Vrijdag besloten we toe te geven aan onze groeiende nieuwsgierigheid en een stapje de stad in te zetten. Voor we dit konden doen, hadden we een gesprek met de twee uitbaters van onze Guesthouse (Lucien en Marilva) omtrent de huisregels. Al meteen voelden we aan dat we in zeer goede handen waren.

Na een uitgebreide insmeer-sessie met zonnecrème en muggenzalf trokken we er met z'n twaalf op uit. Al snel leerden we de zon van Suriname wel héél persoonlijk kennen. Heel wat getetter, gelach, gepuf en gezweet later kwamen we aan bij Zus & Zo. Hier aten we allemaal iets fris en genoten we van zelfgemaakte Ice-Tea of een koud glas water.

Na het eten maakten we een lange wandeling door de Palmentuin en langs de Waterkant. Een heerlijke, maar verraderlijke bries deed het puffen en blazen van eerder even vergeten. Toen we terug aankwamen in het huisje konden we dan ook de eerste verbrande neuzen en schouders aanschouwen.

Om 5u hadden we een afspraak met Tante Nel en de andere stagementors. Het Surinaamse 'zeg-wat-je-denkt'-karakter overdonderde ons allen even, maar al snel hadden we door dat we enkele bezorgde, lieve moederfiguren voor ons hadden zitten.

We sloten onze dag af met bami en nasi, aftersun en een hele hoop muggenbeten!