Coolangatta, dag 2 en 3

Coolangatta, 14.10.2016

Dag 2 en 3 Coolangatta verkennen.
Wat een hitte, we branden ons bed uit. Geen wonder, het is al 9 uur!
De achterklep wordt opengegooid en de frisse ochtendlucht stroomt binnen. Ach hoe leuk, het doet ons denken aan onze romantische eerste kampeervakanties samen, in onze verbouwde besteleend oftewel Acadiane.
Na een wandelingetje over de camping, ga ik onze reiskleren wassen. Zo gedaan in de verlaten wasruimte en even later hangen onze kleren aan een van de vele droogmolens.
Nu op weg naar de boulevard. Het rijklaar maken gaat supersnel: stroom afkoppelen, stoeltjes naar binnen, losse zaken opruimen, rijden maar.
Na een fikse wandeling komen we bij het Tourist info center, we halen daar een kaart en vragen naar een Telstra shop. We boffen dat is in het winkelcentrum aan de overkant. Het lukt me daar een nano simkaart aan te schaffen en te laten installeren in mijn iPad mini, hoewel de nerd werknemer zo goed als onverstaanbaar Engels sprak. Nu kan ik altijd internetten, want voor wifi moet je ook overal betalen, zelfs in de bibliotheek.

Dag 3
We parkeren op een helling vlakbij het toeristische oorlogsmonument Danger Point op het puntje van een soort uitstekende landtong. Wij zijn echte grote stadsmensen en dus gewend altijd te moeten betalen voor parkeren en zeker op zulke plekken. Ik ga daarom het voor alle zekerheid vragen en de ouwe langharige hippie chauffeur van het busje achter ons verzekert mij vriendelijk lachend dat dat echt niet hoeft. Hij lacht vrolijk en toont daarbij een hele rij gouden tanden hetgeen ik nog nooit gezien heb in een blank gezicht. Interessante man, maar we komen om te wandelen, dus dat gaan we ook doen.
Het is zonnig met af en toe een wolk, maar vreemd genoeg wisselen windstilte en flinke windstoten zich voortdurend af, daardoor voel je de brandende zon minder.
We lopen op een prachtig aangelegd pad omgeven door subtropische bomen en struiken waarbij je ongemerkt stijgt en vanaf grote hoogte de vele surfers in de branding kan gadeslaan.
Er lopen parmantige zwarte kalkoenen rond en bijna struikel ik over een van de vele totaal niet schuwe leguanen, die zich zelfs onbeschaamd voor je neus voortplanten.
In de verte zien wij de contouren van een stad met veel hoogbouw, dat zal wel Brisbane zijn, daar gaan we niet naar toe hoewel het kort rijden is. Voorlopig eerst kleine steden en mooie natuur opzoeken.
De stranden zijn hier enorm met prachtig goudgeel zand, een echt surfers paradijs. Hoewel er een aantal hoge appartement gebouwen en hotels staan doet het stadje toch aangenaam aan. Langs de boulevard gezellige terrassen en in de hoofdstraat

parallel aan de boulevard talrijke winkels.
Morgen gaan we op weg naar het stadje Beaudesert, gelegen in het Hinterland zo'n 100 km rijden.

Get started right away!

What are you waiting for? Capture your adventures in a digital diary that you can share with friends and family. You can switch between any of your devices anytime. Get started in our online web application.