar weinig tijd over was om naar de top te klimmen en vervolgens ook nog naar het meer te gaan. Ergens heel jammer dat ik die laatste meters niet omhoog heb gelopen, maar na aanleiding van de verhalen van de andere geloof ik dat het uitzich helemaal bovenaan niet nog mooier was dan het uitzicht dat ik heb gehad op de hoogte waar ik ben gestopt. Na terugkomst in het basecamp hebben we ons ontbijt gegeten, genoten van het mooie uitzicht en hebben we alles weer ingepakt om naar beneden te lopen naar het meer en de hotsprings. Rond drie uur waren we bij de hotsprings waar we ongeveer een half uur hebben genoten van het eindelijk soort van douchen na twee dagen zweten. Na een half uurtje genieten was het al weer tijd om verder te gaan lopen om voor het donker het volgende basecamp te bereiken. Jammer genoeg ging het stukje voor het donker niet op. Iets na zeven uur waren we boven op de berg waar de meeste tenten van andere reizigers stonden uitgestald. Echter konden we onze tenten niet vinden en hadden we geen bereik waardoor onze gids Uji de dragers van onze groep niet konden bereiken. Uiteindelijk moesten we aan de andere kant van de berg nog een heel eind naar beneden lopen en bereikten we rond negen uur ons basecamp. Na zo'n lange intensieve dag met weinig slaap voelde ik me erg uitgeput en misselijk. Na een banaan en een kop thee naar binnen gewerkt te hebben, aangezien de geur van de nasi goreng alleen al mijn misselijkheid niet goed deed, ben ik naar bed gegaan. De volgende ochtend vetrokken we rond acht uur voor het laatste stuk naar Senaru. Dit was voornamelijk berg afwaarts. Rond twee uur waren we Senaru en zat ons avontuur erop. Als je me op dat moment had gevraagd of ik het ooit nog een keer zou doen, zal ik je voor gek hebben verklaard. Dit aangezien ik helemaal gesloopt was en ongeloofelijk veel spierpijn had. Echter als ik er nu over nadenk zou ik het zeker nog een keer willen doen, maar dit keer dan wel de top bereiken.
l.j.kroon
14 chapters
15 Apr 2020
June 03, 2017
En zo is er weer een maand voorbij gevlogen waarin ik geen blog heb geschreven. Maar ik kan jullie allemaal mededelen dat ik nog steeds in leven ben en alles hier goed gaat.
Afgelopen maand heb ik veel gedaan en gezien. Zo is mijn zus langs geweest in Indonesië en zijn hebben we een weekje samen gereisd door Bali en Lombok. Hierna is Leonie langs gekomen voor vijf dagen op Lombok. Leonie is een van de Windesheimstudenten die de ISD minor op Bali volgt. Samen zijn we naar de eilanden Kondo en Sumbawa gegaan. Kondo is erg klein en heeft geen bewoners, maar wel een erg mooi strand. Sumbawa is het eiland dat tussen Lombok en Flores in ligt en twee keer groter is dan Lombok. Met de veerboot is het ongeveer 1,5 uur varen om er te komen vanuit oost lombok. Op Sumbawa zijn we één dagje geweest en hebben we een mooie helderblauwe waterval bezocht waar voor de rest niemand was.
Afgelopen week was een week van ups en downs, letterlijk en figuurlijk. Dit omdat ik samen met vijf andere studenten van de ISD minor de vulkaan Rinjani op Lombok ben gaan beklimmen. Afgelopen zondag zijn we vanuit Mataram naar Senaru afgereisd met de auto om daar een nachtje te slapen. Hier maakte we ook kennis met de rest van de mensen die samen met ons de vulkaan zouden beklimmen. Zelf waren wij al met zijn zessen en bij onze groep sloot nog een belgisch stel aan en een Ierse en Duitse jongen. In totaal waren we met een groep van tien en we hadden vijf dragers die ons eten en tenten de berg op droegen en dan nog onze gids Uji. Op maandagochtend startte we met het rijden naar Sembalun om vervolgens vanaf hier een klimtocht te maken van ongeveer zeven/acht uur. Dit was best pittig aangezien je constant heuvel op en heuvel af gaat om uiteindelijk het laatste stuk tot het basecamp constant omhoog gaat. Aangekomen bij het basecamp was het vrij bewolkt waardoor we nauwelijks uitzicht hadden en werd het ook al snel donker. Na het avondeten is iedereen gelijk zijn slaapzak in gedoken aangezien we de volgende morgen om half drie op stonden. Om half vier, half uurtje later dan gepland, vetrokken we vanaf het basecamp richting de summit van de vulkaan. Een erg zware tocht met veel lavagruis waardoor het lastig is om je op sommige stukken vooruit te bewegen. Het is een soort de berg op lopen in sneeuw idee. Jammer genoeg redde de meeste van de groep het niet om boven te komen voor de zonsopgang. Uiteindelijk ben ik zelf niet op de top geweest omdat de gids aangaf dat er nog maar weinig tijd over was om naar de top te klimmen en vervolgens ook nog naar het meer te gaan. Ergens heel jammer dat ik die laatste meters niet omhoog heb gelopen, maar na aanleiding van de verhalen van de andere geloof ik dat het uitzich helemaal bovenaan niet nog mooier was dan het uitzicht dat ik heb gehad op de hoogte waar ik ben gestopt. Na terugkomst in het basecamp hebben we ons ontbijt gegeten, genoten van het mooie uitzicht en hebben we alles weer ingepakt om naar beneden te lopen naar het meer en de hotsprings. Rond drie uur waren we bij de hotsprings waar we ongeveer een half uur hebben genoten van het eindelijk soort van douchen na twee dagen zweten. Na een half uurtje genieten was het al weer tijd om verder te gaan lopen om voor het donker het volgende basecamp te bereiken. Jammer genoeg ging het stukje voor het donker niet op. Iets na zeven uur waren we boven op de berg waar de meeste tenten van andere reizigers stonden uitgestald. Echter konden we onze tenten niet vinden en hadden we geen bereik waardoor onze gids Uji de dragers van onze groep niet konden bereiken. Uiteindelijk moesten we aan de andere kant van de berg nog een heel eind naar beneden lopen en bereikten we rond negen uur ons basecamp. Na zo'n lange intensieve dag met weinig slaap voelde ik me erg uitgeput en misselijk. Na een banaan en een kop thee naar binnen gewerkt te hebben, aangezien de geur van de nasi goreng alleen al mijn misselijkheid niet goed deed, ben ik naar bed gegaan. De volgende ochtend vetrokken we rond acht uur voor het laatste stuk naar Senaru. Dit was voornamelijk berg afwaarts. Rond twee uur waren we Senaru en zat ons avontuur erop. Als je me op dat moment had gevraagd of ik het ooit nog een keer zou doen, zal ik je voor gek hebben verklaard. Dit aangezien ik helemaal gesloopt was en ongeloofelijk veel spierpijn had. Echter als ik er nu over nadenk zou ik het zeker nog een keer willen doen, maar dit keer dan wel de top bereiken.
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!