Een van de wereldwonderen...

Onderweg naar Mérida bezochten we één van de best bewaarde Mayasteden van het land; Chichén Itzá. De stad werd in de 6de eeuw na Chr. gesticht en in de 11de eeuw veroverd door de Tolteken, een volk uit Centraal-Mexico. De invloed van de Tolteken was duidelijk zichtbaar in de architectuur. De belangrijkste piramide was El Castillo, een fenomeen in astrologie. Na het bezoek aan Chichén Itzá bezochten we een Genote, een grot waar je heerlijk kon afkoelen en zwemmen. Daarna reisden we verder naar Mérida, één van de oudste koloniale steden van Latijns-Amerika. De stad had schitterende monumenten, zoals de 16de eeuwse kathedraal en een aantal paleizen. Marimbamuzikanten, straatorkestjes en folkloristische dansvoorstellingen vulden de straten.

De Mayakalender, de godenwereld en de astronomie dicteerden de vormgeving van El Castillo. De vierkante vorm van de piramide refereerde aan de kosmische voorstellingen van de Maya's. Ze zagen de kosmos als een plat vierkant, gedragen door 4 reuzen. De 9 terrassen verwees naar de 9 verdiepingen van het dodenrijk. En elke kant werd door een trap in tweeën verdeeld: de 18 delen kwamen overeen met de 18 maanden van het Mayajaar. Elke trap had 91 treden; de 4 samen hadden er dus 364. De laatste dag van het jaar was het bovenste platform. De decoraties waren gewijd aan Kukulcan, god van de elementen, gesymboliseerd door de gevederde slang. Vandaar de slangenkoppen als balustrade. Elk jaar is er een 34 m lange silhouet van een slang zichtbaar, dat naadloos aansluit op de

slangenkop onder aan de trap. Dit wekt de illusie dat Kukulcan afdaalt naar de aarde en is een uitdrukking van de harmonie tussen hemel en aarde.