Land nummero 3: Vietnam!

Quy Nhon, Vietnam, 03.04.2017

Zaterdag (11'03'17) - maandag (13'03'17), de laatste dagen in Phnom Penh, Cambodja heb ik heerlijk niks gedaan. Oh, wat had ik daar zin in! Heerlijk aan het zwembad gelegen, series gekeken, gegeten en gedronken, rondje gelopen door de stad, dat soort dingen. Het was trouwens ook echt té heet om iets nuttigs te doen.

Dinsdag (14'03'17) vertrok ik met de bus (voor 21 euro!) naar Vietnam. Mijn visum voor 90 dagen was binnen en mijn paspoort dus ook weer veilig in mijn bezit. Als ik naar al die visums in m'n paspoort kijk word ik echt een héél vrolijk mens! De busreis verliep perfect, jaja, wie had dat gedacht? Zelfs de grensovergang ging soepel. In de bus wordt je paspoort ingenomen (alweer niet fijn maar goed) en bij de border worden alle paspoorten van 1 bus bij de man achter het loket ingeleverd. Deze controleert geloof ik alleen op 't visum. Toen mochten we met z'n alle doorlopen en werden onze tassen gecontroleerd. Nouja, gecontroleerd kan je het eigenlijk niet noemen. Die man keek niet eens op 't scherm. 7 uur later arriveerde we in Ho Chi Minhstad, ook wel HCMC of Saigon. Eenmaal in m'n hostel werd ik niet zo lekker; ik rende de hele tijd naar de wc. Ook dat moest er natuurlijk een keer van komen. Lekker in bed gebleven en in de avond nog even een broodje gegeten. Oh trouwens, ze hebben hier heel groot geld. 25000 dong is 1 euro. Best wel ingewikkeld. Als ik geld ga pinnen, is het grootste wat ik kan krijgen 3 miljoen, € 125,00. Klein voordeeltje: ik voel me mega rijk hier!

Woensdag (15'03'17), nog steeds ziekjes in bed. Ik voelde me bijna schuldig dat ik om 5 uur nog in bed lag, terwijl ik in HCMC was. In de avond ben ik wel even een rondje gaan lopen.

Donderdag (16'03'17) hadden we (Marlot, Paul en ik) het idee om naar het WAR museum te gaan. Halverwege onze weg daarna toe kwam het echt met bakken uit de lucht dus hebben we even geschuild in een cafétje maar het leek maar niet te stoppen en aangezien het museum voor de helft buiten is, hebben we onze plannen gewijzigd. We zijn naar een overdekte markt gegaan, zoiets als de zwarte markt. Daar heb ik parfum gekocht, beetje 'luxe' voelde zó goed haha. Bij 't hostel was er van 7 tot 8 gratis bier en gelukkig lust ik bier tegenwoordig. Na de gratis biertjes zijn we verhuist naar een cafétje in de 'downtown'. Halve kroegentocht gelopen en op zoek naar de goedkoopste plek voor bier (jaja, backpackersleven it isss). Later hebben we nog met z'n alle lachgas geprobeerd. Dat kun je hier gewoon in praktisch elke bar kopen, heel normaal schijnbaar.

Vrijdag (17'03'17) ging de wekker vroeg want we gingen met de groep van de avond ervoor naar de Chi Chi tunnels. Dat zijn de tunnels waar de mensen in de Vietnamoorlog leefde. Heftig om te zien was het wel. Er was zelfs een stukje open gesteld voor toeristen en daar kon je doorheen lopen. Nouja, 'lopen'. Eigenlijk is het alleen mogelijk

als je in een squad stand erdoor heen loopt. Super benauwend was het. Terug in het hostel een powernapje gedaan en gebruik gemaakt van de gratis biertjes.

Zaterdag (18'03'17), zou ik om 3 uur de bus hebben naar Mũi Né. Ik wilde nog naar het WAR museum maar die is tussen de middag gesloten dus dat had geen zin dus koos ik ervoor nog wat rond te lopen in de stad en te lunchen. Toen ik om half 3 in m'n hostel aankwam werd mij in gebrekkig Engels verteld dat de bus van 3 uur kapot was, nu ging ie om half 6. Het was een busreis van 5 uur maar vooruit. De sleepersbussen zijn hier echt chill! Geen echt bed maar wel helemaal je eigen plekje en van die ligstoelen, oh en wifi! Om half 12 geloof ik arriveerde ik in Mũi Né. De eerste nacht sliep ik wat verder van het centrum af in een tentje op het strand, heerlijk wakker worden!

