De fratsen van Frans

Moorea, 04.12.2016

Met pijn in ons hart nemen we na 3 dagen afscheid van onze houten hut. We gaan de noordkant van het eiland verder verkennen. Deze kant schijnt een stuk drukker en toeristischer te zijn, met meer hotels en restaurants. Met ons hele hebben-en-houwen staan we een uur lang aan de kant van de weg te wachten tot de bus ons komt oppikken. Als het gevaarte de bocht om komt, staan wij in de startblokken. Tassen op en zwaaien maar! De bus komt tot stilstand, wij stappen in en betalen de 600 franc (zo'n €5). "Shit! Hij gaat maar tot de Shopping Centre". Op Google Maps zien we dat dat 1/3 van de route is die we moeten afleggen. De rest van de weg kunnen we onmogelijk lopen. "Shopping Centre klinkt hoopvol, misschien zijn er taxi's"? Zodra we de armetierige parkeerplaats op rijden en de nog armetieriger "Shopping Centre" zien weten we dat we daar geen taxi gaan vinden. Als klap op de vuurpijl begint het keihard te plenzen. Met backpack op de rug en rugzak op de buik, sprinten we naar binnen. Dan maar iemand vragen om een taxi te bellen. "Dat gaat een duur grapje worden". De vriendelijke dame bij het restaurant wil deze twee verdwaalde toeristen wel een handje helpen. Wij moeten gaan zitten en zij gaat met haar baas bellen. "Waarom belt ze niet gewoon een taxi?". We snappen er niks van. Maar tot onze grote verbazing staan we een half uurtje later, €18 armer en een taxiritje rijker voor onze volgende accommodatie.

Geen airco, hoe gaan we dat overleven?! Een lakentje met Polynesisch bloemenpatroon, een grote klamboe aan het planfond en een briesje van de ventilator. "Muggen houden niet van wind", zegt de meneer van ons tweede verblijf. Jaja, denken we. Na een wat onrustige nacht, met tropische regenbuien en het ruisen van de zee, worden we met een prachtig uitzicht wakker. Dat dan wel. Weer verblijven we in een hut, maar deze keer een kleine typisch Tahitiaanse hut. Geweven van bamboe met een rieten dak. We zitten twee meter van de zee, onder een grote boom die voor de nodige schaduw zorgt.
De eigenaren vinden we minder leuk. We kunnen ze simpelweg niet uitstaan. Een eigenaardige Franse meneer "Frans" en z'n vrouw. Frans zou de broer van "Gans" (onze Belgische host in Mendoza) kunnen zijn. Van alles wil hij je aansmeren. Het liefst via het geven van allerlei opties. En hij rekent idiote prijzen voor alles wat hij probeert aan te smeren! Zeker het dubbele van in de supermarkt. Alsof ze een 5-sterren hotel zijn. Wieberen, daar houden we niet van! Ook houdt hij ons internetgebruik nauwlettend in de gaten. Iedere hut heeft z'n eigen kanaal. Wij hadden alleen even een filmpje geüpload, toen was Frans over z'n internetbundel heen gegaan. Gelijk de stekker van ons kanaal eruit gehaald. Pff! Alsof we back in the days 1999 leven. Weet je nog? "We waren telefonisch niet bereikbaar, je hebt zeker de hele dag lopen internetten!". Die middag besluiten we de fratsen van Frans achter ons te laten en op zoek te gaan naar een echt 5-sterren hotel. Het Hilton. 2 km lopen en een litertje zweet later, zien we de overwaterbungalows in het helder lichtblauwe water liggen. Tot onze grote vreugd blijken ze happy hour te hebben. 2 halen 1 betalen, dat hebben wij wel nodig. Met 4 cocktails en 2 garnituurtjes in onze mik, staan we een paar uur later weer buiten. Dat smaakt goed!
Zondag. Onze laatste dag op het eiland. We besluiten stiekem de fietsen van Frans te pakken, maar hij heeft ons in de smiezen. Met de nodige veiligheidsinstructies, een pompje voor als de band lek gaat, allerlei ventiel instructies en de perfecte bandenspanning rijden we de poort uit. Die Frans, niks laat hij aan het toeval over. De Polynesiërs zijn vrij vandaag. En dat merk je. Het is pas 11 uur, maar overal zien we families aan het water zitten, met gevulde BBQs en vrolijke muziek! Het lijkt net zo'n zonnige dag in Nederland, waarop iedereen vrolijk is en geniet van het buitenleven. Ondanks het tijdstip is het al "bloody hot"! Na nog geen 15 minuten gutst het zweet in stralen van ons hoofd. "We hebben water nodig!". Maar op zondag is alles dicht, zo blijkt. Na een heuvel die ons bijna vloert, zien we een supermarktje dat open is. Gelukkig! Ook vinden we een Polynesische snackbar. De bezoekers hebben gemiddeld een omtrek van een metertje of twee. Veel Polynesiërs zijn zwaarlijvig, maar volgens gids Teuai die ons heeft rondgeleid op Tahiti, is dit zeker niet het schoonheidsideaal (zoals wij dachten). Om niet uit de toon te vallen bestellen wij, net als hen, een overheerlijke cheese burger. Moet kunnen. We fietsen verder langs de groene captain Cook's Bay, waar de ontdekkingsreiziger als eerste voet aan land zette. Na wat extra inspanning en "vochtverlies" besluiten we terug te gaan. We zien een fruitdame staan. De ananassen van Moorea staan bekend als de meeste zoete op aarde. En wij houden er van. Met 4 ananassen in het mandje fietsen we terug naar Frans. Op de veranda van onze hut snijden we de ene ananas na de andere aan met het survivalmes dat we hebben meegenomen. Laat Frans de plak-sappen op z'n veranda niet zien! Die middag staan we te wachten op de transfer die ons naar de Ferry richting Tahiti brengt. Frans en z'n vrouw wachten met ons. We hebben het heet. Maar Frans verbetert ons: "Het is hier niet heet, het is gewoon vochtig". Zucht. Vermoeiend die Frans!
Moorea; een paradijs op aarde, waar zorgen niet voor te lijken komen, waar mango's en ananassen in overvloed groeien, waar verscholen strandjes met overhangende palmbomen zijn en de zee helderblauw kleurt. Frans-Polynesië hebben wij nog lang niet uitgespeeld. Er is hier nog zoveel meer te ontdekken. We gaan weg met het gevoel dat we hier héél graag langer hadden willen blijven. Maar het is tijd voor een nieuw avontuur. Australië, here we come!

Get started right away!

What are you waiting for? Capture your adventures in a digital diary that you can share with friends and family. You can switch between any of your devices anytime. Get started in our online web application.