Tam biet Vietnam, Sabaidee Laos!

Pakse, 23.12.2017

Wat zijn de afgelopen weken snel gegaan. Inmiddels zijn we alweer op reis, maar daaraan ging natuurlijk een tijd van afscheid nemen en ‘dingen voor het laatst doen’ aan vooraf. Ons laatste weekend in Vietnam hebben we gespendeerd in Mai Chau, samen met Celena, Anne, Tanne en Suus ging ik voor de tweede keer die kant op . Dit keer was het plan om naar het nationaal park dat er in de buurt ligt te gaan. Op vrijdagmiddag hadden we netjes op tijd de bus en kwamen we rond etenstijd aan in Mai Chau, bekende omgeving! Dat is best gek.. Zo ver van huis en dan reis je ergens heen waar je het opeens herkent. We hadden een leuk hostel dat een simpele maar prima kamer voor ons vijven klaar had gemaakt. Op zaterdag gingen we per scooter naar het nationaal park. Na een flinke modderweg te hebben doorcrosst (credits voor Tann, fijn dat je ons veilig hebt overgebracht!), bleken we al in het park te zijn. Daar hadden we natuurlijk weer eens geen idee van, want dingen aangeven met

borden blijft in Vietnam toch lastig. Dat de omgeving mooi was, hadden we daarentegen wel al opgemerkt. De uitzichten bestonden uit heuvels met heul veul bomen, echt een soort oerwoud. Door de mist die er hing gaf het een mysterieus gevoel. Af en toe kwamen we door een dorpje bestaande uit één straat waar dan zowaar ook nog mensen woonden. De uitzichten waren dan wel mooi, maar oh wat was het koud op die scooter. We hebben onszelf opgewarmd met noodles bij een gezin dat een ‘winkeltje’ had. We kochten bij hen de instant noodles en zij kookten water voor ons, haalden bakken om het in te doen en in hun woonkamer mochten we het opeten. De typerende gastvrijheid van het land en de fijne bewoners.
Zondag zijn er de nodige souvenirs geshopt en toen was ons laatste weekend in Vietnam zomaar voorbij. De week van afronden, doei zeggen en achterlaten ging beginnen. In die week hebben we ook ons uiteindelijke product aan de organisatie aangeboden: een soort handleiding met daarin het ‘framework’ waarop de community corner gebaseerd is, de nodige pedagogische informatie en voorbeeldactiviteiten. Bedoeld om de community corner door te kunnen laten gaan in de toekomst en de effectiviteit daarin te behouden. CSDS was heel blij met het werk dat we gedaan hebben en de manual die we ontwikkeld hebben. Dat geeft een fijn gevoel, want wanneer je werkt in een andere cultuur met je Nederlandse referentiekaders is het toch een beetje gissen naar of je precies het goede aan het doen bent. Dan was donderdag 14 december eindelijk echt onze laatste dag op de community corner. Enerzijds was het

een dag als alle anderen, anderzijds hebben we er ook wel voor gezorgd dat het een afscheidsdag werd, samen met Khiem onze projectleider. Hij had de nodige traktaties voor ons en liet de kinderen afscheidskaarten maken en zo hadden wij voor de kinderen lolly’s en voor Khiem een bos bloemen met wat lekkers. Een vreemd idee om dan voor het laatst de deur uit te lopen en voor het laatst de bus terug naar het vrijwilligershuis te nemen. In Nederland weet je dat je gemakkelijk nog een keer kunt komen buurten op je stageplaats, maar dat is in dit geval dus nét een beetje moeilijker. Het voelde goed om het af te sluiten en door te gaan.
Vrijdag hebben we onze backpacks ingepakt en onze sporen in het huis achtergelaten: een spreuk op de muur om te laten weten dat wij een deel van CSDS zijn. Onze vierentwintig-urige reis naar Laos kon beginnen! Wat een mooie tijd heb ik mogen ervaren in Vietnam, een prachtig land met zijn wonderschone natuur en lieve mensen. Ik ben dankbaar voor de lessen die ik heb mogen leren, de herinneringen