Zondag (19'03'17), in de bus naar Mũi Né was ik Marlot tegen gekomen. In Cambodja had ik haar al ontmoet en in HCMC weer. We hadden afgesproken voor die zondag. Ik verhuisde naar m'n andere hostel waar ze een tour met een jeep aanboden naar de zandduinen. Marlot en ik besloten dat diezelfde middag nog te doen. Toevallig als wat zaten er alleen maar Nederlanders bij ons in de groep. Als eerst gingen we naar de Fairy Stream. Hierbij loop je door een stroom met water. In het begin was het niet helemaal duidelijk waarom, maar na enkele meters werden we omringd door hoge zandsteenformaties. De bovenste lagen van de zandsteen-formaties zijn, door de uitspoeling van de mineralen, roestbruin, de onderste lagen zijn nog redelijk wit.
Hierna reden we langs een plek waar we de vissersboten goed konden zien. Ik heb nog nooit zoveel boten bij elkaar, op zee, gezien geloof ik. Echt een geweldig gezicht! We reden door naar de witte zandduinen. Daar aangekomen stonden er quads klaar om ons naar de top naar de duinen te brengen. Een quad (waar je met 4 personen op kon) kostte 400.000 dong (€16,50). Veel te duur voor Vietnamese begrippen dus dat aanbod sloegen we netjes af. Het was best een klim en de top van de duinen hebben we niet bereikt. Maar het leek echt alsof we op een woestijn liepen, heel tof. Er zijn ook rode zandduinen en daar bracht de jeep ons heen, hier keken we de zonsondergang. Bij de rode zandduinen kwamen er kinderen op ons gerend en ze boden ons zandsleeën aan. Ook dit aanbod sloegen we netjes af. De rode zandduinen zijn minder spectaculair dan de witte vond ik zelf. Jammer genoeg was het bewolkt waardoor het idee om de zonsondergang te kijken verdween. Om 12 uur lokale tijd werd ik dan 22 jaar! Met de meiden die we die middag hadden ontmoet hebben we genoeg drankjes genuttigd.

Maandag (20'03'17), oké 22 jaar dus. Best wel gek om je verjaardag te vieren aan de andere kant van de wereld zonder je familie en vrienden. Eigenlijk hecht ik echt niet zo heel veel waarde aan m'n verjaardag maar dit had ik toch eventjes onderschat. Het verlangen naar huis was toch wel groot deze dag maar gelukkig bestaat er Skype en hier heb ik dan ook maar goed gebruik van gemaakt. Ik wilde op mijn verjaardag niet veel doen en al helemaal niet onderweg

zijn van A naar B dus besloot ik aan het zwembad te gaan liggen. Ik leerde vier Nederlandse meisjes kennen en met hun heb ik ultiem gechillt, in de avond gegeten (+ toetje!), en weer genoeg cocktails gedronken.

Dinsdag (21'03'17) ontbeet ik met die meiden van de avond ervoor en had ik een bus naar Dalat. Dit is een stadje dat 1500 meter boven zeeniveau ligt, hoog in de bergen dus. De busrit was weer een hell. Urenlang allemaal bergweggetjes en in Azië rijden ze niet echt heel veilig. Het uitzicht vanuit de bus was wel fantastisch! Zodra je de bus uitkomt staan er altijd taxi's, motors en tuktuks klaar om je op te vangen. Hier zullen ze dan ook echt hun best voor doen, tot aan vervelends toe, dit doen ze overal hier in Azië hoor. Een motortaxi sprak mij aan, maar dankszij de maps.me app (offline navigatie) zag ik dat mijn hostel 8 min lopen was. Ik probeerde hem af te wimpelen maar daar trapte ie niet in. Hij was een easyrider, dat is een ding in Vietnam. Dat is eigenlijk gewoon een motortaxi, de mannen spreken goed Engels en laten je dan de omgeving zien, ook meerdaagse trekkingen zijn mogelijk. Toen hij eenmaal wist dat ik Nederlands was haalde hij zijn revieuw boekje tevoorschijn met allemaal Nederlandse revieuws. Na een halfuur revieuws lezen had hij het voor elkaar dat hij mij wegbracht. Nadeel alleen dat hij niet wist waar het hostel was dus we hebben 3 kwartier rondjes gereden. Eenmaal in het hostel bleek dat er gratis familiediner was, waar dus iedereen van het hostel zich bij aansloot. Echt mega lekker echt Vietnamees eten en zó veel. Ook een leuke manier om backpackers te ontmoeten.

