Met de campervan door Australië, met een stoet kangoeroes om ons heen.

Australië, 25.12.2014

Onze gehuurde Hippie Camper Deluxe leidt ons via de drukte van Brisbane, langs de kust, over de Great Dividing Range (bergen) naar de outback en weer terug naar de bewoonde wereld. De wegen steeds eindeloos, de toegestane snelheid meestal 100 km/uur, het wegdek soms geasfalteerd.

“Off road” betekent hier dat de weg haalbaar is met een goed uitgeruste 4x4. Dapper als we zijn verleggen wij de grenzen van de campervan (en onszelf) en komen we op plaatsen die onbereikbaar leken. We denken regelmatig “dit is de minst begane weg die we tot nu toe al gehad hebben”, maar steeds blijkt dat toch niet helemaal te kloppen en stuiten we op een nieuwe ‘Traffic Hazard’ oftewel: gaten in de weg/ dieren op de baan/ bospadje/ steil dal/… En dan hebben we het nog niet gehad over het rijden aan de linkerkant van de baan! Op zich lukt dat goed; enkel het feit dat ook de hele inboedel van het dashboard in spiegelbeeld staat, zoals de versnellingspook en de schakelaars op het stuur, maakt het wat wennen.

Zonder GPS gaan we op pad om op goed geluk op de mooiste plaatsen uit te komen. In ieder stadje zoeken we het Information Center op om zo gratis wegenkaarten en brochures te verzamelen. Tot de stapel infoboekjes weer te groot wordt en we ze gebruiken als kampvuurstarter.

Het huisje op wielen heeft een kleine koelkast. We kunnen dus steeds eten (gekocht in de Aldi!) voor een 2 à 3-tal dagen bewaren. Koken doen we op ons campingvuurtje, op een kampvuur of op één van de vele openbare BBQ’s die je hier overal vindt. Heerlijk om als pauze tijdens het rijden even te stoppen, te barbecueën en weer verder op pad te gaan.

Omdat wij op een budget leven, wisselen we betaalde kampeerplaatsen af met de zogenaamde ‘Freebies’. Dit zijn gratis sites om te overnachten met al dan niet een long drop-WC (lees: gat in de grond met een propere WC erop). Dit kan een uitrustparking langs de snelweg zijn of een verdoken paradijsje aan een rivier of verscholen in een nationaal park.

Het spotten van wildlife is in Australië dan ook niet zo moeilijk. Onderweg zijn we ze elk tegengekomen: kangoeroe, koala, wallaby, reuzenschildpad, wombat, mini-krab, ontelbaar veel vogelsoorten, enz.



Onze tocht begint langs de oostkust van Australië. We rijden vanaf Brisbane naar het noorden en komen zo voorbij de paradijselijke stranden en machtige golven die zich tegen enorme rotsblokken storten. Ondanks de regen- en onweersbuien (ohja, subtropisch gebied betekent stortbuien op korte tijd), slagen we erin elke nacht droog te slapen en de dag met een stralend blauwe hemel te beginnen. In Noosa Heads spotten we onze eerste koala! Dankzij instructies van een local slaagt Dietmar erin om binnen enkele minuten de (vermoedelijk) enige koala in het hele gebied te lokaliseren! Enthousiast als we zijn, staan we een kwartier later nog steeds andere toeristen te wijzen op ‘onze’ koala.



En toen was het 10 december 2014, birthday day voor Loes! Voor de gelegenheid staan we heel vroeg op en gaan we de zeldzame ‘humpback’ dolfijnen in Tin Can Bay te voeren. Een prachtige ervaring waar Loes al zo’n 20 jaar op wachtte! Nadien gaan we op zoek naar internet om het verjaardagsgevoel wat te versterken door contact met thuis. Dankzij de vele berichtjes, telepathische vibes en de cadeautjes (thanks guys) voelt Loes zich helemaal de jarige job. De dag wordt op een perfecte manier afgesloten op een freebie naast een riviertje. Tot in de late uurtjes oefent Dietmar op het met een touw het water in slingeren.


Na een klein stukje noorden stuurt het busje ons in zuidelijke richting. Plots bevinden we ons in een heel andere omgeving: kronkelende wegen, bergen, watervallen en regenwoud! Omdat het snel donker is (in de staat Queensland doen ze niet mee aan het zomeruur omdat de koeien erdoor van streek zouden kunnen raken) en ’s avonds regent worden onze beredderingsvaardigheden op de proef gesteld. Ondertussen zijn wij getraind in het koken in primitieve omstandigheden: in de wasruimte van de camping, op ons bed, …

We passeren opnieuw de kust waar de golven bekend staan als de beste ter wereld om te surfen. Dat kunnen we natuurlijk niet zomaar voorbij laten gaan en in Byron Bay (een hippiestadje aan het meest oostelijke punt van Australië) beslissen we surflessen te nemen. Voor we het goed en wel beseffen staan we rechtop op ons bord en bevinden we onszelf in/op de voorbij rollende golven.

Ondanks het feit dat Australiërs de gelukkigste mensen ter wereld zijn (en dat lijkt wel te kloppen) ontsnappen wij ook hier niet aan een baaldag. Tijdens een korte pauze bij een informatiecentrum laat Dietmar de autolichten aanstaan met als resultaat een lege autobatterij. Een tweetal uren wachten later is de auto-technicus er eindelijk met startkabels (niemand heeft die hier blijkbaar in de auto liggen) en kunnen wij weer verder op pad. De pechdag wordt helemaal uit ons geheugen gewist als we tijdens onze avondwandeling op het strand een reuzenschildpad tegenkomen.

Na een tijdje kust besluiten we verder landinwaarts te trekken. Enkele uren rijden later hebben we al het gevoel heel ver van de kust te zijn, maar op de kaart gezien is het maar een steenworp. Hoe verder we doorrijden, hoe verdorder het landschap er gaat uitzien. Er is de laatste maanden weinig regen gevallen waardoor de meeste

beekjes, rivieren en watervallen er dorstig uitzien. Via bekende historische en minder imposante dorpen, nationale parken, oneindige vlaktes, bergen en stuwdammen leren we onze Hippie Camper steeds beter kennen. We genieten van de lokale specialiteiten (wijnen, fruit, sauzen) en de vriendelijke, goedlachse locals. Op een avond staan we op de camping met één van de weinige andere gasten te praten. Hij biedt ons een Australisch pintje aan (alcohol is hier duur, minstens 5 dollar per stuk!) en vraagt naar onze avonturen. Als we vertellen dat we nog maar weinig kangoeroes in het wild tegengekomen zijn zegt hij “rij even naar de berg hier achter, daar lopen er ontzettend veel rond zo rond zonsondergangtijd, neem mijn pick-up maar!”. Helemaal verbaasd stappen we in zijn auto en gaan we op kangoeroe ‘jacht’. Sinds die avond lijken de kangoeroes ons te vertrouwen en zien we ze dagelijks wel ergens verschijnen; onderweg, tijdens het koken, ’s nachts aan het busje, … .

De voorlaatste dag rijden we via de Blue Mountains door naar de kust vlak onder Sydney om toch nog even nog te genieten van de wilde golven en het heldere water. Na 15 geweldige dagen moeten we met spijt in ons hart onze geliefde Hippie Campervan afleveren in Sydney.

Ongeveer een 2500 km later kunnen we het roadtrippen alleen maar aanraden; het is een unieke manier om Australië te ontdekken!

Get started right away!

What are you waiting for? Capture your adventures in a digital diary that you can share with friends and family. You can switch between any of your devices anytime. Get started in our online web application.