die ik heb gemaakt en de zeven fantastische meiden waarmee ik dit gedeeld heb. Het voelt goed om dat nu achter te laten en nog vier weken de mooie plekjes op deze aarde te kunnen ontdekken. Tijd voor iets nieuws!
Op 15 december om half 7 ’s avonds vertrok onze slaapbus dan eindelijk, een half uur te laat natuurlijk, richting het zonnige Laos. Slapen in de bus behoort helaas niet tot één van mijn kwaliteiten, maar gelukkig was daar het tijdsverschil dus heb ik de hele nacht kunnen kletsen met fijne mensen in Nederland via WhatsApp. Om 7 uur 's morgens mochten we de grens over: Vietnam uit en zorgen dat we legaal in Laos rondlopen met een nieuw visum. Dat ging allemaal best gesmeerd, al duurde het toch nog anderhalf uur. Ondertussen had ik toch al zo’n 2.5 uur geslapen, dus in de bus heb ik nog maar even geprobeerd de ogen te sluiten. De beloofde 24 uur werden er 27, maar ach wat kon ons het uiteindelijk nog schelen: we waren waar we zijn moesten! Ons hostel had een heerlijk bed, precies wat we nodig hadden!
Op zondag konden we dan eindelijk écht Laos gaan verkennen, te beginnen in Luang Prabang. Dit is een stad die op de werelderfgoedlijst is gezet, en daardoor is het er lekker rustig, Het is er niet volgebouwd en de sfeer is fijn. Daarbij kwam nog dat ze er heel lekker eten hadden: ons ontbijt bestaande uit muesli met vers fruit en yoghurt en een croissant hebben Suus en ik dan ook in stilte opgegeten, puur genieten. We hebben de stad verkend, vooral rondgewandeld, genoten van het lekkere weer (YES, we konden weer in korte broek lopen!) en onze plannen voor de komende weken wat verder gemaakt. We hebben ongeveer twee weken in Laos en twee weken in Cambodja, voordat we ons op 14 januari in Ho Chi Minh mogen melden om terug naar Nederland te vliegen. Zo reizen we in vier weken terug naar het zuiden.
Op maandag gingen we, zonder enige verwachtingen, per scooter naar de Kuang Si watervallen. Op het eerste gezicht deed het me een beetje aan Kroatië denken, heel helder blauw water, een aantal kleine watervallen achter elkaar met daar tussenin een soort ‘badjes’. En toen kreeg ik daar opeens een grotere waterval in het vizier, ik versnelde mijn pas want dat vond ik uiteraard interessant. Hoe dichterbij ik kwam, hoe groter de waterval werd. Het donderde echt van tientallen meters hoog naar beneden, prachtig om te zien! Een waar pareltje op deze aarde, midden in de bossen. Een half uur hebben we naar de waterval zitten koekeloeren, wederom: puur genieten.
’s Middags stond er een bus op ons te wachten die ons naar Vang Vieng zou brengen. De rit die zes uur zou duren, duurde opeens drie en een half uur, te danken aan de chauffeur. Hij was blijkbaar goede vrienden met het gaspedaal, dus de vaart zat er lekker in zullen we maar zeggen.
Vang Vieng staat bekend om het ‘tuben’ en dat was dan ook de hoofdreden dat we naar deze plek wilden. Als je gaat tuben, ga je op een grote zwemband (in dit geval een binnenband van een vrachtwagenwiel ofzo, want hé; we zijn nog steeds in Azië) de rivier af. We werden met een tuktuk zo’n vier kilometer stroomopwaarts de rivier op gebracht en afgezet om vanaf daar onszelf in een zwemband te laten zakken en de rivier af te dobberen. De lucht was strakblauw, een prachtige omgeving en een hoop rust: wat wil een mens nog meer? Niks. Precies, dat dachten wij nou ook.

Vientiane was onze volgende stop: de hoofdstad van Laos. Een stukje drukker, maar niks vergeleken met het Hanoi waaraan we gewend waren. Het Boeddhisme is veel aanwezig in Laos, op bijna elke hoek van de straat vind je stupa’s en het bijzondere is dat er eigenlijk overal ook monniken rondlopen. Buiten deze stupa’s heeft Vientiane ook een Victory Gate, gebaseerd op de Arc de Triomphe die in Parijs staat. Laos is bezet geweest door Frankrijk, dus dat is niet zo gek. Het lijkt er ook echt op. Na een mislukte poging om illegaal naar boven te klimmen, hebben we uiteindelijk maar een kaartje gekocht en via de normale trappen gelopen om boven op de gate te komen.
Op vrijdag gingen we naar het Buddha park, letterlijk een park even buiten de stad waar allerlei Buddha-beelden staan, in verschillende formaten en nog veel meer verschillende uiterlijken. Terug in de stad hebben we voordat we in onze nachtbus stapten 's middags in het park gepicknickt, gelegen en een boekje gelezen. Heerlijk.

We zijn dus inmiddels al even in Laos en we vervallen hier van de ene in de andere verbazing, te beginnen met het verkeer. Er zijn een hoop minder scooters dan in Vietnam, de auto’s rijden zowaar binnen de rijbanen en we kunnen de weg oversteken zonder ons leven te riskeren. Er wordt nauwelijks getoeterd en als we staan te wachten bij een zebrapad stopt er zelfs af en toe een auto om ons over te laten steken. Dan hebben we nog het eten, dat heeft opeens weer smaak hier. Kruiden worden weer gebruikt en dat vinden we bijzonder aangenaam.
Een ander bijzonder ding waarover ik me verbaast heb, is dat Laos het meest gebombardeerde land in de wereld is. Tijdens de Vietnam-oorlog hebben de Amerikanen een hoop bommen laten vallen op Laos (en Cambodja overigens ook), omdat ze dachten dat er zich mensen verscholen. De gevolgen zijn helaas nog steeds te merken, het zit namelijk zo dat de bommen die werden losgelaten zogeheten clusterbommen waren. Een bom met allerlei kleine explosieven die stuk voor stuk kunnen ontploffen. Echter een heel aantal van die kleine explosieven is niet ontploft, met het gevolg dat die er nog steeds liggen. Een deel van het land is ‘opgeruimd’, maar Laos heeft nog steeds te weinig geld en middelen om alle gebieden op te schonen. Gevolg daarvan is dat er mensen dus soms opgeblazen worden omdat ze op een explosief trappen terwijl ze bezig zijn met hun land te verbouwen bijvoorbeeld.

De nachtbus heeft ons naar Pakse gebracht, een heel stuk zuidelijker en daar brengen we ook kerst door. We hebben onszelf wat luxe veroorloofd voor de kerstdagen, dus we gaan een paar dagen maximaal chillen aan het zwembad, met een zonnetje en en graad of 30!

Begin vandaag nog!

Waar wacht je nog op? Leg je avonturen vast in een digitaal dagboek dat je kan delen met vrienden en familie. Wissel op elk moment tussen verschillende apparaten. Ga aan de slag in onze online applicatie.