Woensdag (22'03'17), ging ik een jungletrekking doen. Na het (alweer gratis, hoe kan dit hostel winst maken?) ontbijt werden we opgehaald en werden we gedropt bij een dorpje: 'The chicken village'. Hier begon een vrouw tegen ons te praten en vertelde ons een verhaal over haar dorp waar ze is opgegroeid. De vrouwen in dit dorp bepalen wat er gebeurd en de vrouwen kiezen de man uit met wie ze willen trouwen. De oudste vrouw in de familie van de man beslist of de man ook daadwerkelijk trouwt met deze vrouw. Zo was er, honderden jaren geleden, een vrouw die wilden trouwen met een man. De familie van die vrouw was arm en de familie van de man mag dan vragen om een gift. De familie van de man vroeg om een kip, maar dat kon de familie van de vrouw niet betalen dus ging de vrouw op zoek naar een kip. Helaas keerde ze nooit meer terug, vandaar dat dit dorp 'the chicken village' wordt genoemd. De vrouw die ons dit verhaal vertelde heeft zichzelf Engels geleerd en ze spreekt het echt heel goed, zo knap. Van daaruit het dorpje zijn we de bergen ingetrokken en zo de jungle in. De trekking was echt super zwaar, echt wel de zwaarste tot nu toe. Midden in de jungle, op het hoogste plekje hadden we een lunch. Man, dit was zó mega lekker. In Vietnam eten ze veel Bánh mì. Dat is Vietnamees brood die ze dan beleggen met varkensvlees, komkommer, koriander (dat gooien ze hier overal op geloof ik), kaas en andere groenten. Echt heerlijk! We stelden zelf ons broodje samen en we kregen nog allemaal verschillende soorten fruit. Na de lunch begon de afdaling. 's Avonds bij het familiediner 2 Canadese (Raquel en Gabriel) en 1 Duitse (Felix) ontmoet. Na het diner zijn we naar de 1001roofbar geweest. Meeste gekke bar ooit! Er zijn echt overal trappen, maar gekke trappen en verstopplekjes. Hier hebben we dan verstoppertje gespeeld met z'n 4'en haha! Google kent de bar, zo maar een tip.

Donderdag (23'03'17), hadden we 2 scooters gehuurd en vertrokken we met z'n '4'en naar de meest hoge berg in de omgeving: Lang Biang. De berg is 2167 meters hoog, erg hoog dus. Met een jeep kon je jezelf naar een minder hoog punt laten brengen, dit wilde wij niet dus we kozen ervoor om te lopen. Slecht voorbereid als we waren.. Er was schijnbaar een looproute die je kon lopen, die hebben wij op de heenweg niet gevonden helaas. Onze weg was wat avontuurlijker, namelijk: midden door de berg. Ik zal proberen een beeld te schetsen van de situatie. Er liep dus een weg omhoog en daarnaast waren allemaal bergen. Bergen begroeit door bossen. Door die bergen, begroeit door bossen liepen wij. Het leek wel een jungle en we wisten de weg dus niet. Gelukkig had Gabriel internet op z'n mobiel en konden we op Google Maps (HELD) de weg volgen, dus na 1,5 uur in de jungle rondgedwaald te hebben vonden we de weg en die hebben wij toen voor een deel afgelopen. Daarna werden de aanwijzingen duidelijker, gelukkig. Eigenlijk begon de klim toen pas, dat was zuur. Man, deze was ook erg pittig. Samen met die jungletrekking de dag ervoor de heftigste hike tot nu toe. Ik heb zelfs een paar keer op het punt gestaan in huilen uit te barsten haha, niet gedaan hoor, speciaal voor de boys met wie ik was. Arme jongens zouden zich geen raad weten. Het uitzicht op berg was het meer dan waard trouwens, echt super mooi. Toen begon de héle weg naar beneden weer. Dit keer vonden we dus wel de route die we eigenlijk hadden moeten nemen. Maar er hing een bord: 'Na 15.00 uur deze weg niet meer betreden alsjeblieft'. Nou, het was 4 uur. Raquel, Gabriel en Felix vonden dat dit wel kon. Behalve ik dus. No way dat ik deze weg ging lopen, ik liep wel gewoon de normale weg naar beneden. Na een kwartier hierover gediscussieerd te hebben was ik uiteraard overgehaald door ze. Niks aan 't handje ook, geen idee waarom dat bord daar hing.

