Bij duiken in Nederland denk je vast aan een donkere omgeving, weinig zicht en kou. Toch telt Nederland meer dan 200 duikstekken, die makkelijk voor een avond- of weekendduik te bezoeken zijn - het perfecte microavontuur. Maar wat heeft de Nederlandse onderwaterwereld de duiker te bieden? Blogger Donna Stam zocht het uit.
Met mijn vinnen in mijn hand en fles op mijn rug loop ik over het Hondenstrand, een klein strand aan de Zevenhuizerplas bij Rotterdam. Dat klinkt niet als een wild aantrekkelijke duikspot, schiet er door mijn hoofd. Instructeur Marten en buddy Alle hebben hun blik op het water, maar ik let vooral op waar ik mijn voeten neerzet. Lijkt me niks om mijn duik te starten met hondenpoep aan mijn vinnen. Aan de rand van het meer bespreken we onze duik. Het gladde oppervlak wordt alleen verbroken door een paar dobberende eenden. Ik tuur over die donkere massa en bedenk me dat we nu nog rechtsomkeert kunnen maken.
Het microavontuur werd in 2011 geïntroduceerd door National Geographic avonturier Alastair Humphreys en trekt sindsdien steeds meer mensen. Een weekend wandelen over het strand of de Veluwe, overnachten in een off-grid cabin of een namiddag kanoën door de Biesbosch. Ook al lijken de Nederlandse wateren niet te kunnen tippen aan tropische, koraal- en visrijke omgevingen, deze donkere dieptes lenen zich bij uitstek voor een micro-duikavontuur in eigen land.
Foto: Logboek & duikbril / Donna Stam
Foto: Ruby khoesial / Unsplash
Ongeveer een half uur nadat ik mijn twijfels op het strand heb achtergelaten, zweef ik te midden van een schol van tientallen doorzichtige visjes. Het water voelt koud en glad op mijn huid. Mijn ademhaling is het enige geluid dat de stilte doorbreekt. We volgen een groen- en grijskleurende rotswand en worden door palingen in de gaten gehouden. Op een rots beweegt een slak zich kalm voort, een meterslang slijmspoor achterlatend. Hoe kan het dat het water dit spoor nog niet heeft weggevaagd? Vraag ik me af. Dan besef ik dat ik Marten en Alle uit het oog ben verloren. Ik vervolg de route langs de rotswand en zie hun vinnen een stuk verder weer opdoemen.
Op de duikschool spreek ik met Marja, de beheerder, en Marten over hun liefde voor duiken. ‘Sommige mensen gaan fietsen of zitten op een terras, voor mij is duiken de ultieme ontspanning’, vertelt Marten. ‘Gewoon even ’s avonds het water in met vrienden. Ik heb al zo’n zes- of zevenhonderd keer in de Zevenhuizerplas gedoken. Sommige mensen hebben het dan wel gezien, maar voor mij is het elke keer weer anders.’ Marten duikt ook regelmatig in de Vinkeveense plassen, waar voertuigen zoals sloepjes, jachten en fietsen zijn afgezonken en waar je door de open ramen van een bus kan zwemmen. En hij houdt zich bezig met het aanleggen en onderhouden van routes, die met touwen en beelden als herkenningspunten worden aangegeven.
Foto: Jeremy Bishop / Unsplash
Marja vertelt dat ze regelmatig in de Amsterdamse grachten duikt. ‘Eigenlijk maakt het niet uit of je met je ogen open of dicht zwemt, je ziet toch niks.’ Op mijn vraag waarom ze dat dan zo leuk vindt, vertelt ze met een grijns over het gevoel van overwinning als je een verloren gewaand voorwerp in de brei onderin de gracht vindt. Vooral sieraden of telefoons. Die zijn helemaal niet makkelijk te vinden, want een metaaldetector gaat ook af bij fietsen en blikjes. Met ogen dicht en handen voorzichtig zwaaiend naast haar hoofd, doet ze voor hoe ze dan op de bodem van de gracht ligt: gezicht tien centimeter van de bodem af en op de tast op zoek naar de verloren voorwerpen. ‘Van de week stond ik in drie minuten weer boven met de verloren telefoon in mijn hand. Vaak komt nautisch beheer (die het verkeer op het water regelt) wel even kijken, maar nu waren ze te laat.’
Onder water hebben we de rotswand achter ons gelaten en komen we bij een splitsing in de route. We volgen het touw dat ons naar links leidt, verder de diepte in dan de hoger gelegen heuvel aan onze rechterhand. Het zicht in het water is beperkt en terwijl we dieper gaan wordt het donkerder en kouder. In mijn donkerblauwe bubbel zie ik niets anders dan Marten, die naast me zwemt, en het touw dat we volgen. Ik begin sneller te ademen en voel dat mijn hart sneller klopt.
Bij het afgesproken herkenningspunt blijven we hangen. Terwijl we met handgebaren overleggen of we verder gaan of terugkeren, merk ik dat Marten steeds verder boven me uit torent. Het water drukt op me en duwt me verder de diepte in. Ik werp een blik naar beneden en sla fanatiek met mijn vinnen. Marten pakt me bij mijn arm en leidt me terug in de richting van de rotswand. Ik onderdruk de aandrang om me los te schudden en voor hem uit te zwemmen.
Foto: Marek Okon / Unsplash
Langzaam zie ik meer contouren en veranderen de kleuren van donkerblauw naar grijs en groen. Het water om ons heen wordt warmer en ik haal een diepe teug adem. Ik kijk om me heen. Mijn blik blijft hangen op een grote snoek die ons rustig gade slaat. We passeren een beeld van een kabouter, overgroeid met schelpen. Een kreeft zoekt rustig zijn weg over de bodem. Terwijl de blauwe en groene patronen aan het oppervlak dichterbij komen, ben ik in gedachten nog bij de snoek en diens wereld waarin we net een kijkje hebben genomen.
Bekijk onze verzamelpagina voor meer avontuurlijke blogs >
Voeg eenvoudig verhalen toe aan je dagboek in onze online editor of app
Voeg je afbeeldingen toe en kies je pagina-indelingen
Deel je reis in realtime zonder gedoe!