Vrijdag (24'03'17) maakte we nog gebruik van onze scooters en reden we naar de verst gelegen waterval, zo'n 3 uur rijden. Het scheen ook de mooiste waterval te zijn trouwens. Onderweg zouden we nog anderen watervallen bekijken. De weg ernaar toe was prachtig! We reden in de bergen, leuke bergweggetjes en prachtig uitzicht. Ik reed natuurlijk niet hé, ik zat weer achterop. Onderweg stopte we voor de lunch. We kregen een menukaart die alleen in het Vietnamees was. Dan maar op de gok eten bestellen. Geen idee wat ik gegeten heb, maar het zag er goed uit en ik leef nog steeds. De watervallen die we onderweg zouden bekijken skipte we, want het liep wat uit. Om half 4 arriveerde we bij de waterval. Het bleek een heel pretpark te zijn rondom die waterval, zo bizar. Wat nog het meest bizar was, was dat het hele park leeg was. Wij waren serieus de enige toeristen, beetje creepy. Er was daar een soort van achtbaan die je zelf kon besturen. Het waren karretjes waar je met 2 personen in moest, degene achterin kon gas geven of remmen. Tussen de karretjes moest 25 meter afstand zitten en op sommige momenten moest je echt bij remmen anders vloog je ongeveer door de bocht. Aan het eind van deze rit kwam je bij de eerste, wat kleinere, waterval terecht. Met een trap (ja alweer, ik kon niet meer lopen van die trekkingen), kwam je bij de grote waterval. Deze was inderdaad erg indrukwekkend. Er kwam zoveel water vanaf dat je gewoon nat werd terwijl je op een redelijke afstand stond. Met een glazen (!) lift kon je weer terug omhoog, dat hebben we gedaan ja, doodeng. Eenmaal boven kon je nog rolschaatsen en op een tandem fietsen. Ik vormde met Felix echt een topteam op die tandem joh, net speedy gonzales. Die twee Canadezen hadden er wat meer moeite mee haha. Rond 5 uur gingen we terug op de scooters, wat betekende dat we sowieso door het donker moesten rijden en het weer zag er ook wat minder uit. Het verkeer hier in Vietnam, eigenlijk heel Azië, is wat vreemd. Volgens mij zijn er geen regels. Je kan iedereen inhalen van elke kant, vlak voor een bocht kan ook. De enige regel die geld is: even een paar keer toeteren voordat je er aankomt. Beetje angstige terugweg was het wel. Onze scooter had wat moeite met de bergweggetjes, dan konden we ineens geen gas meer geven en stonden we stil. Scooter uit en een paar minuten wachten, daarna deed ie het weer. Het werd alleen steeds meer en meer. Niet echt rustgevend als je dus op bergweggetjes rijdt (of eigenlijk stil staat) in het donker, ingehaald wordt van alle kanten door scooters, motors, auto's, bussen, en vrachtwagens. Ach ja,

weer een avontuurtje erbij. Om half 10 waren we terug in het hostel. Over dit ritje hebben we dus 4,5 uur gedaan. Oh, we hadden ook niks warms mee trouwens dus het was echt vriezend koud op die scooter. Snel een pizza naar binnen geschoven en naar bed.

Zaterdag (25'03'17), iedereen was weg en ik besloot even de stad te verkennen. Ik had namelijk al de hele omgeving gezien maar de stad zelf niet. Ik belandde in het leukste cafétje waar ik ooit ben geweest. Heerlijk vintage! Buiten regende het dus ik heb mij daar heerlijk vermaakt. Lekker dagje gechillt en voor mezelf gehad.

Zondag (26'03'17) - dinsdag (04'04'17)
Oeps, dit is het langste wat ik op 1 plek ben geweest tot nu toe. Zondag pakte ik de bus naar Quy Nhon, een plekje aan zee waar niet veel mensen heen gaan. Ik sliep in het chillste hostel ever, direct aan het strand en er hing gewoon echt een chille vibe. Het hostel is gelegen in een piep piepklein vissersdorpje, waar niemand Engels spreekt. Iedereen kent elkaar en lijkt wel familie, iedereen leent ook verschillende dingen bij elkaar. Hier ontmoette ik al een snel een Nederlands meisje: Boukje. Ook ontmoette we twee jongens: Thomas en Sjors. Samen met hun zijn we een dagje naar het centrum gegaan op de motors. Hier hebben we twee torens bezocht en hebben we geluncht in een typisch Vietnamees tentje, waar ze schijnbaar nooit toeristen ontvangen want iedereen wilde met ons op de foto. Pechvogel als ik ben kwam ik met mijn been tegen de uitlaat van de motor aan, waardoor ik nu een grote blaar heb op mijn been. Ook vinden de muggen mij nog steeds interessant dus daarvan heb ik ook twee lelijke (én pijnlijke) plekken op m'n been. Gaat goed hiero. Thomas en Sjors verlieten ons en Boukje en ik waren weer met z'n twee. Een paar dagen later leerden we Tom en Maickel kennen, het stikt hier van de Nederlanders ja. We hebben een massage en pedicure genomen in het meest luxe resort wat hier te vinden is, en praktisch naast ons ligt. Duurste massage tot nu toe maar meer dan waard! De een - na - laatste avond hadden we een aantal (veel te sterkte) cocktails op en we besloten met z'n 4'en dat nachtzwemmen wel cool zou zijn. Met al mijn verwondingen op mijn voet was het eigenlijk slimmer om niet te gaan zwemmen. Oh, de zee was de hele dag heel wild trouwens en er liggen daar een hoop rotsen in de zee. Super veilig dus! Het zwemmen zag er toch wel cool uit dus ik besloot erin te duiken. Maickel hield mijn telefoon was, hij ging niet zwemmen, helaas kwam er een golf die hem omver trok en mijn mobiel de zee in trok. Nu heb ik een shitty Aziatische telefoon maar hé, ik ben bereikbaar. Én we leven allemaal nog, iets belangrijker. Verder bestonden onze dagen vooral uit: liggen aan het strand, boeken lezen, muziek luisteren, heel veel kletsen, cocktails drinken tijdens happy hour (en de rest van de dag) en mijn benen verzorgen haha. Dit is weer zo'n moment dat aanvoelt als vakantie, heel fijn. Het leuke aan langer op een plek zijn is dat iedereen ons herkent. Zo wel iedereen die in het hostel werkt als de mensen uit het dorpje. We hebben een eettentje waar we elke avond eten, een vast tentje waar we 's middags onze Bánh mì halen en een winkeltje waar we onze niet alcoholische drankjes halen. Bij het eettentje waar we elke avond eten werkt een Vietnamees meisje, 20 jaar, en zij leert zichzelf Engels. Dan typt ze een vraag in op google translate, wij zeggen de Engelse zin hardop en zij schrijft in haar schriftje de Engelse zin, hoe ze het uit moet spreken en de Vietnamese vertaling. Ook hebben we cijfers met haar geoefend. Ik heb echt respect voor haar, dat zij zichzelf dit leert. Haar moeder is ook echt trots op haar, zo lief om te zien. Als bedankje dat wij haar helpen krijgen we altijd gratis eten: verse kroepoek, fruit en ander Vietnamees eten die ze bij de buren vandaan haalt. Dat mis ik trouwens wel echt in Nederland, puur uit jezelf dingen leren en iets proberen te bereiken wat je ouders bijvoorbeeld niet hebben kunnen bereiken, zoals Engels leren of lezen en schrijven.

Begin vandaag nog!

Waar wacht je nog op? Leg je avonturen vast in een digitaal dagboek dat je kan delen met vrienden en familie. Wissel op elk moment tussen verschillende apparaten. Ga aan de slag in onze online applicatie.